Wat dat betreft is het bijzonder dat de huidige winter dus nog weinig winter heeft geproduceerd, maar daar komt verandering in!! Ik heb heel veel zin in een mooie winterperiode (iig t/m dinsdag)!Er is een lijstje gemaakt van winters die de meeste dagen een negatieve AO-index hadden, sinds 1950. Het lijstje wordt aangevoerd door de winter van 1970. Toen was de AO-index op 61 dagen negatief. Ook andere illustere winters staan er tussen, zoals 2010 (60 dagen), 1963 (56 dagen), 1996 (52 dagen) en 1986 (51 dagen). De huidige winter komt, zoals het er nu naar uitziet, op een aantal van 58 dagen met een negatieve AO-index uit, goed voor een derde plaats in dit bijzondere klassement.
Hoe meet je kouproductie in een winter?
Dan is de vraag natuurlijk waarom dit klassement bijzonder is? Om hierop een antwoord te kunnen geven, moeten we uitleggen hoe je de kouproductie van een winter meet. Daarvoor gebruiken we het zogenoemde Hellmann koudegetal. Je verkrijgt dit door voor alle dagen met een gemiddelde temperatuur (over de volle 24 uur) beneden het vriespunt, de verkregen waarden als punten bij elkaar op te tellen. Stel: de gemiddelde temperatuur ligt vandaag 1,4 graden onder nul over het hele etmaal, dan kunnen we een score van 1,4 punten noteren. Datzelfde doe je voor andere dagen met een negatieve gemiddelde temperatuur. Tel ze bij elkaar op en je krijgt het koudegetal.
Om te begrijpen hoe bijzonder de eerdergenoemde 14 winters zijn, hoef je alleen maar naar het gemiddelde koudegetal ervan te kijken, dat op 93,9 punten staat. De laatste keer dat we daar in Nederland tijdens een winter overheen gingen was in 2010. Die winter behaalde een totaalscore van 94,7 punten. Nu wordt dit lijstje behoorlijk beïnvloed door de winter van 1963 die in De Bilt 337,2 punten scoorde. Ook 1996 (150,5), 1986 (149,3) en 1970 (141,3) doen een flinke duit in het zakje. Er zitten ook mindere goden tussen, zoals 1977 (19,1 punten), 2001 (27,7) en 2006 (31,5). De echte uitschieter naar onderen is de huidige winter. We staan nu nog maar op 0,6 punten.
Het poolhoog in beeld. Zeer koude lucht ontsnapt momenteel naar Canada en de VS. Een andere "uitbraak" is richting Rusland, en nog een andere naar Japan.
De lucht die wij volgende week krijgen komt niet direct van de Noordpool, het is lucht die lange tijd stil heeft gelegen boven Scandinavië, vervolgens komt het naar ons, en boven ons sneeuwdek kan het ook goed afkoelen.
Het poolhoog lijkt er niet voor eeuwig te liggen, vanaf donderdag neemt de onzekerheid flink toe, en kan de straalstroom weer wat zachtere lucht aanvoeren (echter hebben we er dan 4 dikke winterdagen opzitten, in ieder geval voor delen van Nederland).
Kaarten met onzekerheid, maar mogelijk trekt het poolhoog richting Siberië en verdwijnt de connectie met Groenland. Dus op grote schaal is het minder gunstig voor winterweer, maar als we naar de details kijken, kan het specifiek boven onze omgeving nog wel enige tijd koud zijn.
Toch neigt het koud te blijven, wat je al in meer kaarten ziet. Maar inderdaad nog ver weg
Richard
Edit Sven: plaatjes verwijderd uit citaat
Wow wat een pluimen het hart van de winterliefhebber begint harder en harder te kloppen | Gewijzigd: 6 februari 2021, 10:24 uur, door Sven
Kans op koudegolf
Voor bespreking sneeuwkans t/m maandag, zie kanstopic.Definitie koudegolf
Een koudegolf is een opeenvolging van in De Bilt minimaal 5 ijsdagen (maximumtemperatuur lager dan 0,0 °C), waarvan tenminste drie dagen met strenge vorst (minimumtemperatuur lager dan -10,0 °C).
Wanneer zagen we voor het laatst een koudegolf?
We zagen op grote schaal voor het laatst in januari-februari 2012 een koudegolf. Toen hadden we een landelijke koudegolf (criteria voldaan in De Bilt), er waren slechts een handjevol kuststations die hem net niet behaalden. De Bilt had een koudegolf van 10 dagen. Er was één dag dooi vanuit het noorden, waardoor alleen het zuiden er nog 4 dagen bij kon plakken (totaal van 14 dagen).
Lichtblauw = ijsdag (temperatuur hele dag onder nul)
Donkerblauw = strenge vorst (temperatuur op enig moment van de dag onder -10°C)
Dikker omlijnt = duur koudegolf
In januari 2013 zagen we regionaal ook een koudegolf (voor meer informatie, zie topic met terugblikken). Toen behaalden 6 stations een koudegolf van 12 of 13 dagen (Voorschoten, Lelystad, Heino, Cabauw, Herwijnen, Volkel). Tot een landelijke koudegolf kwam het niet.
Huidige kansen
Hier nogmaals de huidige pluim:
Onzekere termijn is wazig.
Zondag: Tegen middernacht wordt hoogste temperatuur behaald, mogelijk dat de maximum temperatuur daarom in het zuiden nog boven nul ligt.
Maandag & Dinsdag: Door wind en bewolking kleine kans op strenge vorst, ijsdagen zijn vrij zeker voor het grootste deel van de Benelux, misschien in Vlaanderen een enkel station zonder ijsdag.
Woensdag t/m zaterdag: Meer opklaringen in de berekeningen, hierdoor grotere kans op strenge vorst gedurende 4 nachten. Aan de andere kant zou de temperatuur her en der overdag ook met zon nipt boven nul kunnen komen (géén ijsdag = serie dagen onderbroken).
Dus: De kans op een koudegolf is aanwezig, we hebben 4 pogingen op strenge vorst, daarvan zouden we er mogelijk wel 3x raak kunnen schieten. Echter blijft het onzeker tot het laatste moment of het wel of niet lukt. De kans op géén landelijke koudegolf is namelijk ook zeker aanwezig (denk aan extra opwarming van de zon, of bewolking die strenge vorst verhindert). De kans op een regionale koudegolf is momenteel wel redelijk groot.
Vroeger waren er meer koudegolven dan hittegolven, tegenwoordig hebben we bijna iedere zomer wel regionale hittegolven en één landelijke hittegolf. In dat opzicht is de huidige periode tegenwoordig bijzonderder dan vroeger. Het zal voor iedereen wennen worden na één zeer zachte winter, de 7 winters daarvoor waren gemiddeld ook allemaal zacht. Het is de vraag of de huidige winter gemiddeld of kouder dan gemiddeld wordt (met een gemiddelde die verschoven is door klimaatverandering).
| Gewijzigd: 6 februari 2021, 20:22 uur, door Rens@weer