Op deze site verscheen donderdag 27 juli 2006 onder de kop ‘Temperatuurrecord Warnsveld twijfelachtig?’ een verhaal over het absolute temperatuurrecord van Nederland, dat op 23 augustus 1944 met 38,6 graden gemeten werd in het Gelderse Warnsveld, door huisarts Johannes B. Thate, vrijwillig waarnemer van het KNMI. In ons verhaal werden vraagtekens geplaatst bij de meting van destijds, zeer tot ongenoegen van H. Thate uit Driebergen, zoon van de waarnemer. Hij vindt dat het verhaal op onze site afbreuk doet aan de goede bedoelingen van zijn vader en verlangt genoegdoening voor hem.
Belangrijkste argumenten om aan de meting te twijfelen, waren in het verhaal de manier van waarnemen (de gebruikte thermometer), de plaats van de meting (een tuin, waarin het op zomerdagen vaak iets warmer is dan op meetveldjes van het KNMI) en het tijdstip van de meting (het was oorlogstijd en de Duitse bezetter liet het vrijgeven van weerwaarnemingen niet toe). Er was weinig vergelijkingsmateriaal. Aan de integriteit van de waarnemer werd niet getwijfeld, wel aan de omstandigheden waaronder de meting werd gedaan.
Een traditionele weerhut met inhoud.
Over de tuin, waarin de waarneming is gedaan, vertelt H. Thate, de zoon van de waarnemer, dat ‘we het hebben over een diepe tuin van tenminste 100 meter, die in noordelijke richting grenst aan de oude Berkel en ook aan weilanden tot het riviertje de Berkel. Naar het oosten en naar het westen heeft de tuin een breedte van tenminste 50 meter. Het grootste deel van de tuin bestond in die tijd uit een groot grasveld. Het weerhuisje stond halverwege, in open terrein (..)’. Het tuineffect, kortom, is hier feitelijk te verwaarlozen.
Methode
Over de methode van de meting merkt Thate het volgende op: ‘Mijn vader was officieel waarnemer van het KNMI. Het instrumentarium waar hij mee werkte was gekeurd en geijkt door het KNMI. Het weerhuisje stond op 2 tot 2,5 meter hoogte. Mijn vader moest altijd met een trapje de instrumenten aflezen’. Twijfel aan deze meting zou betekenen dat aan alle op deze manier gedane metingen in die tijd getwijfeld zou kunnen worden.
Ten slotte laat Thate met betrekking tot het tijdstip van de meting weten dat: ‘er tijdens de oorlog vele malen correspondentie is geweest met het KNMI (toen nog NMI) in de Bilt. In november 1941 schrijft de hoofddirecteur van het NMI, de heer Cannegieter: “..in verband met de voorschriften die door de Duitse weermacht zijn vastgesteld, is het niet toegestaan dat door de waarnemers op de meteorologische stations gegevens naar buiten worden verstrekt..†Mijn vader heeft een pamflet moeten ondertekenen, dat het verboden was inlichtingen betreffende het weer of klimatologische gegevens te verstrekken. Waarnemingsboekjes, etc. moesten achter slot en grendel worden gehouden. Overtreding van deze voorschriften zou door de Duitse weermacht streng gestraft worden.’
Bezettingstijd
Hij vervolgt: ‘Dat tijdens de oorlog weinig waarnemingen hebben plaatsgevonden, is pertinent onjuist en het is duidelijk dat u mijn vader niet kent. Vooral in bezettingstijd zijn de waarnemingen en berichtgevingen verveelvoudigd (..)’
Dan nog de volgende oproep: ‘Uw verhaal doet afbreuk aan de goede bedoelingen van mijn vader, die bijna zijn gehele leven actief is geweest als weeramateur en amateur-sterrenkundige. Ik verlang genoegdoening voor mijn vader’.
Naar aanleiding van deze brief van dhr. Thate, waarover de afgelopen week overigens een artikel is verschenen in regionaal dagblad de Stentor, hebben we hier bij Meteo Consult een onderzoek ingesteld naar de betreffende waarneming. Ook wij liepen daarbij tegen het feit aan dat ons nauwelijks gegevens uit die tijd ter beschikking staan.
Uit waarnemingen, gedaan door officiële KNMI-stations op 23-08-1944, blijkt dat Maastricht op een maximumtemperatuur van 38,0 graden uit kwam. De Bilt zelf noteerde een maximum van 34,7 graden. In Groningen (Eelde) werd een hoogste temperatuur van (voor dat gebied extreem hoge) 36,8 graden afgelezen. Hieruit kan het beeld worden gedestilleerd dat het die dag in het noordoosten, oosten en zuidoosten van het land uitzonderlijk warm is geweest. Verder naar het westen waren de uitslagen groot, maar minder groot. Toch mag een maximumtemperatuur van 32,0 graden, zoals die dag gemeten in Den Helder ook bijzonder hoog worden genoemd. Vlissingen was met 26,2 graden minder warm.
Het meetveld van het KNMI in de Bilt.
Publicatie
Een duidelijk inzicht in de situatie van 23 augustus 1944 geeft een publicatie die we in het archief van het Belgisch/Nederlandse weerforum Weerwoord.be tegenkwamen, van de hand van Ben Lankamp, zelf meteoroloog. Hij wist de hand te leggen op een set van Duitse bovenluchtmetingen, waaronder een meting gedaan in Freiburg op de dag van de recordmeting in Warnsveld. Freiburg lag die dag in het brongebied van de lucht die met een oostelijk tot zuidoostelijke wind ook ons land wist te bereiken. Op een hoogte van ruim 3000 meter werd boven Freiburg een temperatuur van ruim 7 graden gemeten.
Omdat het zonnig was en uitzonderlijk warm, kan op basis van die meting voor het niveau van 1500 meter hoogte een temperatuur van circa 23 graden worden herleid. Op basis van een dergelijke bovenluchttemperatuur mag bij maximale instraling van de zon een grondtemperatuur van 38 a 39 graden worden verwacht. De in Maastricht gemeten 38 graden wijst ook al in die richting. De door Thate in Warnsveld gemeten 38,6 graden past in de eerdergenoemde bandbreedte van 38 tot 39 graden en lijkt om die reden juist.
Een modernere variant van een weerhutje, gebruikt voor een temperatuurmeting van een draadloos weerstation.
Niet gerechtvaardigd
De conclusie van dit alles kan niet anders dan zijn dat de vraagtekens, door ons geplaatst bij de waarneming van dhr. Thate op 23 augustus 1944, niet gerechtvaardigd zijn. Mocht het zo zijn dat door het artikel van 27 juli 2006 (onbedoeld, want de vraagtekens hadden zoals eerder beschreven geen betrekking op de waarnemer, als wel op de omstandigheden waaronder de waarneming is gedaan) twijfels zijn gerezen omtrent de integriteit van dhr. Thate, dan betreuren wij dit en bieden we hiervoor onze verontschuldigingen aan.
©Meteo Consult, de Stentor, Weerwoord.be, KNMI.