In de haven van de Amerikaanse stad Houston is bij een ongeval met twee schepen meer dan 630.000 liter olie gelekt. De hulpdiensten zijn aan het werk om het goedje op te ruimen. Daardoor is de haven momenteel geblokkeerd. De olie vormt ook een bedreiging voor de vogelpopulatie in het gebied.
Zaterdag kwamen een olietanker en een cargoschip met elkaar in aanvaring bij het binnenvaren van de haven van Houston. Daarbij is naar schatting 636.000 liter olie in het water terechtgekomen. Volgens de kustwacht loopt het oliespoor tot 20 kilometer de Golf van Mexico in.
©AP
In vergelijking met het grote olielek door de explosie op Deepwater Horizon, het booreiland van BP, nu vier jaar geleden, gaat het om een beperkte hoeveelheid. Toen lekte bijna 800 miljoen liter ruwe olie de zee in. Toch spreken de autoriteiten van een "significant olielek".
De overblijvende olie in de tanker is weggepompt naar andere schepen. Er is volgens de Amerikaanse autoriteiten dan ook geen risico dat het olielek nog groter wordt. Bijna 400 mensen en een hele vloot aan opruimschepen zijn momenteel bezig om de gelekte olie weg te werken.
De haven van Houston is zowat de belangrijkste oliehaven in Amerika. Dagelijks varen er zo'n 80 schepen door met olie aan boord. Die moeten nu wachten. Voorlopig kunnen er geen schepen in en uit de haven omdat de opruimactie volop aan de gang is. Hoe lang dat zal duren, is nog niet bekend.
In het gebied rond de haven overwinteren jaarlijks tienduizenden zeevogels. Natuurorganisaties vrezen dan ook voor kwalijke gevolgen voor de vogelpopulatie. Of er veel schade is aan hun leefgebied, is momenteel echter nog onduidelijk.
Bron: De Redactie
Onweersdagen: 0