Hurricane Irma. Bron afbeelding: Worldview
Met regenorkaan Harvey nog vers in het geheugen staat het Atlantisch orkaanseizoen 2017 definitief op de kaart. Niet eerder werd zo duidelijk dat orkanen niet alleen gevaarlijk zijn door de harde wind, maar ook door de grote hoeveelheid water die ze meebrengen. Zoet water door exceptionele regenval, zout water door stormvloed en metershoge golven. Aan de andere kant van de wereld werd Hongkong opgeschrikt door typhoon Hato, die om vergelijkbare redenen het openbare leven grotendeels stil legde. De vraagt rijst of wij in Nederland ook door tropische cyclonen getroffen kunnen worden, nu of in de toekomst.
Orkanen ontstaan tijdens de zomer en het najaar boven warm zeewater in de tropische Atlantische oceaan. Terwijl ze intensiveren, verplaatsen ze zich, eerst westwaarts op de passaatwinden, en vervolgens richting het noorden. Daar ondervinden ze (tenzij ze aan land gaan en snel uitdoven) steeds meer invloed van de draaiing van de aarde en de veranderende omgeving (kouder, westenwind). Ze ondergaan dan een structurele verandering waarbij ze hun karakteristieke ronde vorm verliezen. Hierna kunnen ze opnieuw in kracht toenemen terwijl ze zich richting Europa verplaatsen. Deze ex-orkanen hebben in Europa in het verleden al grote schade aangericht. Een recent voorbeeld daarvan was “Gonzalo” die in oktober 2014 vanuit het Caribisch gebied via Schotland naar de Balkan trok, met stormvloed, zeer harde wind en buitensporige regenval tot gevolg.
Bron afbeelding: KNMI
Het KNMI onderzoekt hoe vaak en met wat voor eigenschappen ex-tropische cyclonen Europa en Nederland bereiken, en hoe dit in de toekomst verandert. De voorlopige resultaten laten een toenemend risico (vaker en sterker) voor Europa en Nederland in een warmer klimaat zien. Deze bevindingen worden ondersteund door een recente publicatie van de universiteit van Princeton. In internationaal verband wordt nu hieraan verder gewerkt
Bron artikel: KNMI