Midden-Amerika is getroffen door de ergste droogte in tientallen jaren, waardoor honderdduizenden mensen kampen met grote voedseltekorten. Door de mislukte oogsten hebben de boeren in Guatemala, El Salvador, Nicaragua en Honduras gebrek aan zaad voor de zaaiperiode die deze maand begint.
Droge perioden duren steeds langer
Midden-Amerika kent afwisselend droge en natte perioden. De droge tijd duurt van januari tot eind april. Daarna volgt de regentijd met stevige regen- en onweersbuien in mei en juni. Voordat een tweede regentijd begint in september is er nog een korte droge periode. De natte perioden waarin vooral in de middag en avond soms hevige regen- en onweersbuien vallen, worden veroorzaakt door het opschuiven van de Intertropische Convergentiezone. Een band met verhoogde buienactiviteit ontstaan boven de warme wateren van de oceanen boven de evenaar. Deze zone beweegt in mei en juni van zuid naar noord over Midden-Amerika en in september en oktober van noord naar zuid met tussen de regenperiodes in een korte droge periode, de canicula. Boeren kunnen, als het weer zich aan de boekjes houdt, twee keer zaaien en twee keer oogsten. Door cyclische veranderingen in de atmosfeer en waarschijnlijk ook de wereldwijde opwarming van de aarde is er al jaren een tendens dat de droge tijden van januari tot april en in juli steeds langer worden. Daardoor zijn er de afgelopen jaren vele oogsten mislukt. Het zaaigoed wordt steeds schaarser. Boeren zijn bang om het kleine beetje zaad dat ze nog hebben nu te zaaien.
El Niño
Dit jaar is er sprake van een El Niño. Dat is een regelmatig terugkerend verschijnsel waarbij de temperatuur van het zeewater langs de evenaar in de Stille oceaan warmer is dan gemiddeld. Normaal is de oostelijke Stille Oceaan relatief koel. Een stevige oostenwind, de passaat, blaast dan water richting Indonesië, zodat het water in de oostelijke Stille Oceaan geen kans krijgt om warmer te worden. In oktober heeft een sterke westenwind warm water naar het oosten geblazen. De zeewatertemperatuur langs de evenaar in de Stille Oceaan is daardoor inmiddels 1,5 tot 2 graden hoger dan normaal. Onder zulke omstandigheden verandert de luchtdrukverdeling, verzwakt de passaat of valt de wind helemaal weg. Gevolg is dat het warme water "stil" blijft liggen. El Niño heeft in grote delen van de wereld effect heeft op het weer. Deze effecten zijn het sterkst in het brongebied op de Stille Oceaan, waar de regenzone in Zuid-Oost Azië verder de oceaan optrekt. El Niño zorgt meestal ook voor gemiddeld warmer weer in grote delen van de wereld, vooral in de tropen en zuidelijk Afrika. Deze opwarming is het sterkst een paar maanden na de piek van El Niño. De regionale effecten van El Niño hangen sterk af van de plaats en de tijd van het jaar. In "onze’" herfst zijn de effecten van El Niño het sterkst. In Chili en Uruguay regent het gemiddeld meer dan normaal. In Panama, Colombia en Venezuela is het droger dan normaal. Ook Guatemala, El Salvador, Nicaragua en Honduras vreest met voor droger weer dan normaal, juist nu er zo hard regen nodig is. Volgens metingen van de zeewatertemperaturen in de Stille Oceaan lijkt El Niño komende maanden wel iets sterker te worden, maar een sterke El Niño wordt niet verwacht. Verschillende weerinstituten die zich bezig houden met lange termijn regenverwachtingen is het effect van El Niño de komende maanden niet extreem en wordt er een normale tot iets minder dan normale hoeveelheid regen verwacht. Of deze experimentele verwachtingen uitkomen en of de boeren daar iets aan hebben is de vraag. De komende maand is cruciaal. Als er te weinig regen valt en de oogst weer mislukt zijn de gevolgen voor de miljoenen inwoners van deze Midden-Amerikaanse landen catastrofaal en wordt er nog meer honger verwacht.
Margot Ribberink
Bronnen: MeteoGroup, KNMI, Tialda Veldman van Cordaid in Midden-Amerika
Lees ook: