In de eerste helft van dit jaar is het bijzonder warm geweest. De gemiddelde temperatuur in De Bilt was 10,1 graden. Dat is 2 graden hoger dan wat normaal is. 2014 kan het warmste jaar worden dat ooit is gemeten. Die gegevens worden bijgehouden sinds 1901.
© anp.
Dat meldt weerbureau weeronline.nl. Het warmste jaar tot nu toe was 2006. Toen lag de gemiddelde temperatuur na 6 maanden rond het gemiddelde, maar was de tweede helft buitengewoon warm. Om het record van 2006 te breken, moet het in de tweede helft van dit jaar gemiddeld een halve graad warmer dan normaal zijn.
Het is niet ondenkbaar dat 2014 inderdaad het record breekt. In de Stille Oceaan kan het weerfenomeen El Niño ontstaan. 'Er zijn geen directe verbanden aangetoond tussen El Niño en het weer in Nederland, maar indirect heeft een toename in de wereldwijde temperatuur wel gevolgen voor de gemiddelde temperatuur in Nederland. De kans dat deze hoger uitkomt dan normaal stijgt', aldus weeronline.nl.
De afgelopen 6 maanden zijn trouwens niet het warmste eerste halfjaar ooit. In 2007 was het gemiddeld 10,8 graden in de eerste 6 maanden. De tweede helft van dat jaar was echter vrij koel. Daardoor eindigde heel 2007 nipt achter 2006.
Bron: AD
Onweersdagen: 0
Een vergelijkbaar beeld kon in minstens driekwart van het land, gedurende het hele winterseizoen worden geschoten. Alleen aan de kale bomen op de achtergrond is te zien, dat het winter is. Foto: Martha Kivits.
Ondanks het koele einde van de maand, is ook juni als geheel warmer dan gemiddeld verlopen, en dat geldt tot dusver voor alle verstreken maanden van dit jaar. Nu de eerste jaarhelft om is, is het tijd voor een tussenbalans. Voorlopig lijkt het erop dat we één van de allerwarmste jaren van de afgelopen ruim 300 jaar meemaken. Worden de absolute warmterecords uit 2006 en 2007 aan het wankelen gebracht?
Het beeld tot dusver.
We zeiden het al in de inleiding, de eerste zes maanden van dit jaar zijn allemaal warmer verlopen dan het langjarige gemiddelde. Om dat te bepalen, kijken we naar de zogenaamde ‘graaddagen’. Voor ieder etmaal vergelijken we de opgetreden gemiddelde temperatuur met het klimatologische gemiddelde voor die dag. Is dat laatste gemiddelde bijvoorbeeld 12,0 graden, maar werd het 14,0 graden, dan scoort die dag +2,0 graaddagen. Op een koele dag van bijvoorbeeld 10,0 graden is die score dus 2,0 graden negatief.
Na het optellen van alle plussen en minnen, was juni 2014 in De Bilt op 16,9 graaddagen uitgekomen, een klein plusje dus van een halve graad gemiddeld per dag. In mei was de positieve score met 3,8 graaddagen nóg kleiner, afgerond maar 0,1 graad per dag. Januari tot en met april waren echter royaal warmer dan gemiddeld, met de grootste afwijking in februari (+90,2 graaddagen), op de voet gevolgd door mei met 87,9 graaddagen.
Pasen 2014 verliep warm, net als vrijwel de hele eerste jaarhelft. Foto: Wouter van Bernebeek.
Een grote plus
Bezien we de hele eerste jaarhelft, dan zien we een grote plus van maar liefst 347,2 graaddagen. Vergelijk dat eens met vorig jaar, toen we op 30 juni op een negatieve score van 289,5 graaddagen stonden! Per dag gemiddeld staan we dit jaar dus met 1,9 graden bijna twee volle graden in de plus, wat een grote afwijking naar boven is. Splitsen we alle dagen uit, dan was maar een kwart (24%) kouder dan de norm, en niet één dag daarvan was 4,0 graden of méér, kouder dan de norm. Daarentegen verliep driekwart van de dagen (74%) warmer dan de norm en 23% van alle 181 dagen uit de eerste jaarhelft waren zelfs 4,0 graden of méér, warmer dan de norm. De overgebleven 2% dagen kwamen precies op de norm uit, die gold voor die dagen.
Bekijken we alle eerste jaarhelften sinds 1901 in De Bilt, dan zien we dat dit jaar op de tweede plaats staat met 10,4 graden, ruim voor 1990 met 10,0 graden, maar ook ruim achter de koploper 2007, met 11,0 graden.
'De warmste fase in de afgelopen junimaand, viel grofweg in de tweede week. Het was ook een uiterst onstabiele periode, met lokaal forse onweersbuien. Deze grote Cumulonimbus werd door de zon fraai aangelicht. Foto: Ben Saanen.
2014 recordwarm?
Met nog een half jaar voor de boeg, lijkt het een schot in het duister om nu al te stellen dat 2014 wellicht recordwarm gaat verlopen. Dat hoeft ook zeker niet te gebeuren, maar feit is wel dat de tweede helft van dit jaar niet eens zoveel extra warmte meer hoeft op te leveren om de jaren 2006 en 2007, die beide het huidige record in handen hebben, te evenaren. Klimatologisch bezien, verloopt de tweede jaarhelft namelijk warmer dan de eerste helft, wat logisch is, want in de eerste jaarhelft valt het grootste deel van de winter en in de tweede jaarhelft geldt dat juist voor de zomer.
Volgens de norm is de gemiddelde jaartemperatuur 10,2 graden, met 8,4 graden gedurende de eerste helft en 12,0 graden gedurende de tweede helft. Stel dat de tweede helft van dit jaar qua temperatuur volstrekt gemiddeld gaat verlopen, dan komt het jaar 2014 als geheel al op 11,2 graden uit, en is een evenaring van het record uit zowel 2006 als 2007, een feit. Een klein warmteoverschot van maar 19 graaddagen over de komende zes maanden, is al voldoende om 2014 afgerond tot de nieuwe koploper te maken!
Het temperatuurverloop in De Bilt, in juni 2014. (Bron: KNMI). Een groot deel van de maand schommelde het kwik rond (en dus ook geregeld onder) de norm. Het (kleine) warmteoverschot werd in de tweede juniweek gemaakt.
Het kan nog veel warmer…
De grens van het mogelijke is hiermee echter nog niet bereikt. Kijkend naar de periode 1 januari – 31 december (een kalenderjaar) is voor ons mensen natuurlijk een mooi, afgebakend tijdvak, net als het kijken naar hele maanden, maar voor de natuur een volstrekt willekeurige grens. Dat zien we ook als we die twee recordjaren uit 2006 en 2007 bezien. De eerste helft van 2006 verliep namelijk helemaal niet uitzonderlijk warm. We vinden tot 1 juli 2006 op de 49e (!) plaats terug met 8,1 graden gemiddeld, wat zelfs 0,3 graden koeler is dan de huidige klimatologische norm. Een uitzonderlijk warme tweede jaarhelft maakte dit echter méér dan goed.
Het omgekeerde gebeurde juist in 2007. Lange tijd zag het er naar uit dat het record uit 2006 meteen het jaar daarop verbroken zou worden, maar in 2007 verliep juist de twééde jaarhelft aan de koele kant met 11,5 graden gemiddeld (een 44e plaats), terwijl hier 2006 met 14,3 graden fier aan kop kwam. Uiteindelijk kwamen beide jaren met 11,2 graden afgerond, gelijk aan kop.
De tweede helft van 2006 en de eerste helft van 2007 verliepen dus uitzonderlijk warm. De warmste aaneengesloten 365 dagen uit die periode liep van 9 juni 2006 tot en met 8 juni 2007 en leverde een gemiddelde temperatuur op van 12,7 graden! Dat is dus een jaar lang, gemiddeld per dag, 2,5 graden warmer dan de norm. Uitgedrukt in graaddagen, is dat dus een positieve afwijking van 912,5.
De temperatuuranomalie van de afgelopen twaalf maanden. Het is vooral warmte wat de klok slaat, die vooral de voorbije winter en de heerste helft van het voorjaar, zeer markant was.
Trouwens, ook het afgelopen ‘jaar’, lopende van 1 juli 2013 tot en met 30 juni 2014 dus, is duidelijk warmer verlopen dan de huidige jaarrecords, want die periode kwam op 11,6 graden uit.
Kortom, tot dusver zijn we thermisch bezien, opnieuw met een uitzonderlijk jaar bezig. Alleen indien de tweede jaarhelft kouder dan de norm verloopt, wordt het huidige warmterecord uit 2006 en 2007 niet geëvenaard. Een klein warmteoverschot daarentegen, is al voldoende om dit jaar recordwarm te maken.
Eén zwaluw maakt nog geen zomer, maar de balans van de hele eerste juliweek zal wellicht, net als al dit hele jaar tot dusver, naar de warme kant gaan doorslaan.
Bron: MeteoGroup
Lees ook:
| Gewijzigd: 3 februari 2017, 11:13 uur, door Joyce.s