Het is rustig weer in Nederland, maar zoals eigenlijk altijd zijn er eigenlijk wel degelijk interessante dingen aan de hand. De wolken die deze dinsdag over ons land trekken kennen bijvoorbeeld voor een groot deel een lange geschiedenis.
Hogedrukgebied: stabiel en onstabiel
De bron van de horizontaal vaak ver uitgestrekte wolkenvelden ligt voor een deel ver weg, en heeft alles te maken met een combinatie van onstabiliteit en…. stabiliteit. Deze tegenstelling heeft alles te maken met een hogedrukgebied boven Scandinavie dat nu alweer een aantal dagen ons weerbeeld bepaalt.
Jan Roos maakte een foto die het verhaal hiernaast prachtig verbeeldt. Om 14.45 fotografeerde hij deze stapelwolk die haar hoofd stootte tegen de inversie (een warme luchtlaag die vandaag op ruim anderhalve kilometer hoogte te vinden was). Binnen een half uur waren vrij zonnige omstandigheden omgetoverd in geheel bewolkte. Het plaatje geeft goed weer hoe nog veel meer wolkenvelden die vanaf de Oostzee via Duitsland tot over ons land trekken tot stand zijn gekomen (boven de Oostzee).
In een hogedrukgebied is sprake van dalende en daardoor opwarmende luchtbewegingen. Hierdoor ontstaat een zogenaamde inversie. Zonder al te ver op de details in te gaan klik eventueel hier voor uitgebreidere achtergrondinformatie betekent dit dat er zich op enige hoogte een sterk opgewarmde luchtlaag bevindt.
Deze ‘warme deken’ zorgt ervoor dat vanaf het aardoppervlak opstijgende luchtbellen niet verder omhoog kunnen. Ze stoten als het ware hun hoofd. Op deze manier brengt de inversie voor een stabiliserende werking in de atmosfeer.
De inversie bevindt zich echter niet direct aan de grond, maar meestal tussen ruim 1 en 2 kilometer hoogte in de atmosfeer. Eronder bevindt zich een gedeelte van de atmosfeer waar de luchtopbouw wel ontstabiel kan worden. Dit gebeurt wanneer de lucht direct aan het aardoppervlak warmer wordt dan de luchtlagen erboven. Luchtbellen gaan dan opstijgen, tot maximaal tegen de inversie.
Van stapelwolken naar wolkenvelden
En dat is precies wat er gebeurt in de aanvoerrichting naar Nederland. Koude lucht stroomt rond het hogedrukgebied boven Scandinavië over de Oostzee. De Oostzee is in deze tijd van het jaar relatief gezien nog warm. Hierdoor wordt de luchtopbouw in de onderste anderhalf á twee kilometer (tot aan de inversie) onstabiel. Vochtige warme luchtbellen van boven de Oostzee stijgen op, koelen af, het vocht condenseert en er ontstaan stapelwolken.
Satellietbeeld van deze dinsdag aan het eind van de ochtend. Vanaf de Oostzee trekken wolkenvelden via Duitsland ons land binnen. De opklaringen daartussen zouden later opgevuld worden door gedwongen horizontaal uitspreidende stapelwolken.
De luchtbellen met daarin de stapelwolken stoten uiteindelijk hun hoofd tegen de inversie, de stabiliserende warme luchtlaag veroorzaakt door het hogedrukgebied boven Scandinavië. Wel komen ze met een snelheid van enkele tientallen kilometers in ‘botsing’ tegen het warme dak.
Deze bewegingsenergie moet ergens heen. Verder omhoog groeien kan de bewolking niet; wel opzij: de bewolking spreidt zich horizontaal uit, tegen de onderkant van de inversie. De wolkenvelden trekken vervolgens verder tot onder meer over Nederland.
Buien boven het noorden van Duitsland
Overigens is boven de Oostzee de luchtopbouw in de onderste 1,5 á 2 kilometer (onder de inversie) zo onstabiel dat ontstaan. De toppen van de wolken reiken hoog genoeg, en zijn daardoor koud genoeg, om buien te veroorzaken.
Neerslagradarbeeld van dinsdag 12 uur (de tijd in beeld is Greenwich Mean Time). Buitjes trekken vanaf de Oostzee het noorden van Duitsland binnen. De buitjes doven uit, maar de wolkenvelden komen in de stroming wel mee tot over ons land.
Het noorden van Duitsland heeft daar deze dinsdag dan ook mee te maken gehad. Eenmaal boven land gekomen, doven de buien langzaam uit en blijft alleen de horizontaal uitgestrekte bewolking over: de wolkenvelden die bij ons overtrekken.
Ook hier proces zichtbaar
Overigens is het zo dat gedurende de dag, met het oplopen van de temperatuur, ook landinwaarts stapelwolken (cumulus) ontstaan. Dit gebeurt zowel in opklaringen tussen de horizontaal soms uitgestrekte wolkenvelden (stratocumulusvelden) door, als onder die wolkenvelden. De toppen van de stapelwolken reiken daarbij niet hoog genoeg om bij ons buien te veroorzaken.
Wel laten ze goed het proces zien waardoor de wolkenvelden zijn ontstaan, namelijk doordat de stapelwolken gedwongen worden horizontaal uit te spreiden.
Van zonnig naar bewolkt in een half uur
Hierdoor waren in de nachten en ochtenden van zowel maandag als dinsdag op meer plaatsen brede opklaringen tussen de wolkenvelden te vinden dan in de middag. In de middag werden de opklaringen in zeer korte tijd grotendeels opgevuld door het horizontaal uitspreiden van de zich het hoofd stotende stapelwolken. Jan Roos maakte van dit proces een mooie foto met commentaar, zie de kolom hiernaast.
Bron: Meteo Consult