Berichtgeving El Niño 2014-2015
El Niño op de loer? Wordt 2014 een record warm jaar?
Wetenschappers zijn van mening, dat er een kans van 75% bestaat, dat 2014 een record warm jaar gaat worden. Een op de loer liggend El Niño evenement ligt klaar om enorme hoeveelheden warmte de atmosfeer in de schieten. Een El Niño vindt plaats als de equatoriale wateren van de Stille Oceaan ongebruikelijk warm zijn. Dit kan de oceaan- en windstromingen over de gehele globe veranderen, waardoor het klimaat overhoop komt te liggen. Wetenschappers uit Duitsland denken, dat zij een disruptieve El Niño een jaar vooruit kunnen voorspellen. Dit staat beschreven in een studie in PNAS. De wetenschappers hopen, dat hun voorspelling een signaal afgeeft aan de autoriteiten over de gehele wereld, om zich goed voor te bereiden op de desastreuze effecten van een El Niño. Normaliter voorspellen wetenschappers een El Niño zo'n zes maanden van te voren. Lange termijnverwachtingen zijn tot nu toe onbetrouwbaar gebleken.
Dit figuur laat zien wat er gebeurt tijdens een El Niño: Warmer dan gemiddeld water (rood) ontwikkelt zich in het midden van de Stille Oceaan. De wind, die normaal in westelijke richting blaast, zwakt af. Hierdoor kunnen de oostelijke winden het warme water richting de kust van Zuid Amerika stuwen.
Tot op heden wordt de voorspelling gedaan op basis van de analyse van de watertemperaturen van de equatoriale wateren in het oostelijk deel van de Stille Oceaan. Echter omdat de watertemperaturen sterk beïnvloed worden door de winden, die over de evenaar blazen, zijn de verwachtingen gelimiteerd tot maximaal zes maanden. In plaats van het analyseren van de watertemperaturen in een specifiek gebied hebben Armin Bunde en zijn collegae van de Justus Leibig Universiteit in Giessen (Dld) gekeken naar de temperatuur van de atmosfeer in alle gebieden van de Stille Oceaan. Vervolgens bekeken ze de relatie tussen de temperaturen van het El Niño bassin met temperaturen in de rest van de Stille Oceaan.
De onderzoekers claimen, dat hun methode de afwezigheid van El Niño in de afgelopen twee jaren perfect heeft aangetoond. Tevens verwachten zij, dat er een kans van 75% bestaat op een El Niño in het tweede deel van 2014. Klimatoloog Tim Scripps, verbonden aan het Institution of Oceanography in La Jolla, meldt aan LiveScience, dat de methodes, die wetenschappers gebruiken, achterhaald zijn.: The techniques the researchers used made me feel like I was back in the 1980s and 1990s,’
De oceaantemperaturen in 2006. De rode kleur vertegenwoordigt temperaturen, die hoger liggen dan het gemiddelde.
Anderen voeren als tegenargument aan, dat de methode van de onderzoekers geen rekening houdt met de dynamiek en fysische aspecten van de zee en/of atmosfer. Er wordt slechts gekeken naar de statistische patronen in temperatuur. Deze kan volgens de tegenstanders altijd gevonden worden, als je hard genoeg zoekt. "Het risico op een El Niño in de tweede helft van 2014 is toegenomen, maar kan op dit moment zeker niet gegarandeerd worden," zegt Andrew Watkins verbonden aan Climate Prediction bij Bureau of Meteorology van Australië. Mr Watkins geeft aan, dat er vroege indicaties zijn, welke suggereren, dat het weerpatroon op zijn vroegst in juni zou kunnen arriveren. Echter dit vooruitzicht kan pas helder worden in het tweede kwartaal van het jaar.
SCIENTISTS PREDICT EXTREME EL NINO EVENTS WILL DOUBLE
© onweer-online
Bron: Daily Mail / Live Science | Gewijzigd: 11 februari 2014, 21:30 uur, door Marga
Wetenschappers zijn van mening, dat er een kans van 75% bestaat, dat 2014 een record warm jaar gaat worden. Een op de loer liggend El Niño evenement ligt klaar om enorme hoeveelheden warmte de atmosfeer in de schieten. Een El Niño vindt plaats als de equatoriale wateren van de Stille Oceaan ongebruikelijk warm zijn. Dit kan de oceaan- en windstromingen over de gehele globe veranderen, waardoor het klimaat overhoop komt te liggen. Wetenschappers uit Duitsland denken, dat zij een disruptieve El Niño een jaar vooruit kunnen voorspellen. Dit staat beschreven in een studie in PNAS. De wetenschappers hopen, dat hun voorspelling een signaal afgeeft aan de autoriteiten over de gehele wereld, om zich goed voor te bereiden op de desastreuze effecten van een El Niño. Normaliter voorspellen wetenschappers een El Niño zo'n zes maanden van te voren. Lange termijnverwachtingen zijn tot nu toe onbetrouwbaar gebleken.
Dit figuur laat zien wat er gebeurt tijdens een El Niño: Warmer dan gemiddeld water (rood) ontwikkelt zich in het midden van de Stille Oceaan. De wind, die normaal in westelijke richting blaast, zwakt af. Hierdoor kunnen de oostelijke winden het warme water richting de kust van Zuid Amerika stuwen.
Tot op heden wordt de voorspelling gedaan op basis van de analyse van de watertemperaturen van de equatoriale wateren in het oostelijk deel van de Stille Oceaan. Echter omdat de watertemperaturen sterk beïnvloed worden door de winden, die over de evenaar blazen, zijn de verwachtingen gelimiteerd tot maximaal zes maanden. In plaats van het analyseren van de watertemperaturen in een specifiek gebied hebben Armin Bunde en zijn collegae van de Justus Leibig Universiteit in Giessen (Dld) gekeken naar de temperatuur van de atmosfeer in alle gebieden van de Stille Oceaan. Vervolgens bekeken ze de relatie tussen de temperaturen van het El Niño bassin met temperaturen in de rest van de Stille Oceaan.
De onderzoekers claimen, dat hun methode de afwezigheid van El Niño in de afgelopen twee jaren perfect heeft aangetoond. Tevens verwachten zij, dat er een kans van 75% bestaat op een El Niño in het tweede deel van 2014. Klimatoloog Tim Scripps, verbonden aan het Institution of Oceanography in La Jolla, meldt aan LiveScience, dat de methodes, die wetenschappers gebruiken, achterhaald zijn.: The techniques the researchers used made me feel like I was back in the 1980s and 1990s,’
De oceaantemperaturen in 2006. De rode kleur vertegenwoordigt temperaturen, die hoger liggen dan het gemiddelde.
Anderen voeren als tegenargument aan, dat de methode van de onderzoekers geen rekening houdt met de dynamiek en fysische aspecten van de zee en/of atmosfer. Er wordt slechts gekeken naar de statistische patronen in temperatuur. Deze kan volgens de tegenstanders altijd gevonden worden, als je hard genoeg zoekt. "Het risico op een El Niño in de tweede helft van 2014 is toegenomen, maar kan op dit moment zeker niet gegarandeerd worden," zegt Andrew Watkins verbonden aan Climate Prediction bij Bureau of Meteorology van Australië. Mr Watkins geeft aan, dat er vroege indicaties zijn, welke suggereren, dat het weerpatroon op zijn vroegst in juni zou kunnen arriveren. Echter dit vooruitzicht kan pas helder worden in het tweede kwartaal van het jaar.
SCIENTISTS PREDICT EXTREME EL NINO EVENTS WILL DOUBLE
- A separate study has found that extreme weather events fuelled by El Niños are expected to double.
- Climate scientists warned that countries could be struck by devastating droughts, fires and foods every ten years.
- Extreme El Niño events develop differently from standard El Ninos, which first appear in the western Pacific.
- The extreme events occur when sea surface temperatures exceeding 28°C develop in the equatorial Pacific Ocean.
© onweer-online
Bron: Daily Mail / Live Science | Gewijzigd: 11 februari 2014, 21:30 uur, door Marga
Every cloud has a silver lining
2014: Mogelijke terugkeer van El Niño
Er komt steeds meer beweerd, dat er een verandering opgaande is in de basis status van de Stille Oceaan (vanaf nu Pacific genoemd). Hierdoor kan er een gemiddelde tot krachtige El Niño ontstaan tijdens de aankomende lente / zomer. Allereerst is hier een sceenshot van de anomalie (verschil tot het gemiddelde) van de globale zee oppervlakte temperaturen (SST) van zo'n 30 dagen geleden.
Kijk hierbij naar het relatief zwak tonend SST anomalie patroon in het equatoriale deel van de Pacific. Hierbij zijn warme anomaliën in de westelijke helft van het bassin en een gemengde warme/koude anomalie in de oostelijke helft van het bassins. De gemengde warm/koud signalen in het equatoriale deel van de oostelijke Pacifi czijn een resultaat van instabiele oostelijke golven in de oceaan. Deze worden geassocieerd met korte afstanden tussen warme en koude fases. Nu de SST anomalie kaart van afgelopen week:
De oostelijke helft van de Pacific is sterk afgekoeld. Op deze kaart lijkt het net of er een La Niña in aantocht is, in plaats van een El Niño. Dus waarom wordt er gedacht, dat komende lente/zomer een El Niño gaat domineren?
Oceanische Kelvin golven
Hierbij gaat het om de dynamica in de oceanen. Er zijn nog andere typen golven, welke zich diep in de Pacific afspelen. Eén van deze golven heeft de naam: Oceanische Kelvin Golf / Oceanic Kelvin Wave. Dit type golf reist alleen van het westen naar het oosten met een extreem lage snelheid van 2-3 m/s. Dit type golven hebben al eerder een schijnbare faciliterende rol gespeeld bij het ontstaan van een El Niño. Er zijn twee fases in de Oceanische Kelvin Golf. De opwaartsgolvende fase (Upwelling) en een neerwaartsgolvende fase (Downwelling). Tijdens de opwaartse fase wordt kouder water van ver onder het zee-oppervlak naar de oppervlakte gestuwd. Hierdoor koelt de oppervlakte van de oceaan af. De neerwaartsefase laat het tegenovergestelde zien: warmer water van warme poel in het westelijke deel van de Pacific wordt gedwongen om te dalen. Het gevolg hiervan is dat de termoclinic zich verdiept en de laag onder de oppervlaktelaag opwarmt. Om dit te illustreren moet je je voorstellen, dat iemand een kleed vasthoudt. Vervolgens tilt deze dit kleedt snel optilt (stap 2) en vervolgens weer naar beneden duwt (stap 3).
Hierdoor ontstaat er een golfbeweging in het kleed. De golf reist van de bron (persoon) af. Dit is precies wat er gebeurt tijdens de Oceanische Kelvin golf evenementen, waarbij het algemene golfpatroon wordt doorgegeven van west naar oost. Het Kelvin golfpatroon wordt alleen maar doorgegeven van west naar oost. Hierdoor mag er verwacht worden, dat als een bepaalde fase gelokaliseerd is in een regio (i.e. de "opwaartse fase" vindt momenteel plaats in het oostelijk deel van de Pacific), dat de tegenovergestelde fase snel zal volgen (i.e. de neerwaartse fase zal zich binnen 1-2 maanden manifesteren in het oostelijk deel van de Pacific).
Aan de hand van het ontstaan van de Super El Niño in 1997 zal uitgelegd worden hoe het bovenstaande in zijn werk gaat.
Op de meest linkse kaart is het vertrek van de west-naar-oost-gerichte winden (de zonale wind anomaliën) in de lagere troposfeer, gemiddeld over de evenaar. De kaart in het midden is een afspiegeling van de fluctuaties van de thermocline (laag tussen het oppervlakkige warmere water en het diepere koudere water) in de Pacific. De uiterst rechtse kaart laat de SST anomalieën zien. In februari en maart 1997 waaiden er krachtige westelijke winden aan de oppervlakte van het westelijk deel van de Pacific. Deze staan bekend als "westerly wind bursts". Krachtige westelijke winden in de lagere atmosfeer kan een Oceanische Kelvin golf veroorzaken. In de lente van 1997 kwamen er dan ook een aantal van de golven voor met zowel opwaartse als neerwaartse fasen. Bij ieder van deze golven "klotste" de warme poel in het rond. Bij de laatste Kelvin Golf, welke de basis status van de thermocline herstructureerde, werd de super El Niño geboren aan het begin van mei 1997 en duurde tot april 1998. Het was de krachtigste El Niño uit de gedocumenteerde weergeschiedenis.
Nu eerst een kijkje wat er gebeurt in de sub-opperlvakkige laag tijdens één van deze Kelvin Golven. Hieronder staat een voorbeeld beschreven uit 2003. Tijdens het begin van de Oceanische Kelvin golf is er een sterke sub-oppervlakkige opwarming in de westelijke Pacific en een sterke afkoeling nabij het oppervlak in de Pacific. In de loop van de tijd stuwt de opwarming in de sub-oppervlakkige laag naar het oosten en verjaagt de koude anomaliën aan de oppervlakte van de oostelijke Pacific. Deze veranderen naar warme anomalieën.
Sommige Kelvin golven zijn niet krachtig genoeg om de basis status van de Pacific te veranderen en brengen slechts geringe aanpassingen tot gevolg. De enige manier om dit te zien is gebruik te maken van de huidige 20°C isotherm diepte en de Hovmoeller anomalie kaarten van februari 2014. Deze staan hieronder weergegeven. De zwarte lijnen markeren het centrum van de "neerwaartse fase" (of de opwarming in de sub-oppervlakkige laag). De gestippelde lijnen markeren het centrum van de "opwaartse fase" (of afkoeling van de oppervlakte).
La Niña op de kaarten, maar in werkelijkheid een Kelvin golf.
Er zijn in de afgelopen maanden 3 krachtige Kelvin golven geweest. Iedere golf heeft water van de warme poel in het westelijk deel van de Pacific gestuwd naar het oostelijk deel van de oceaan. Maar de daaropvolgende fase resulteerde in een afkoeling. Vorige week trok een zeer krachtige "opwaartse fase" van een Kelvin Golf over de oostelijke Pacific.Hierbij werden de koudere wateren van de sub-oppervlakkige laag naar de oppervlakte geduwd waardoor het oostelijk deel van de Pacific afkoelde. Deze afkoeling zorgde, dat de ENSO 3.4 index op de rand van La Niña omstandigheden kwam te staan (-0,5°C ). Dit gebeurde terwijl er warm oppervlakte water in de sub-oppervlakkige laag werd geduwd. Hierdoor ontstond er een massale opwarming onder de oppervlakte. Hieronder staat de evolutie van de sub-oppervlakkige SST beginnende in januari en eindigent afgelopen week:
Zoals te zien is er een sterke daling van de temperatuur van de oostelijke Pacific. Deze daling behoort bij de "opwaartse fase" van de Kelvin golf en de sterke sub-oppervlakkige opwarming in het westelijke / centrale deel van de Pacific, behorende bij de "neerwaartse fase". Deze krachtige oceanische Kelvin golf is de reden waarom de huidige SST anomalie kaart lijkt alsof er een krachtige La Niña aan de gang is. Maar het is slechts het resultaat van de processen in de Pacific, die behoren bij het seizoen.
De huidige Kelvin golf heeft dezelfde kracht als diegene, die vooraf ging aan de Super El Niño in 1997. Dit is een uiterst zeldzame gebeurtenis. Maar er moeten nog een aantal dingen gebeuren, voordat er gezegd kan worden, dat we neigen naar een sterke El Niño. De krachtige westelijke winden nabij de evenaar in het centrale deel van de Pacific moeten hun momentum voorwaarts behouden.
Wat heeft de ontwikkeling van de krachtige Kelvin golf veroorzaakt?
Een krachtige westelijke windstoot (wwb1) vond plaats gedurende 19-30 januari boven het equatoriale deel van het westelijk deel van de Pacific.
De tijd-lengtegraad-kaart van de Madden Julian Oscillation (MJO) (het grootste element van de intra-seizoenale variabiliteit in de tropische atmosfeer gekarakteriseerd door een oostwaartse progressie van grote gebieden met zowel versterkte als onderdrukte tropische regenval) van gefilterde velocity potentiële anomalieën bij 200 mb (VP200) laat zien, dat de convectieve actieve fase van de MJO aan het einde van december en het begin van januari over het westelijk deel van de Pacific is getrokken. Hiervoor is het aannemelijk, dat WWB1 op 19 tot 30 januari door andere factoren in de atmosfeer gestuwd werd dan door het MJO.
Als er gekeken wordt naar de kleinere details, zijn een paar krachtige gyres (lagedruksystemen) te zien. Deze lagedruksystemen leken gespiegeld te liggen aan weerszijden van de evenaar. Eén gyre ontstond boven de Filipijnen en veroorzaakte daar grote en wijdverspreide overstromingen. De gyre ten zuiden van de evenaar ontstond boven het noorden van Australië en produceerde een grote hoeveelheid neerslag en onweersbuien.
De stroming op de noordelijke hemisfeer rond een lagedruksysteem (gyre) is tegen-de-klok-in. Hierdoor ontstaat een westelijke stroming op een laag niveau ten zuiden van de gyre. Op het zuidelijk halfrond is het net andersom: de stroming rond een gyre gaat met-de-klok-mee. Ten noorden van het lagedrukgebried is de stroming eveneens richting het westen gericht. De combinatie van deze twee lagedrukgebieden in het equatoriale deel van de westelijke Pacific heeft een significant krachtige harde westelijk gerichte windstoot te weeg gebracht. De gyres hebben bijna twee weken stand gehouden.
Het GFS model liet een volgende versterking van de westelijke stroming rond de evenaar ten westen van de datumgrens zien op 18-28 februari (WWB2). Kijkende naar de 1000mb gestandaardiseerde geopotentiaal hoogte anomalie kaart zijn twee paar "tweeling" cyclonen te zien, die de evenaar als spiegel gebruiken. Eén van de lagedrukgebieden groeit nabij de internationale datumgrens uit tot een cycloon.
Eén van de twee paar tweeling cyclonen zal in de medium range de westelijke stroming gaat versterken en zal het voorwaartse momentum van de oceanische Kelvin golf in stand houden. Dit is nog meer bewijs voor een mogelijke verandering van de basis status in de Pacific. Een aanjager van de ontwikkeling van een Super El Niño zoals in 1997 is de toegevoegde "hulp" van een vroeg-in-het-seizoen ontwikkelende tropische cycloon nabij de evenaar. Het GFS model laat deze mogelijke ontwikkeling al zien ten zuiden van de evenaar. In 1997 werd de Super El Niño geholpen door categorie 5 supertyfoon Isa. Deze tyfoon ontwikkelde zich aan het begin van april en ontstond dicht genoeg bij de evenaar in het midden van de Pacific om een significantie westelijke wind "vlaag" te veroorzaken. Isa stuwde de warme poel in het westelijk deel van de Pacific richting het oosten.
Zoals de situatie er nu uitziet maakt de oceaan zich op voor een grote stuwing van de warme poel in het westelijke deel van de Pacific richting het oostelijk deel. Er is nog meer ontwikkeling van de westelijke wind over het midden van de Pacific nodig om de basis status in de lente te veranderen. Dit puzzelstukje is moeilijk op lange termijn te voorspellen. Maar er zijn enige indicaties, dat dit op zijn minst in de medium-range zal plaatsvinden. Zowel de CFSv2 als het Europese seizoensverwachtingen model zijn extreem uitgesproken in de verandering naar een El Niño zoals te zien is in de onderstaande twee diagrammen.
Conclusie
De Stille Oceaan is nu in een status waarin een verandering van de basis-status van de oceaan mogelijk, waarbij de elementen wijzen op een mogelijk ontstaan van een El Niño in de komende lente. Dit is mede afhankelijk van mogelijke uitbarstingen van de westelijke windstroming, die de warme pool vanuit het westelijk deel van de Stille Oceaan richting het oosten moeten gaat stuwen.
Klik hier voor een heldere animatie van de ontwikkeling van de El Niño en La Niña condities
(kan niet op forum geplaatst worden wegens auteursrecht.)
© onweer-online
Bron: Wunderground / Michael Ventrice | Gewijzigd: 23 februari 2014, 19:11 uur, door Marga
Er komt steeds meer beweerd, dat er een verandering opgaande is in de basis status van de Stille Oceaan (vanaf nu Pacific genoemd). Hierdoor kan er een gemiddelde tot krachtige El Niño ontstaan tijdens de aankomende lente / zomer. Allereerst is hier een sceenshot van de anomalie (verschil tot het gemiddelde) van de globale zee oppervlakte temperaturen (SST) van zo'n 30 dagen geleden.
Kijk hierbij naar het relatief zwak tonend SST anomalie patroon in het equatoriale deel van de Pacific. Hierbij zijn warme anomaliën in de westelijke helft van het bassin en een gemengde warme/koude anomalie in de oostelijke helft van het bassins. De gemengde warm/koud signalen in het equatoriale deel van de oostelijke Pacifi czijn een resultaat van instabiele oostelijke golven in de oceaan. Deze worden geassocieerd met korte afstanden tussen warme en koude fases. Nu de SST anomalie kaart van afgelopen week:
De oostelijke helft van de Pacific is sterk afgekoeld. Op deze kaart lijkt het net of er een La Niña in aantocht is, in plaats van een El Niño. Dus waarom wordt er gedacht, dat komende lente/zomer een El Niño gaat domineren?
Oceanische Kelvin golven
Hierbij gaat het om de dynamica in de oceanen. Er zijn nog andere typen golven, welke zich diep in de Pacific afspelen. Eén van deze golven heeft de naam: Oceanische Kelvin Golf / Oceanic Kelvin Wave. Dit type golf reist alleen van het westen naar het oosten met een extreem lage snelheid van 2-3 m/s. Dit type golven hebben al eerder een schijnbare faciliterende rol gespeeld bij het ontstaan van een El Niño. Er zijn twee fases in de Oceanische Kelvin Golf. De opwaartsgolvende fase (Upwelling) en een neerwaartsgolvende fase (Downwelling). Tijdens de opwaartse fase wordt kouder water van ver onder het zee-oppervlak naar de oppervlakte gestuwd. Hierdoor koelt de oppervlakte van de oceaan af. De neerwaartsefase laat het tegenovergestelde zien: warmer water van warme poel in het westelijke deel van de Pacific wordt gedwongen om te dalen. Het gevolg hiervan is dat de termoclinic zich verdiept en de laag onder de oppervlaktelaag opwarmt. Om dit te illustreren moet je je voorstellen, dat iemand een kleed vasthoudt. Vervolgens tilt deze dit kleedt snel optilt (stap 2) en vervolgens weer naar beneden duwt (stap 3).
Hierdoor ontstaat er een golfbeweging in het kleed. De golf reist van de bron (persoon) af. Dit is precies wat er gebeurt tijdens de Oceanische Kelvin golf evenementen, waarbij het algemene golfpatroon wordt doorgegeven van west naar oost. Het Kelvin golfpatroon wordt alleen maar doorgegeven van west naar oost. Hierdoor mag er verwacht worden, dat als een bepaalde fase gelokaliseerd is in een regio (i.e. de "opwaartse fase" vindt momenteel plaats in het oostelijk deel van de Pacific), dat de tegenovergestelde fase snel zal volgen (i.e. de neerwaartse fase zal zich binnen 1-2 maanden manifesteren in het oostelijk deel van de Pacific).
Aan de hand van het ontstaan van de Super El Niño in 1997 zal uitgelegd worden hoe het bovenstaande in zijn werk gaat.
Op de meest linkse kaart is het vertrek van de west-naar-oost-gerichte winden (de zonale wind anomaliën) in de lagere troposfeer, gemiddeld over de evenaar. De kaart in het midden is een afspiegeling van de fluctuaties van de thermocline (laag tussen het oppervlakkige warmere water en het diepere koudere water) in de Pacific. De uiterst rechtse kaart laat de SST anomalieën zien. In februari en maart 1997 waaiden er krachtige westelijke winden aan de oppervlakte van het westelijk deel van de Pacific. Deze staan bekend als "westerly wind bursts". Krachtige westelijke winden in de lagere atmosfeer kan een Oceanische Kelvin golf veroorzaken. In de lente van 1997 kwamen er dan ook een aantal van de golven voor met zowel opwaartse als neerwaartse fasen. Bij ieder van deze golven "klotste" de warme poel in het rond. Bij de laatste Kelvin Golf, welke de basis status van de thermocline herstructureerde, werd de super El Niño geboren aan het begin van mei 1997 en duurde tot april 1998. Het was de krachtigste El Niño uit de gedocumenteerde weergeschiedenis.
Nu eerst een kijkje wat er gebeurt in de sub-opperlvakkige laag tijdens één van deze Kelvin Golven. Hieronder staat een voorbeeld beschreven uit 2003. Tijdens het begin van de Oceanische Kelvin golf is er een sterke sub-oppervlakkige opwarming in de westelijke Pacific en een sterke afkoeling nabij het oppervlak in de Pacific. In de loop van de tijd stuwt de opwarming in de sub-oppervlakkige laag naar het oosten en verjaagt de koude anomaliën aan de oppervlakte van de oostelijke Pacific. Deze veranderen naar warme anomalieën.
Sommige Kelvin golven zijn niet krachtig genoeg om de basis status van de Pacific te veranderen en brengen slechts geringe aanpassingen tot gevolg. De enige manier om dit te zien is gebruik te maken van de huidige 20°C isotherm diepte en de Hovmoeller anomalie kaarten van februari 2014. Deze staan hieronder weergegeven. De zwarte lijnen markeren het centrum van de "neerwaartse fase" (of de opwarming in de sub-oppervlakkige laag). De gestippelde lijnen markeren het centrum van de "opwaartse fase" (of afkoeling van de oppervlakte).
La Niña op de kaarten, maar in werkelijkheid een Kelvin golf.
Er zijn in de afgelopen maanden 3 krachtige Kelvin golven geweest. Iedere golf heeft water van de warme poel in het westelijk deel van de Pacific gestuwd naar het oostelijk deel van de oceaan. Maar de daaropvolgende fase resulteerde in een afkoeling. Vorige week trok een zeer krachtige "opwaartse fase" van een Kelvin Golf over de oostelijke Pacific.Hierbij werden de koudere wateren van de sub-oppervlakkige laag naar de oppervlakte geduwd waardoor het oostelijk deel van de Pacific afkoelde. Deze afkoeling zorgde, dat de ENSO 3.4 index op de rand van La Niña omstandigheden kwam te staan (-0,5°C ). Dit gebeurde terwijl er warm oppervlakte water in de sub-oppervlakkige laag werd geduwd. Hierdoor ontstond er een massale opwarming onder de oppervlakte. Hieronder staat de evolutie van de sub-oppervlakkige SST beginnende in januari en eindigent afgelopen week:
Zoals te zien is er een sterke daling van de temperatuur van de oostelijke Pacific. Deze daling behoort bij de "opwaartse fase" van de Kelvin golf en de sterke sub-oppervlakkige opwarming in het westelijke / centrale deel van de Pacific, behorende bij de "neerwaartse fase". Deze krachtige oceanische Kelvin golf is de reden waarom de huidige SST anomalie kaart lijkt alsof er een krachtige La Niña aan de gang is. Maar het is slechts het resultaat van de processen in de Pacific, die behoren bij het seizoen.
De huidige Kelvin golf heeft dezelfde kracht als diegene, die vooraf ging aan de Super El Niño in 1997. Dit is een uiterst zeldzame gebeurtenis. Maar er moeten nog een aantal dingen gebeuren, voordat er gezegd kan worden, dat we neigen naar een sterke El Niño. De krachtige westelijke winden nabij de evenaar in het centrale deel van de Pacific moeten hun momentum voorwaarts behouden.
Wat heeft de ontwikkeling van de krachtige Kelvin golf veroorzaakt?
Een krachtige westelijke windstoot (wwb1) vond plaats gedurende 19-30 januari boven het equatoriale deel van het westelijk deel van de Pacific.
De tijd-lengtegraad-kaart van de Madden Julian Oscillation (MJO) (het grootste element van de intra-seizoenale variabiliteit in de tropische atmosfeer gekarakteriseerd door een oostwaartse progressie van grote gebieden met zowel versterkte als onderdrukte tropische regenval) van gefilterde velocity potentiële anomalieën bij 200 mb (VP200) laat zien, dat de convectieve actieve fase van de MJO aan het einde van december en het begin van januari over het westelijk deel van de Pacific is getrokken. Hiervoor is het aannemelijk, dat WWB1 op 19 tot 30 januari door andere factoren in de atmosfeer gestuwd werd dan door het MJO.
Als er gekeken wordt naar de kleinere details, zijn een paar krachtige gyres (lagedruksystemen) te zien. Deze lagedruksystemen leken gespiegeld te liggen aan weerszijden van de evenaar. Eén gyre ontstond boven de Filipijnen en veroorzaakte daar grote en wijdverspreide overstromingen. De gyre ten zuiden van de evenaar ontstond boven het noorden van Australië en produceerde een grote hoeveelheid neerslag en onweersbuien.
De stroming op de noordelijke hemisfeer rond een lagedruksysteem (gyre) is tegen-de-klok-in. Hierdoor ontstaat een westelijke stroming op een laag niveau ten zuiden van de gyre. Op het zuidelijk halfrond is het net andersom: de stroming rond een gyre gaat met-de-klok-mee. Ten noorden van het lagedrukgebried is de stroming eveneens richting het westen gericht. De combinatie van deze twee lagedrukgebieden in het equatoriale deel van de westelijke Pacific heeft een significant krachtige harde westelijk gerichte windstoot te weeg gebracht. De gyres hebben bijna twee weken stand gehouden.
Het GFS model liet een volgende versterking van de westelijke stroming rond de evenaar ten westen van de datumgrens zien op 18-28 februari (WWB2). Kijkende naar de 1000mb gestandaardiseerde geopotentiaal hoogte anomalie kaart zijn twee paar "tweeling" cyclonen te zien, die de evenaar als spiegel gebruiken. Eén van de lagedrukgebieden groeit nabij de internationale datumgrens uit tot een cycloon.
Eén van de twee paar tweeling cyclonen zal in de medium range de westelijke stroming gaat versterken en zal het voorwaartse momentum van de oceanische Kelvin golf in stand houden. Dit is nog meer bewijs voor een mogelijke verandering van de basis status in de Pacific. Een aanjager van de ontwikkeling van een Super El Niño zoals in 1997 is de toegevoegde "hulp" van een vroeg-in-het-seizoen ontwikkelende tropische cycloon nabij de evenaar. Het GFS model laat deze mogelijke ontwikkeling al zien ten zuiden van de evenaar. In 1997 werd de Super El Niño geholpen door categorie 5 supertyfoon Isa. Deze tyfoon ontwikkelde zich aan het begin van april en ontstond dicht genoeg bij de evenaar in het midden van de Pacific om een significantie westelijke wind "vlaag" te veroorzaken. Isa stuwde de warme poel in het westelijk deel van de Pacific richting het oosten.
Zoals de situatie er nu uitziet maakt de oceaan zich op voor een grote stuwing van de warme poel in het westelijke deel van de Pacific richting het oostelijk deel. Er is nog meer ontwikkeling van de westelijke wind over het midden van de Pacific nodig om de basis status in de lente te veranderen. Dit puzzelstukje is moeilijk op lange termijn te voorspellen. Maar er zijn enige indicaties, dat dit op zijn minst in de medium-range zal plaatsvinden. Zowel de CFSv2 als het Europese seizoensverwachtingen model zijn extreem uitgesproken in de verandering naar een El Niño zoals te zien is in de onderstaande twee diagrammen.
Conclusie
De Stille Oceaan is nu in een status waarin een verandering van de basis-status van de oceaan mogelijk, waarbij de elementen wijzen op een mogelijk ontstaan van een El Niño in de komende lente. Dit is mede afhankelijk van mogelijke uitbarstingen van de westelijke windstroming, die de warme pool vanuit het westelijk deel van de Stille Oceaan richting het oosten moeten gaat stuwen.
Klik hier voor een heldere animatie van de ontwikkeling van de El Niño en La Niña condities
(kan niet op forum geplaatst worden wegens auteursrecht.)
© onweer-online
Bron: Wunderground / Michael Ventrice | Gewijzigd: 23 februari 2014, 19:11 uur, door Marga
Every cloud has a silver lining
Ook Japanse meteorologische dienst (JMA) verwacht El Niño
Het Japanse meteorologische instituut (JMA) heeft dinsdag medegedeeld, dat er komende zomer mogelijk een El Niño zal plaatsvinden. Het weerpatroon gaat gepaart met hevige regenval en droogtes. Deze mededeling komt nadag eerder al meteorologen in de USA en in Australië melding hebben gemaakt van een mogelijke El Niño.
© onweer-online
Bron: Reuters
Het Japanse meteorologische instituut (JMA) heeft dinsdag medegedeeld, dat er komende zomer mogelijk een El Niño zal plaatsvinden. Het weerpatroon gaat gepaart met hevige regenval en droogtes. Deze mededeling komt nadag eerder al meteorologen in de USA en in Australië melding hebben gemaakt van een mogelijke El Niño.
© onweer-online
Bron: Reuters
Every cloud has a silver lining
Hmmm.... maar El Niño kan op verschillende plaatsen opduiken zeg maar.
Waar verwachten ze het dan, is dat ergens in azie, europa, of elders. En wat voor invloed kan dat bij ons hebben dan...
Waar verwachten ze het dan, is dat ergens in azie, europa, of elders. En wat voor invloed kan dat bij ons hebben dan...
Radiografische Hobby's ?..kijk op: http://www.mrdracing.nl
El Niño is een klimatologisch / weerpatroon, die overal ter wereld zijn invloed heeft, maar zijn grondslag heeft in het westelijk deel van de Grote Oceaan. Dus voor de westkust van Zuid Amerika. Hier wordt het zeewater relatief warmer dan gemiddeld.
In Zuid Amerika komt er meer (veel meer) neerslag voor dan gemiddeld. Dit kan rampzalige gevolgen hebben zoals aardverschuivingen, overstromingen en modderlawines. Ook in het gebied van Australië tot Indonesië zijn de gevolgen groot. Daar is er juist sprake van extreme droogte en kunnen hierdoor grote bosbranden ontstaan. De effecten van een El Niño voor het westen van Europa (dus ook voor Nederland) zijn niet zo extreem groot. Wel kan een El Niño leiden tot een relatief nat voorjaar.
In Zuid Amerika komt er meer (veel meer) neerslag voor dan gemiddeld. Dit kan rampzalige gevolgen hebben zoals aardverschuivingen, overstromingen en modderlawines. Ook in het gebied van Australië tot Indonesië zijn de gevolgen groot. Daar is er juist sprake van extreme droogte en kunnen hierdoor grote bosbranden ontstaan. De effecten van een El Niño voor het westen van Europa (dus ook voor Nederland) zijn niet zo extreem groot. Wel kan een El Niño leiden tot een relatief nat voorjaar.
Every cloud has a silver lining
![[f]](/images/smilies/f.gif "[f]"){kind=small}
Severe Weather EuropeLatest analysis of the SST (sea surface temperature) anomaly, shows the neutral cold ENSO phase in the equatorial Pacific and the warmer waters in the north Pacific region, corresponding to the brief warm PDO phase. It is expected that the ENSO region will gradually warm up in spring, with an onset of the warm ENSO phase (El Nino) in summer or autumn, which would have important implications for the 2014/2015 winter.
Every cloud has a silver lining
'Krachtige El Niño op komst in Grote Oceaan'
Verschillende internationale meteorologische instituten voorspellen voor de komende maanden de ontwikkeling van het fenomeen El Niño in de Grote Oceaan. Dat meldt Weerplaza woensdag.
Tijdens een El Niño (letterlijk: het kind) verandert de temperatuurverdeling in de toplaag van het oceaanwater, veranderen de stromingen van het water en is er verandering in de richting van de passaatwinden. Deze waaien in oostelijke richting, terwijl ze dat normaal in westelijke richting doen.
Er is sprake van een El Niño als het water in het oostelijk deel van de oceaan minimaal 0,5 graden Celsius warmer is dan normaal. Volgens metingen gaat dat in april al gebeuren. Ook is de wind gedraaid boven het westelijk deel van de oceaan.
Deze gebeurtenis vindt voornamelijk plaats in het zuidelijke deel van de Grote Oceaan, maar kan het weer wereldwijd beïnvloeden. Zeker als er sprake is van een krachtige El Niño, zoals nu wordt voorspeld.
Bosbranden
Dit kan leiden tot slachtoffers en grote schade, door bijvoorbeeld zware regenval of langdurige droogte en daarop volgende bosbranden. Zo had de laatste krachtige El Niño in de jaren 1997-98 wereldwijd 23.000 dodelijke slachtoffers tot gevolg en was er 30 miljard euro schade.
Ook het leven in de Grote Oceaan wordt getroffen door El Niño, omdat het voedsel anders wordt verdeeld. Ook dieren op bijvoorbeeld de Galápagos-eilanden worden zwaar getroffen door het fenomeen, omdat er minder vis en plankton in het water te vinden is. Andere dieren profiteren weer van het fenomeen.
In Nederland zorgt een aanhoudende El Niño gemiddeld voor meer regen in de lente, zo onderzocht het KNMI eerder. Dat geldt voor het westen en midden van Europa.
Krachtig
Een krachtige El Niño komt gemiddeld eens in de twintig jaar voor. Australische onderzoekers van de Universiteit van New South Wales voorspellen echter dat het de komende decennia elke tien jaar plaats kan vinden. In 2009 deed het fenomeen zich voor het laatst voor. Toen was er sprake van een gemiddelde variant.
"De verwachting is dat in 2014 en opvolgend in 2015 het wereldwijde temperatuurrecord zal worden gebroken", zegt Rolf Schuttenhelm, klimaatspecialist van Bits of Science.
Politiek
"Dat is ook politiek relevant, omdat sceptici vaak zeggen dat de temperatuur mondiaal niet is gestegen. Ze baseren zich dan op een lijn van El Niño in 1998 (het heetste jaar in de twintigste eeuw) tot nu", stelt Schuttenhelm.
"Omdat de temperatuur mondiaal toen ook hoger lag, is er volgens die meetmethode inderdaad geen stijging. Als de temperatuur in 2014 en 2015 echter mondiaal weer stijgt, levert die lijn een ander resultaat op, zodat sceptici het argument niet meer kunnen gebruiken."
Dit biedt volgens Schuttenhelm goede hoop dat er tijdens de klimaatconventie in 2015 (Parijs) betere afspraken worden gemaakt. "Temperatuurtrends meet je over een periode van dertig jaar. Daarin is duidelijk zichtbaar dat de temperatuur mondiaal wel degelijk stijgt."
Bron: NU
Verschillende internationale meteorologische instituten voorspellen voor de komende maanden de ontwikkeling van het fenomeen El Niño in de Grote Oceaan. Dat meldt Weerplaza woensdag.
Tijdens een El Niño (letterlijk: het kind) verandert de temperatuurverdeling in de toplaag van het oceaanwater, veranderen de stromingen van het water en is er verandering in de richting van de passaatwinden. Deze waaien in oostelijke richting, terwijl ze dat normaal in westelijke richting doen.
Er is sprake van een El Niño als het water in het oostelijk deel van de oceaan minimaal 0,5 graden Celsius warmer is dan normaal. Volgens metingen gaat dat in april al gebeuren. Ook is de wind gedraaid boven het westelijk deel van de oceaan.
Deze gebeurtenis vindt voornamelijk plaats in het zuidelijke deel van de Grote Oceaan, maar kan het weer wereldwijd beïnvloeden. Zeker als er sprake is van een krachtige El Niño, zoals nu wordt voorspeld.
Bosbranden
Dit kan leiden tot slachtoffers en grote schade, door bijvoorbeeld zware regenval of langdurige droogte en daarop volgende bosbranden. Zo had de laatste krachtige El Niño in de jaren 1997-98 wereldwijd 23.000 dodelijke slachtoffers tot gevolg en was er 30 miljard euro schade.
Ook het leven in de Grote Oceaan wordt getroffen door El Niño, omdat het voedsel anders wordt verdeeld. Ook dieren op bijvoorbeeld de Galápagos-eilanden worden zwaar getroffen door het fenomeen, omdat er minder vis en plankton in het water te vinden is. Andere dieren profiteren weer van het fenomeen.
In Nederland zorgt een aanhoudende El Niño gemiddeld voor meer regen in de lente, zo onderzocht het KNMI eerder. Dat geldt voor het westen en midden van Europa.
Krachtig
Een krachtige El Niño komt gemiddeld eens in de twintig jaar voor. Australische onderzoekers van de Universiteit van New South Wales voorspellen echter dat het de komende decennia elke tien jaar plaats kan vinden. In 2009 deed het fenomeen zich voor het laatst voor. Toen was er sprake van een gemiddelde variant.
"De verwachting is dat in 2014 en opvolgend in 2015 het wereldwijde temperatuurrecord zal worden gebroken", zegt Rolf Schuttenhelm, klimaatspecialist van Bits of Science.
Politiek
"Dat is ook politiek relevant, omdat sceptici vaak zeggen dat de temperatuur mondiaal niet is gestegen. Ze baseren zich dan op een lijn van El Niño in 1998 (het heetste jaar in de twintigste eeuw) tot nu", stelt Schuttenhelm.
"Omdat de temperatuur mondiaal toen ook hoger lag, is er volgens die meetmethode inderdaad geen stijging. Als de temperatuur in 2014 en 2015 echter mondiaal weer stijgt, levert die lijn een ander resultaat op, zodat sceptici het argument niet meer kunnen gebruiken."
Dit biedt volgens Schuttenhelm goede hoop dat er tijdens de klimaatconventie in 2015 (Parijs) betere afspraken worden gemaakt. "Temperatuurtrends meet je over een periode van dertig jaar. Daarin is duidelijk zichtbaar dat de temperatuur mondiaal wel degelijk stijgt."
Bron: NU
Mijn twitter: https://twitter.com/#!/debbietje128
Onweersdagen: 0
Onweersdagen: 0
Natte lente in 2015 door El Niño
Een nieuwe El Niño kan het weer wereldwijd gaan beïnvloeden. De verwachting is dat het water in de Stille Oceaan de komende maanden sterk opwarmt, waarna het effect merkbaar wordt, melden meteorologen. El Niño kan grote gevolgen hebben die kunnen leiden tot veel schade en slachtoffers. Een krachtige El Niño kan meer dan een jaar aanhouden. De komende maanden kan El Niño zich ontwikkelen. Waarschijnlijk zijn de eerste gevolgen in de tweede helft van dit jaar merkbaar.
Passaatwinden
NOS-weerman en klimaatonderzoeker Peter Kuipers Munneke houdt nog wel een slag om de arm: "Meteorologen houden de Stille Oceaan de komende maanden scherp in gaten om te zien of de opwarming van het zeewater inderdaad uitgroeit tot een El Niño." El Niño is de benaming voor opwarming in het tropische deel van de Stille Oceaan, van de kust van Peru tot aan Indonesië, langs de evenaar. De windrichting van de passaatwinden en de temperatuurverdeling van het water veranderen. Dat heeft wereldwijd invloed op het weer.
Regen en droogte
Zo kan het verschijnsel in Zuid-Amerika leiden tot zware regenval met overstromingen en aardverschuivingen tot gevolg. In Zuidoost-Azië en Australië leidt het meestal tot hittegolven en droogte, waardoor bosbranden kunnen ontstaan. De laatste grote El Niño was in 1997-1998. Die leidde tot 30 miljard euro schade en 23.000 doden. Toen had het verschijnsel invloed op het weer in meer dan zestig landen. In 41 landen waren overstromingen, in 22 landen droogte. In Nederland leidt een aanhoudende El Niño meestal tot een natte lente.
Bron: NOS
Een nieuwe El Niño kan het weer wereldwijd gaan beïnvloeden. De verwachting is dat het water in de Stille Oceaan de komende maanden sterk opwarmt, waarna het effect merkbaar wordt, melden meteorologen. El Niño kan grote gevolgen hebben die kunnen leiden tot veel schade en slachtoffers. Een krachtige El Niño kan meer dan een jaar aanhouden. De komende maanden kan El Niño zich ontwikkelen. Waarschijnlijk zijn de eerste gevolgen in de tweede helft van dit jaar merkbaar.
Passaatwinden
NOS-weerman en klimaatonderzoeker Peter Kuipers Munneke houdt nog wel een slag om de arm: "Meteorologen houden de Stille Oceaan de komende maanden scherp in gaten om te zien of de opwarming van het zeewater inderdaad uitgroeit tot een El Niño." El Niño is de benaming voor opwarming in het tropische deel van de Stille Oceaan, van de kust van Peru tot aan Indonesië, langs de evenaar. De windrichting van de passaatwinden en de temperatuurverdeling van het water veranderen. Dat heeft wereldwijd invloed op het weer.
Regen en droogte
Zo kan het verschijnsel in Zuid-Amerika leiden tot zware regenval met overstromingen en aardverschuivingen tot gevolg. In Zuidoost-Azië en Australië leidt het meestal tot hittegolven en droogte, waardoor bosbranden kunnen ontstaan. De laatste grote El Niño was in 1997-1998. Die leidde tot 30 miljard euro schade en 23.000 doden. Toen had het verschijnsel invloed op het weer in meer dan zestig landen. In 41 landen waren overstromingen, in 22 landen droogte. In Nederland leidt een aanhoudende El Niño meestal tot een natte lente.
Bron: NOS
Every cloud has a silver lining
Krachtige El Niño in de maak
Een krachtige tot zeer krachtige El Niño lijkt in de maak. De komende maanden komt El Niño tot ontwikkeling waarna wereldwijd het weer beïnvloed wordt. Grote schade en slachtoffers kunnen het gevolg zijn.
De grote verschillen in beeld bij een El Niño en een La Niña
Hoe zat het ook alweer?
El Niño is de benaming van een gebeurtenis in het zuidelijke deel van de Grote Oceaan, vanaf de kust van Ecuador, Peru en Chili tot aan grofweg Indonesië. Bij een El Niño verandert de windrichting van de passaatwinden boven de oceaan van oostelijk naar westelijk, verandert de stroming van het water, en verandert de temperatuurverdeling van de toplaag van het water. Al deze wijzigingen hebben gevolgen voor het gedrag van weersystemen wereldwijd en daarmee ook voor de mens en de natuur. Bovendien zorgen de veranderingen in het water ervoor dat de voedselverdeling in de zuidelijke Grote Oceaan anders wordt. Dat heeft weer gevolgen voor allerlei vissen en organismen die in dit deel van de oceaan leven.
Actuele situatie
Om van een El Niño te mogen spreken moet het oceaanwater in het oostelijke deel van de Grote Oceaan minimaal 0,5 graden warmer zijn dan de normale watertemperatuur. De meest recente metingen en verwachtingen geven aan dat we deze maand aan die voorwaarde gaan voldoen. Een extra aanwijzing zijn de passaatwinden. In het westelijke deel van de Grote Oceaan is de wind gedraaid van oost naar west en in kracht toegenomen. Hierdoor krijgt het opwarmingsproces extra kracht want de westenwind blaast het warme water van Indonesië richting Peru en omgeving.
Het warme water in beeld. Het grote rode gebied bevindt zich nog onder het oppervlak maar koerst duidelijk naar rechts (oostwaarts naar Peru) en naar boven. Omdat El Niño zo belangrijk is, wordt ook de temperatuur van het water op grotere diepte nauwkeurig in de gaten gehouden. Wat daar opvalt, is dat er een gebied (zo groot als de Verenigde Staten) aanwezig is dat extreem warm is, warmer dan ooit gemeten. Volgens de oceaanmodellen is dit warme water onderweg naar het oppervlak. Zodra dat het oppervlak bereikt, ontstaat er een krachtige tot zeer krachtige El Niño.
De gevolgen
De gebieden die het zwaarst getroffen worden door een krachtige El Niño
De invloed van El Niño is gigantisch, maar alles gaat wel heel langzaam. De komende maanden wordt het oceaanwater warmer waarna de atmosfeer zich gaat aanpassen. De eerste meteorologische gevolgen ontstaan waarschijnlijk in de tweede helft van dit jaar. Het hangt er daarna vanaf hoe krachtig deze El Niño wordt en hoe lang hij aanhoudt om de verdere impact te kunnen inschatten. Gelukkig is er nog onzekerheid, maar de voortekenen zijn niet best. Alle modellen geven aan dat een El Niño periode gaat beginnen. Een meerderheid van de modellen berekent dat het een krachtige tot zeer krachtige El Niño gaat worden. De vorige keer dat er een krachtige El Niño plaatsvond, was in 1997-1998. Die El Niño heeft geleid tot ongeveer 30 miljard euro schade en wereldwijd 23.000 dodelijke slachtoffers! De krachtige El Ninõ van 1982-1993 veroorzaakte ruim 8 miljard schade. Zware regenval in de anders droge regio's in het westen van Zuid-Amerika veroorzaakte in 1997-1998 overstromingen, aardverschuivingen en slachtoffers. In Australië en Indonesië werd het droger dan normaal waardoor bosbranden konden uitgroeien tot grote proporties. De as zorgde voor een groot gebied met smog. Ook is de kans op hittegolven veel groter.
De Grote Oceaan is echt groot! Een omvangrijke verandering van de temperaturen heeft gevolgen voor iedereen.
Maar niet alleen in de landen rondom de zuidelijke Grote Oceaan heeft El Niño gevolgen. In meer dan zestig landen is El Niño de (mede) oorzaak geweest van extreem weer in 1997-1998. 41 landen werden getroffen door overstromingen, 22 door droogte, aldus een rapport van de VN. De grootste invloed heeft El Niño, wereldwijd gezien, in de maanden december tot en met februari. In Nederland zorgt een aanhoudende El Niño gemiddeld genomen voor meer regen in de lente. KNMI-onderzoek heeft tot de conclusie geleid dat als er sprake is van een El Niño in de wintermaanden we in het westen en midden van Europa op meer regen kunnen rekenen in de daaropvolgende lentemaanden.
Klimaatverandering?
El Niño bestaat al zeer lang. Waarschijnlijk hoort El Niño en zijn tegenhanger La Niña tot de normale stromingsprocessen van de Grote Oceaan. El Niño speelt echter wel een rol in het grote verhaal van de klimaatverandering. Immers, een systeem dat wereldwijd zoveel invloed heeft op het weer bepaalt mede hoe de temperatuur en neerslag zich ontwikkelen.
De gemiddelde wereldwijde temperatuur: er is een duidelijke stijging. In het rood zijn de jaren met een El Niño, die vrijwel steeds tot de warmste horen.
El Niño zorgt met de extra bosbranden bijvoorbeeld voor een verhoogde toename van CO2 in de atmosfeer. Dit broeikasgas zal leiden tot een hogere temperatuur in de atmosfeer. El Niño staat ook vrijwel zeker garant voor, wereldwijd gezien, een hogere temperatuur in 2015. Daardoor krijgt de opwarming van de aarde een extra impuls. Uit klimaatmodellenanalyse door de Universiteit van New South Wales (Australië) lijkt het dat het aantal El Niño's de komende decennia gaat toenemen. Een krachtige El Niño vindt nu ongeveer eens in de 20 jaar plaats, dat zou eens in de 10 jaar kunnen worden. Hoe de El Niño van 2014-2015 ook gaat uitpakken. De kans dat het in het najaar en de komende winter een belangrijk nieuwsfenomeen gaat worden, lijkt groot. We blijven de ontwikkeling nauwgezet volgen.
Bron: Weerplaza
Een krachtige tot zeer krachtige El Niño lijkt in de maak. De komende maanden komt El Niño tot ontwikkeling waarna wereldwijd het weer beïnvloed wordt. Grote schade en slachtoffers kunnen het gevolg zijn.
De grote verschillen in beeld bij een El Niño en een La Niña
Hoe zat het ook alweer?
El Niño is de benaming van een gebeurtenis in het zuidelijke deel van de Grote Oceaan, vanaf de kust van Ecuador, Peru en Chili tot aan grofweg Indonesië. Bij een El Niño verandert de windrichting van de passaatwinden boven de oceaan van oostelijk naar westelijk, verandert de stroming van het water, en verandert de temperatuurverdeling van de toplaag van het water. Al deze wijzigingen hebben gevolgen voor het gedrag van weersystemen wereldwijd en daarmee ook voor de mens en de natuur. Bovendien zorgen de veranderingen in het water ervoor dat de voedselverdeling in de zuidelijke Grote Oceaan anders wordt. Dat heeft weer gevolgen voor allerlei vissen en organismen die in dit deel van de oceaan leven.
Actuele situatie
Om van een El Niño te mogen spreken moet het oceaanwater in het oostelijke deel van de Grote Oceaan minimaal 0,5 graden warmer zijn dan de normale watertemperatuur. De meest recente metingen en verwachtingen geven aan dat we deze maand aan die voorwaarde gaan voldoen. Een extra aanwijzing zijn de passaatwinden. In het westelijke deel van de Grote Oceaan is de wind gedraaid van oost naar west en in kracht toegenomen. Hierdoor krijgt het opwarmingsproces extra kracht want de westenwind blaast het warme water van Indonesië richting Peru en omgeving.
Het warme water in beeld. Het grote rode gebied bevindt zich nog onder het oppervlak maar koerst duidelijk naar rechts (oostwaarts naar Peru) en naar boven. Omdat El Niño zo belangrijk is, wordt ook de temperatuur van het water op grotere diepte nauwkeurig in de gaten gehouden. Wat daar opvalt, is dat er een gebied (zo groot als de Verenigde Staten) aanwezig is dat extreem warm is, warmer dan ooit gemeten. Volgens de oceaanmodellen is dit warme water onderweg naar het oppervlak. Zodra dat het oppervlak bereikt, ontstaat er een krachtige tot zeer krachtige El Niño.
De gevolgen
De gebieden die het zwaarst getroffen worden door een krachtige El Niño
De invloed van El Niño is gigantisch, maar alles gaat wel heel langzaam. De komende maanden wordt het oceaanwater warmer waarna de atmosfeer zich gaat aanpassen. De eerste meteorologische gevolgen ontstaan waarschijnlijk in de tweede helft van dit jaar. Het hangt er daarna vanaf hoe krachtig deze El Niño wordt en hoe lang hij aanhoudt om de verdere impact te kunnen inschatten. Gelukkig is er nog onzekerheid, maar de voortekenen zijn niet best. Alle modellen geven aan dat een El Niño periode gaat beginnen. Een meerderheid van de modellen berekent dat het een krachtige tot zeer krachtige El Niño gaat worden. De vorige keer dat er een krachtige El Niño plaatsvond, was in 1997-1998. Die El Niño heeft geleid tot ongeveer 30 miljard euro schade en wereldwijd 23.000 dodelijke slachtoffers! De krachtige El Ninõ van 1982-1993 veroorzaakte ruim 8 miljard schade. Zware regenval in de anders droge regio's in het westen van Zuid-Amerika veroorzaakte in 1997-1998 overstromingen, aardverschuivingen en slachtoffers. In Australië en Indonesië werd het droger dan normaal waardoor bosbranden konden uitgroeien tot grote proporties. De as zorgde voor een groot gebied met smog. Ook is de kans op hittegolven veel groter.
De Grote Oceaan is echt groot! Een omvangrijke verandering van de temperaturen heeft gevolgen voor iedereen.
Maar niet alleen in de landen rondom de zuidelijke Grote Oceaan heeft El Niño gevolgen. In meer dan zestig landen is El Niño de (mede) oorzaak geweest van extreem weer in 1997-1998. 41 landen werden getroffen door overstromingen, 22 door droogte, aldus een rapport van de VN. De grootste invloed heeft El Niño, wereldwijd gezien, in de maanden december tot en met februari. In Nederland zorgt een aanhoudende El Niño gemiddeld genomen voor meer regen in de lente. KNMI-onderzoek heeft tot de conclusie geleid dat als er sprake is van een El Niño in de wintermaanden we in het westen en midden van Europa op meer regen kunnen rekenen in de daaropvolgende lentemaanden.
Klimaatverandering?
El Niño bestaat al zeer lang. Waarschijnlijk hoort El Niño en zijn tegenhanger La Niña tot de normale stromingsprocessen van de Grote Oceaan. El Niño speelt echter wel een rol in het grote verhaal van de klimaatverandering. Immers, een systeem dat wereldwijd zoveel invloed heeft op het weer bepaalt mede hoe de temperatuur en neerslag zich ontwikkelen.
De gemiddelde wereldwijde temperatuur: er is een duidelijke stijging. In het rood zijn de jaren met een El Niño, die vrijwel steeds tot de warmste horen.
El Niño zorgt met de extra bosbranden bijvoorbeeld voor een verhoogde toename van CO2 in de atmosfeer. Dit broeikasgas zal leiden tot een hogere temperatuur in de atmosfeer. El Niño staat ook vrijwel zeker garant voor, wereldwijd gezien, een hogere temperatuur in 2015. Daardoor krijgt de opwarming van de aarde een extra impuls. Uit klimaatmodellenanalyse door de Universiteit van New South Wales (Australië) lijkt het dat het aantal El Niño's de komende decennia gaat toenemen. Een krachtige El Niño vindt nu ongeveer eens in de 20 jaar plaats, dat zou eens in de 10 jaar kunnen worden. Hoe de El Niño van 2014-2015 ook gaat uitpakken. De kans dat het in het najaar en de komende winter een belangrijk nieuwsfenomeen gaat worden, lijkt groot. We blijven de ontwikkeling nauwgezet volgen.
Bron: Weerplaza
Every cloud has a silver lining
Citaat van Marga, woensdag 9 april 2014, 18:12 uur Krachtige El Niño in de maak
..
Maar niet alleen in de landen rondom de zuidelijke Grote Oceaan heeft El Niño gevolgen. In meer dan zestig landen is El Niño de (mede) oorzaak geweest van extreem weer in 1997-1998. 41 landen werden getroffen door overstromingen, 22 door droogte, aldus een rapport van de VN. De grootste invloed heeft El Niño, wereldwijd gezien, in de maanden december tot en met februari. In Nederland zorgt een aanhoudende El Niño gemiddeld genomen voor meer regen in de lente. KNMI-onderzoek heeft tot de conclusie geleid dat als er sprake is van een El Niño in de wintermaanden we in het westen en midden van Europa op meer regen kunnen rekenen in de daaropvolgende lentemaanden.
Bron: Weerplaza
Dan paken we Nederland in 1997:
http://www.knmi.nl/klimatologie/maand_en_seizoensoverzichten/jaar/jaar97.html
en 1998:
http://www.knmi.nl/klimatologie/maand_en_seizoensoverzichten/jaar/jaar98.html
er even bij
..
Maar niet alleen in de landen rondom de zuidelijke Grote Oceaan heeft El Niño gevolgen. In meer dan zestig landen is El Niño de (mede) oorzaak geweest van extreem weer in 1997-1998. 41 landen werden getroffen door overstromingen, 22 door droogte, aldus een rapport van de VN. De grootste invloed heeft El Niño, wereldwijd gezien, in de maanden december tot en met februari. In Nederland zorgt een aanhoudende El Niño gemiddeld genomen voor meer regen in de lente. KNMI-onderzoek heeft tot de conclusie geleid dat als er sprake is van een El Niño in de wintermaanden we in het westen en midden van Europa op meer regen kunnen rekenen in de daaropvolgende lentemaanden.
Bron: Weerplaza
Dan paken we Nederland in 1997:
http://www.knmi.nl/klimatologie/maand_en_seizoensoverzichten/jaar/jaar97.html
en 1998:
http://www.knmi.nl/klimatologie/maand_en_seizoensoverzichten/jaar/jaar98.html
er even bij
Dodelijk weer op komst
El Niño is een weerfenomeen dat eind jaren 90 23.000 doden maakte, in zo'n 60 landen. Wetenschappers zien dat er zich opnieuw zo'n gigantisch weerfront aan het vormen is. Het water in de Stille Oceaan warmt heel sterk op. Daardoor ontstaan er op sommige plaatsen grote overstromingen, terwijl het op andere plaatsen net extreem droog wordt.
Bron: HLN / VTM
El Niño is een weerfenomeen dat eind jaren 90 23.000 doden maakte, in zo'n 60 landen. Wetenschappers zien dat er zich opnieuw zo'n gigantisch weerfront aan het vormen is. Het water in de Stille Oceaan warmt heel sterk op. Daardoor ontstaan er op sommige plaatsen grote overstromingen, terwijl het op andere plaatsen net extreem droog wordt.
Bron: HLN / VTM
Every cloud has a silver lining
Starbucks koopt even geen koffie meer in Brazilië door droogte
Deze foto is niet meer beschikbaar
© ap.
Brazilië beleeft dit jaar een uitzonderlijke droogte. Dat heeft de koffieprijs de hoogte in gejaagd. De laatste maand heeft Starbucks daarom nauwelijks nog koffie gekocht in Brazilië, liet het bedrijf weten aan de Amerikaanse krant Wall Street Journal. De prijs voor arabicakoffie is bijna verdubbeld in een jaar tijd. De arabica is de koffievariëteit die de Amerikanen het liefst hebben. Door de droogte dreigt de oogst van de arabicakoffie in Brazilië heel wat kleiner uit te vallen.
Deze foto is niet meer beschikbaar
Starbucks, het grootste koffiebedrijf ter wereld, koopt even geen koffie meer in Brazilië, de grootste koffieproducent ter wereld. De oorzaak is de droogte.
Boven Sao Paulo troepten afgelopen weekend wel regenwolken samen. © reuters.
Recorddroogte
De recorddroogte in Brazilië duurt nu al maanden. In dit seizoen zouden de bonen moeten groeien maar in december, januari en februari noteerden de koffieboeren amper 10 procent van de neerslag die ze normaal hebben. Brazilië levert bijna 40 procent van alle koffie in de wereld. De verwachting is dat de koffieprijzen wereldwijd dan ook zullen stijgen.
El Niño
Niet alleen de droogte baart Brazilië zorgen. Straks komt er wel zware regen, een gevolg van El Niño. Maar door de enorme hoeveelheid neerslag in korte tijd dreigen heel wat koffieplantages verloren te gaan.
El Niño is een natuurlijk fenomeen dat het weer in grote delen van de wereld beïnvloedt. Het zeewater in het oostelijke deel van de Stille Oceaan is dan veel warmer dan normaal. Dat komt gemiddeld om de drie tot zeven jaar voor. Gemiddeld om de twintig jaar komt een extreme El Niño voor. Als de aarde verder blijft opwarmen, zal dat aantal de komende honderd jaar verdubbelen: om de tien jaar zal dan een sterke El Niño voorkomen.
Bron: HLN | Gewijzigd: 28 april 2014, 13:47 uur, door Ries
Deze foto is niet meer beschikbaar
© ap.
Brazilië beleeft dit jaar een uitzonderlijke droogte. Dat heeft de koffieprijs de hoogte in gejaagd. De laatste maand heeft Starbucks daarom nauwelijks nog koffie gekocht in Brazilië, liet het bedrijf weten aan de Amerikaanse krant Wall Street Journal. De prijs voor arabicakoffie is bijna verdubbeld in een jaar tijd. De arabica is de koffievariëteit die de Amerikanen het liefst hebben. Door de droogte dreigt de oogst van de arabicakoffie in Brazilië heel wat kleiner uit te vallen.
Deze foto is niet meer beschikbaar
Starbucks, het grootste koffiebedrijf ter wereld, koopt even geen koffie meer in Brazilië, de grootste koffieproducent ter wereld. De oorzaak is de droogte.
Boven Sao Paulo troepten afgelopen weekend wel regenwolken samen. © reuters.
Recorddroogte
De recorddroogte in Brazilië duurt nu al maanden. In dit seizoen zouden de bonen moeten groeien maar in december, januari en februari noteerden de koffieboeren amper 10 procent van de neerslag die ze normaal hebben. Brazilië levert bijna 40 procent van alle koffie in de wereld. De verwachting is dat de koffieprijzen wereldwijd dan ook zullen stijgen.
El Niño
Niet alleen de droogte baart Brazilië zorgen. Straks komt er wel zware regen, een gevolg van El Niño. Maar door de enorme hoeveelheid neerslag in korte tijd dreigen heel wat koffieplantages verloren te gaan.
El Niño is een natuurlijk fenomeen dat het weer in grote delen van de wereld beïnvloedt. Het zeewater in het oostelijke deel van de Stille Oceaan is dan veel warmer dan normaal. Dat komt gemiddeld om de drie tot zeven jaar voor. Gemiddeld om de twintig jaar komt een extreme El Niño voor. Als de aarde verder blijft opwarmen, zal dat aantal de komende honderd jaar verdubbelen: om de tien jaar zal dan een sterke El Niño voorkomen.
Bron: HLN | Gewijzigd: 28 april 2014, 13:47 uur, door Ries
Freedom is not worth having if it does not include the freedom to make mistakes.
El Nino
Komt ie wel, komt ie niet… Wetenschappers rekenen zich als het ware suf om grip te krijgen op weerkundige ontwikkeling in de tropen. Die duiden op de ontwikkeling van een El Nino, maar zeker is het allemaal nog niet…
Kaart met afwijkingen van zeewatertemperatuur t.o.v. normaal
Peruaanse vissers
El Nino is onderdeel van de ENSO variatie. De ENSO variatie is de afwisseling tussen twee uitersten: El Nino en la Nina, en toont zich in het equatoriale deel van de Stille Oceaan. Tijdens de El Nino fase is het oceaanwater met name aan de oostkant van de Pacific beduidend warmer dan normaal. De oostzijde grenst aan de westkust van Zuid-Amerika, bijvoorbeeld aan een land als Peru. Daar is El Nino ook bekend van geworden. Peruaanse vissers hebben het slecht tijdens een El Nino. Voedselrijk koud water wordt dan langs de Peruaanse kust vervangen door veel ‘armer’ water. Minder voedsel in het water betekent minder vis. El Nino bereikt niet zelden zijn piek in onze winter, in de maand december. Dat kan samen vallen met kerst. Daarom is het verschijnsel met zulke grote gevolgen El Nino gedoopt, refererend aan de geboorte van Christus dat met kerst wordt gevierd.
Warm zeewater komt in oostelijk deel Pacific aan de oppervlakte
Orkanen en bosbranden
El Nino heeft zeker niet alleen merkbare gevolgen voor de Peruaanse vissers. In veel meer gebieden langs de evenaar gaat El Nino samen met sterke veranderingen in het ‘normale’ weer. In Indonesië bijvoorbeeld blijven de regens grotendeels uit. Land- en tuinbouw krijgen er tijdens een krachtige El Nino te maken met droogte. Het aantal bosbranden neemt op de Indonesische archipel toe. Ook in Noord-Amerika zijn de effecten van El Nino merkbaar, en belangrijk. Al pakken de verschijnselen daar doorgaans veel gunstiger uit. Minder orkanen die ‘aanvallen’ vanaf de Atlantische Oceaan, en in het winterhalfjaar meer regen in zuidelijke staten zoals California. California heeft momenteel nog altijd te kampen met ernstige droogte. Die duurt er al meer dan een jaar, heeft grote gevolgen voor de landbouw, en verhoogt het risico van grote natuurbranden.
De warmere fase breidt zich ooastwaarts uit over de Pacific
Super El Nino
In april werden de signalen van een op hande zijnde El Nino op de Pacific steeds duidelijker. Sterker nog, er werden al vergelijkingen gemaakt tussen de ‘super El Nino’ van 1997/1998. Inmiddels staan de meeste seinen nog steeds op groen voor het verder ontwikkelen van El Nino, maar de situatie is toch wat minder uitgesproken geworden. Het CPC/IRI (onderdeel van NOAA) komt nu met een kans van 70 tot 80 procent dat El Nino zich verder weet te ontwikkelen, ofwel, dat we in (de loop van) de zomer officieel van een El Nino kunnen spreken.
Pluim van verschillende 'ENSO-modellen'
Warme zomer
Voor Europa en meer in het bijzonder voor Nederland zijn de gevolgen van een El Nino zwakker en veel minder duidelijk. Variaties in de voor ons bekendere Noord-Atlantische Oscilatie (NAO) zijn voor ons belangrijker. In de negatieve fase van NAO zien we in ons land tijdens de winter niet zelden koud weer, een positieve NAO-index gaat samen met en verhoogde activiteit van de west-circulatie en daarmee met zachter dan gebruikelijk winterweer. Afwijkingen van de NAO in de zomer zijn per definitie zwakker. Simpelweg omdat luchtdruksystemen zwakker zijn dan in de winter. Maar een negatieve NAO wordt in de zomer vaak in verband gebracht met warm weer. Het lijkt er op dat op z’n minst de eerste helft van deze zomer bepaald voor door een negatieve NAO-fase. De meeste signalen van complexe rekenmodellen houden rekening met een warme zomer voor onze omgeving.
Kansverwachting El Nino (CPC/IRI)
Opwarming van de aarde
Tenslotte terug naar El Nino. Tijdens een El Nino komt er zeer veel warmte aan de oppervlakte van de Pacific. Dit heeft zelfs wereldwijd een sterk verhogend effect op de temperatuur. Tijdens de El Nino van 97/98 piekte de wereldtemperatuur spectaculair. Het werd mondiaal een van de warmste jaren ooit gemeten. Als El Nino verder ontwikkelt, is de kans groot dat de wereldtemperatuur dit jaar en volgend jaar wederom kunnen pieken. Al zien we met de voortschrijdende opwarming van de aarde sowieso, dat al meer dan 15 jaar lang ieder jaar in de top 10 warmste jaren sinds tenminste 1850 wordt weggeschreven. Op zich al een zeer sterk signaal dat de opwarming van de aarde de realiteit is. Klimatologen zijn het er wereldwijd over eens, dat deze opwarming vrijwel zeker wordt veroorzaakt door de doorgaande uitstoot van broeikasgassen zoals CO2, verband houdend met het verstoken van fossiele brandstoffen als olie, gas en steenkool.
Lees ook:
Komt ie wel, komt ie niet… Wetenschappers rekenen zich als het ware suf om grip te krijgen op weerkundige ontwikkeling in de tropen. Die duiden op de ontwikkeling van een El Nino, maar zeker is het allemaal nog niet…
Kaart met afwijkingen van zeewatertemperatuur t.o.v. normaal
Peruaanse vissers
El Nino is onderdeel van de ENSO variatie. De ENSO variatie is de afwisseling tussen twee uitersten: El Nino en la Nina, en toont zich in het equatoriale deel van de Stille Oceaan. Tijdens de El Nino fase is het oceaanwater met name aan de oostkant van de Pacific beduidend warmer dan normaal. De oostzijde grenst aan de westkust van Zuid-Amerika, bijvoorbeeld aan een land als Peru. Daar is El Nino ook bekend van geworden. Peruaanse vissers hebben het slecht tijdens een El Nino. Voedselrijk koud water wordt dan langs de Peruaanse kust vervangen door veel ‘armer’ water. Minder voedsel in het water betekent minder vis. El Nino bereikt niet zelden zijn piek in onze winter, in de maand december. Dat kan samen vallen met kerst. Daarom is het verschijnsel met zulke grote gevolgen El Nino gedoopt, refererend aan de geboorte van Christus dat met kerst wordt gevierd.
Warm zeewater komt in oostelijk deel Pacific aan de oppervlakte
Orkanen en bosbranden
El Nino heeft zeker niet alleen merkbare gevolgen voor de Peruaanse vissers. In veel meer gebieden langs de evenaar gaat El Nino samen met sterke veranderingen in het ‘normale’ weer. In Indonesië bijvoorbeeld blijven de regens grotendeels uit. Land- en tuinbouw krijgen er tijdens een krachtige El Nino te maken met droogte. Het aantal bosbranden neemt op de Indonesische archipel toe. Ook in Noord-Amerika zijn de effecten van El Nino merkbaar, en belangrijk. Al pakken de verschijnselen daar doorgaans veel gunstiger uit. Minder orkanen die ‘aanvallen’ vanaf de Atlantische Oceaan, en in het winterhalfjaar meer regen in zuidelijke staten zoals California. California heeft momenteel nog altijd te kampen met ernstige droogte. Die duurt er al meer dan een jaar, heeft grote gevolgen voor de landbouw, en verhoogt het risico van grote natuurbranden.
De warmere fase breidt zich ooastwaarts uit over de Pacific
Super El Nino
In april werden de signalen van een op hande zijnde El Nino op de Pacific steeds duidelijker. Sterker nog, er werden al vergelijkingen gemaakt tussen de ‘super El Nino’ van 1997/1998. Inmiddels staan de meeste seinen nog steeds op groen voor het verder ontwikkelen van El Nino, maar de situatie is toch wat minder uitgesproken geworden. Het CPC/IRI (onderdeel van NOAA) komt nu met een kans van 70 tot 80 procent dat El Nino zich verder weet te ontwikkelen, ofwel, dat we in (de loop van) de zomer officieel van een El Nino kunnen spreken.
Pluim van verschillende 'ENSO-modellen'
Warme zomer
Voor Europa en meer in het bijzonder voor Nederland zijn de gevolgen van een El Nino zwakker en veel minder duidelijk. Variaties in de voor ons bekendere Noord-Atlantische Oscilatie (NAO) zijn voor ons belangrijker. In de negatieve fase van NAO zien we in ons land tijdens de winter niet zelden koud weer, een positieve NAO-index gaat samen met en verhoogde activiteit van de west-circulatie en daarmee met zachter dan gebruikelijk winterweer. Afwijkingen van de NAO in de zomer zijn per definitie zwakker. Simpelweg omdat luchtdruksystemen zwakker zijn dan in de winter. Maar een negatieve NAO wordt in de zomer vaak in verband gebracht met warm weer. Het lijkt er op dat op z’n minst de eerste helft van deze zomer bepaald voor door een negatieve NAO-fase. De meeste signalen van complexe rekenmodellen houden rekening met een warme zomer voor onze omgeving.
Kansverwachting El Nino (CPC/IRI)
Opwarming van de aarde
Tenslotte terug naar El Nino. Tijdens een El Nino komt er zeer veel warmte aan de oppervlakte van de Pacific. Dit heeft zelfs wereldwijd een sterk verhogend effect op de temperatuur. Tijdens de El Nino van 97/98 piekte de wereldtemperatuur spectaculair. Het werd mondiaal een van de warmste jaren ooit gemeten. Als El Nino verder ontwikkelt, is de kans groot dat de wereldtemperatuur dit jaar en volgend jaar wederom kunnen pieken. Al zien we met de voortschrijdende opwarming van de aarde sowieso, dat al meer dan 15 jaar lang ieder jaar in de top 10 warmste jaren sinds tenminste 1850 wordt weggeschreven. Op zich al een zeer sterk signaal dat de opwarming van de aarde de realiteit is. Klimatologen zijn het er wereldwijd over eens, dat deze opwarming vrijwel zeker wordt veroorzaakt door de doorgaande uitstoot van broeikasgassen zoals CO2, verband houdend met het verstoken van fossiele brandstoffen als olie, gas en steenkool.
Lees ook:
Mijn twitter: https://twitter.com/#!/debbietje128
Onweersdagen: 0
Onweersdagen: 0
Volgen er meer na Bertha?
De eerste restanten van een orkaan zijn gisteren over ons heengetrokken. De overblijfselen van Bertha hebben vele buien en een felle wind veroorzaakt. Of we de komende maanden vaker een depressie zien passeren waarin restanten van orkanen zitten verscholen, is nog onzeker. Er zijn bovendien indicaties dat het orkaanseizoen op de Atlantische oceaan redelijk rustig gaat verlopen. Dat heeft veel te maken met El Niño.
El Niño is onderdeel van de ENSO variatie. De ENSO variatie is de afwisseling tussen twee uitersten: El Niño en la Niña, en toont zich in het equatoriale deel van de Stille Oceaan. Tijdens de El Niño fase is het oceaanwater met name aan de oostkant van de Pacific beduidend warmer dan normaal. De oostzijde grenst aan de westkust van Zuid-Amerika, bijvoorbeeld aan een land als Peru. Daar is El Niño ook bekend van geworden. Peruaanse vissers hebben het slecht tijdens een El Niño. Voedselrijk koud water wordt dan langs de Peruaanse kust vervangen door veel ‘armer’ water. Minder voedsel in het water betekent minder vis. El Niño bereikt niet zelden zijn piek in onze winter, in de maand december. Dat kan samen vallen met kerst. Daarom is het verschijnsel met zulke grote gevolgen El Niño gedoopt, refererend aan de geboorte van Christus dat met kerst wordt gevierd.
El Niño heeft zeker niet alleen merkbare gevolgen voor de Peruaanse vissers. In veel meer gebieden langs de evenaar gaat El Niño samen met sterke veranderingen in het ‘normale’ weer. In Indonesië bijvoorbeeld blijven de regens grotendeels uit. Land- en tuinbouw krijgen er tijdens een krachtige El Niño te maken met droogte. Het aantal bosbranden neemt op de Indonesische archipel toe.
De afwijkingen van de zeewatertemperatuur, gemeten in de periode van 6 juli tot en met 2 augustus. Bij een El Niño wordt vooral gekeken naar het zeewater ten westen van Peru en Ecuador, strekkend tot de gebieden rond Indonesie. Je ziet bij de noordwestkust van Zuid-Amerika gele en lichtoranje vlekken. Aan de andere kant van het continent, op de centrale delen van de Atlantische Oceaan tussen Afrika en Zuid-Amerika , zie je wat blauwe vlekken; daar is het zeewater wat koeler dan normaal.
Eerdere verwachting was steviger
Afgelopen april werden de signalen van een op handen zijnde El Niño steeds duidelijker. Het CPC/IRI (onderdeel van NOAA) kwam in mei met de verwachting dat er 70 of 80% kans was op ontwikkeling van een El Niño. Inmiddels hebben ze een nieuwe verwachting uitgegeven (van 7 augustus), waarin staat dat de kans daarop 65% bedraagt. Sowieso zal het geen sterke El Niño worden.
Ook al wordt de verwachte El Niño in de laatste berekeningen eerder zwak dan matig, er is nog wel invloed te verwachten op het aandeel orkanen dat boven het Caribisch gebied en de Atlantische Oceaan te verwachten is.
Dit is de opgestelde El Niño verwachting van het ECMWF. In juni was de El Niño even bijna 1. Dat wil zeggen, een gemiddelde temperatuurafwijking van 1 graden. Eerst lijkt de temperatuurafwijking wat te dalen, maar daarna juist te stijgen. De berekeningen die met een temperatuurafwijking hoger dan 2 komen, verwachten een sterke El Niño. De meeste opties zitten tussen 1 en 2 graden in.
Relatie El Niño en orkanen
In een episode met warmer dan normaal zeewater boven delen van de Stille Oceaan, kunnen orkanen vooral ten westen van Mexico tot ontwikkeling komen. Eigenlijk zijn de zeegebieden aan beide zijden van De Verenigde Staten en Centraal-Amerika communicerende vaten. Ten tijden van een El Niño komen orkanen vooral boven de oostelijke delen van de Stille Oceaan tot ontwikkeling. Ten tijde van een La Niña zijn juist de Cariben en de westelijke delen van de Atlantische Oceaan de geboortegronden van orkanen.
Dit wordt vooral veroorzaakt door veranderingen in windpatronen. In de gangbare situatie (dus buiten een El Niño of een La Niña om) staat er in het Caribisch gebied en de westelijke delen van de Atlantische Oceaan weinig wind. Zowel aan de grond als op grotere hoogte is dit dan een veelal kalme zone. Tezamen met warm zeewater is dit van groot belang om een eventuele storm of orkaan te laten ontstaan. Tijdens een El Niño echter, zijn deze condities vooral aan de andere zijde van Mexico aanwezig. Als zijnde communicerende vaten, krijg je dan juist in de Cariben en de westelijke delen van de Atlantische Oceaan meer wind. Op hoogte worden dat stevigere westelijke winden en vlak boven het water stevigere ‘easterlies’, de oostelijke passaatwinden. Deze windrijke situaties haalt de vorm en de kracht uit ontwikkelende orkanen en weerhoudt deels de algehele vorming ervan. Bovendien krijg je juist in die regio een stabielere luchtopbouw door instroom van warmere lucht op hoogte. Ook daardoor wordt het ingewikkeld om toch nog een tropische storm of –in verdere ontwikkeling- een orkaan tot stand te laten komen.
Effecten van El Niño op het orkaanseizoen in de Stille en Atlantische Oceaan. Bron: NOAA.
In een gemiddeld jaar krijg je boven de Cariben en de westelijke delen van de Atlantische Oceaan gemakkelijker hoog uitgroeiende buienwolken die op enig moment tot storm en/of orkaan doorgroeien, dan in een El Niño jaar. Tijdens een El Niño seizoen worden buien teveel uit elkaar gerukt door windverschillen. De condities om dikke buien, mogelijke voorlopers van orkanen, te ontwikkelen, zijn dus minder geschikt. In het rechter plaatje helt de bui voorover en kan zo niet maximaal verder ontwikkelen.
Orkanen tot nu toe
Het orkaanseizoen in de Atlantische oceaan en de Cariben loopt van begin juni tot en met november. De orkanen worden beurtelings bedeeld met een mannen- en vrouwennaam en daarvoor is zo’n beetje het hele alfabet beschikbaar. Desondanks zijn we nu nog pas bij de B. De B van Bertha. Voorganger van Bertha was Arthur, die heel even de status van tropische storm bereikte, maar daarna snel inzakte. En ook Bertha heeft nog geen etmaal orkaankracht gehad.
Als de berekeningen uitkomen, en er komt een zwakke tot gematigde El Niño tot stand, dan zal het orkaanseizoen aan de Caribische en Atlantische zijde waarschijnlijk minder actief zijn dan gemiddeld. Gemiddeld gezien krijgen 12 stormen een naam bedeeld, waarvan zes zich ontwikkelen tot orkanen. Toen men afgelopen mei vanuit de NOAA een indicatie berekende over het aantal stormen en orkanen, kwam met uit op 3 tot 6.
Aan de oostzijde van de Stille Oceaan is dat andere koek. Hawaï zag vorige week maar liefst twee orkanen tegelijk op zich afkomen. De NOAA heeft in mei de verwachting uitgegeven dat er het normale aantal orkanen of iets meer dan normale aantal orkanen kan optreden. Dat betekent voor die regio 7 tot 11 orkanen.
In mei gaf het NOAA een verwachting af voor het orkaanseizoen van 2014. Door de (gematigde) El Niño werden er boven de Stille Oceaan iets meer en boven de Atlantische Oceaan iets minder orkanen verwacht.
Bronnen: MeteoGroup; NOAA
Lees ook:
| Gewijzigd: 11 augustus 2014, 13:32 uur, door Marga
De eerste restanten van een orkaan zijn gisteren over ons heengetrokken. De overblijfselen van Bertha hebben vele buien en een felle wind veroorzaakt. Of we de komende maanden vaker een depressie zien passeren waarin restanten van orkanen zitten verscholen, is nog onzeker. Er zijn bovendien indicaties dat het orkaanseizoen op de Atlantische oceaan redelijk rustig gaat verlopen. Dat heeft veel te maken met El Niño.
El Niño is onderdeel van de ENSO variatie. De ENSO variatie is de afwisseling tussen twee uitersten: El Niño en la Niña, en toont zich in het equatoriale deel van de Stille Oceaan. Tijdens de El Niño fase is het oceaanwater met name aan de oostkant van de Pacific beduidend warmer dan normaal. De oostzijde grenst aan de westkust van Zuid-Amerika, bijvoorbeeld aan een land als Peru. Daar is El Niño ook bekend van geworden. Peruaanse vissers hebben het slecht tijdens een El Niño. Voedselrijk koud water wordt dan langs de Peruaanse kust vervangen door veel ‘armer’ water. Minder voedsel in het water betekent minder vis. El Niño bereikt niet zelden zijn piek in onze winter, in de maand december. Dat kan samen vallen met kerst. Daarom is het verschijnsel met zulke grote gevolgen El Niño gedoopt, refererend aan de geboorte van Christus dat met kerst wordt gevierd.
El Niño heeft zeker niet alleen merkbare gevolgen voor de Peruaanse vissers. In veel meer gebieden langs de evenaar gaat El Niño samen met sterke veranderingen in het ‘normale’ weer. In Indonesië bijvoorbeeld blijven de regens grotendeels uit. Land- en tuinbouw krijgen er tijdens een krachtige El Niño te maken met droogte. Het aantal bosbranden neemt op de Indonesische archipel toe.
De afwijkingen van de zeewatertemperatuur, gemeten in de periode van 6 juli tot en met 2 augustus. Bij een El Niño wordt vooral gekeken naar het zeewater ten westen van Peru en Ecuador, strekkend tot de gebieden rond Indonesie. Je ziet bij de noordwestkust van Zuid-Amerika gele en lichtoranje vlekken. Aan de andere kant van het continent, op de centrale delen van de Atlantische Oceaan tussen Afrika en Zuid-Amerika , zie je wat blauwe vlekken; daar is het zeewater wat koeler dan normaal.
Eerdere verwachting was steviger
Afgelopen april werden de signalen van een op handen zijnde El Niño steeds duidelijker. Het CPC/IRI (onderdeel van NOAA) kwam in mei met de verwachting dat er 70 of 80% kans was op ontwikkeling van een El Niño. Inmiddels hebben ze een nieuwe verwachting uitgegeven (van 7 augustus), waarin staat dat de kans daarop 65% bedraagt. Sowieso zal het geen sterke El Niño worden.
Ook al wordt de verwachte El Niño in de laatste berekeningen eerder zwak dan matig, er is nog wel invloed te verwachten op het aandeel orkanen dat boven het Caribisch gebied en de Atlantische Oceaan te verwachten is.
Dit is de opgestelde El Niño verwachting van het ECMWF. In juni was de El Niño even bijna 1. Dat wil zeggen, een gemiddelde temperatuurafwijking van 1 graden. Eerst lijkt de temperatuurafwijking wat te dalen, maar daarna juist te stijgen. De berekeningen die met een temperatuurafwijking hoger dan 2 komen, verwachten een sterke El Niño. De meeste opties zitten tussen 1 en 2 graden in.
Relatie El Niño en orkanen
In een episode met warmer dan normaal zeewater boven delen van de Stille Oceaan, kunnen orkanen vooral ten westen van Mexico tot ontwikkeling komen. Eigenlijk zijn de zeegebieden aan beide zijden van De Verenigde Staten en Centraal-Amerika communicerende vaten. Ten tijden van een El Niño komen orkanen vooral boven de oostelijke delen van de Stille Oceaan tot ontwikkeling. Ten tijde van een La Niña zijn juist de Cariben en de westelijke delen van de Atlantische Oceaan de geboortegronden van orkanen.
Dit wordt vooral veroorzaakt door veranderingen in windpatronen. In de gangbare situatie (dus buiten een El Niño of een La Niña om) staat er in het Caribisch gebied en de westelijke delen van de Atlantische Oceaan weinig wind. Zowel aan de grond als op grotere hoogte is dit dan een veelal kalme zone. Tezamen met warm zeewater is dit van groot belang om een eventuele storm of orkaan te laten ontstaan. Tijdens een El Niño echter, zijn deze condities vooral aan de andere zijde van Mexico aanwezig. Als zijnde communicerende vaten, krijg je dan juist in de Cariben en de westelijke delen van de Atlantische Oceaan meer wind. Op hoogte worden dat stevigere westelijke winden en vlak boven het water stevigere ‘easterlies’, de oostelijke passaatwinden. Deze windrijke situaties haalt de vorm en de kracht uit ontwikkelende orkanen en weerhoudt deels de algehele vorming ervan. Bovendien krijg je juist in die regio een stabielere luchtopbouw door instroom van warmere lucht op hoogte. Ook daardoor wordt het ingewikkeld om toch nog een tropische storm of –in verdere ontwikkeling- een orkaan tot stand te laten komen.
Effecten van El Niño op het orkaanseizoen in de Stille en Atlantische Oceaan. Bron: NOAA.
In een gemiddeld jaar krijg je boven de Cariben en de westelijke delen van de Atlantische Oceaan gemakkelijker hoog uitgroeiende buienwolken die op enig moment tot storm en/of orkaan doorgroeien, dan in een El Niño jaar. Tijdens een El Niño seizoen worden buien teveel uit elkaar gerukt door windverschillen. De condities om dikke buien, mogelijke voorlopers van orkanen, te ontwikkelen, zijn dus minder geschikt. In het rechter plaatje helt de bui voorover en kan zo niet maximaal verder ontwikkelen.
Orkanen tot nu toe
Het orkaanseizoen in de Atlantische oceaan en de Cariben loopt van begin juni tot en met november. De orkanen worden beurtelings bedeeld met een mannen- en vrouwennaam en daarvoor is zo’n beetje het hele alfabet beschikbaar. Desondanks zijn we nu nog pas bij de B. De B van Bertha. Voorganger van Bertha was Arthur, die heel even de status van tropische storm bereikte, maar daarna snel inzakte. En ook Bertha heeft nog geen etmaal orkaankracht gehad.
Als de berekeningen uitkomen, en er komt een zwakke tot gematigde El Niño tot stand, dan zal het orkaanseizoen aan de Caribische en Atlantische zijde waarschijnlijk minder actief zijn dan gemiddeld. Gemiddeld gezien krijgen 12 stormen een naam bedeeld, waarvan zes zich ontwikkelen tot orkanen. Toen men afgelopen mei vanuit de NOAA een indicatie berekende over het aantal stormen en orkanen, kwam met uit op 3 tot 6.
Aan de oostzijde van de Stille Oceaan is dat andere koek. Hawaï zag vorige week maar liefst twee orkanen tegelijk op zich afkomen. De NOAA heeft in mei de verwachting uitgegeven dat er het normale aantal orkanen of iets meer dan normale aantal orkanen kan optreden. Dat betekent voor die regio 7 tot 11 orkanen.
In mei gaf het NOAA een verwachting af voor het orkaanseizoen van 2014. Door de (gematigde) El Niño werden er boven de Stille Oceaan iets meer en boven de Atlantische Oceaan iets minder orkanen verwacht.
Bronnen: MeteoGroup; NOAA
Lees ook:
| Gewijzigd: 11 augustus 2014, 13:32 uur, door Marga
Every cloud has a silver lining
Twee dagen geleden heeft de NOAA hun maandelijkse update uitgebracht omtrent El Nino.
Op dit moment is de kans dat we een El Nino krijgen 50-60% voor de komende 2 maanden.
Voor degenen die geïnteresseerd zijn, het rapport (geheel voorzien van grafieken en tabellen) staat op de volgende link:
http://www.cpc.ncep.noaa.gov/products/analysis_monitoring/lanina/enso_evolution-status-fcsts-web.pdf
Op dit moment is de kans dat we een El Nino krijgen 50-60% voor de komende 2 maanden.
Voor degenen die geïnteresseerd zijn, het rapport (geheel voorzien van grafieken en tabellen) staat op de volgende link:
http://www.cpc.ncep.noaa.gov/products/analysis_monitoring/lanina/enso_evolution-status-fcsts-web.pdf
Zwakke El Niño veroorzaakt regen op droogste plaats wereld
29.03.2015 08:52
Ecuador en Chili zijn de afgelopen week getroffen door hevige regenval. In het noorden van Chili zijn zo'n 6000 mensen getroffen door het noodweer en moesten elders onderdak zoeken. Minstens 11 mensen kwam om het leven in de woestijnregio Atacama, waar hevige regenval niet alleen tot overstromingen, maar ook tot aardverschuivingen leidde. Ook Ecuador kreeg afgelopen week te maken met extreem zware onweersbuien. Er vielen zeker 25 doden. In de hoofdstad Quito zijn na blikseminslagen 52 gewonden geteld.
Satellietbeeld van Zuid-Amerika met de langgerekte Andes, aan de westkant langs de kust ligt Chili. Wikipedia.
In 1 dag net zoveel regen als in 14 jaar
In het plaatsje Copiapo, in het noorden van het Chili, viel in 1 dag tijd zoveel regen dat de rivier met dezelfde naam, die normaal het hele jaar droog staat, buiten zijn oevers trad. De rivier de Copiapo vindt zijn oorsprong in het Andesgebergte en stroomt via de Atacamawoestijn naar de Stille Oceaan. De Atacama woestijn staat bekend als een van de allerdroogste plaatsen ter wereld. Gemiddeld valt er slechts 1 millimeter regen per jaar. Er gaan jaren voorbij dat er geen drup regen valt. Maar heel soms valt er wel neerslag. Zo viel er in juli 2011 in de woestijn sneeuw. En niet zo’n klein beetje ook, 80 centimeter werd er gemeten. Afgelopen woensdag veroorzaakten uitzonderlijk zware onweerbuien in het droge woestijngebied extreem veel regen. Hoeveel er is gevallen, weten we niet precies. Er staan namelijk geen regenmeters in dit gebied en er is geen radar die neerslag detecteert. Er staat wel een regenmeter in de kustplaats Antafagasta. In de klimaatboekjes staat dat ook deze plek een extreem droge is. In de periode tussen 1970 en 2000 valt daar gemiddeld 3.8 mm regen. Afgelopen week viel er in 1 etmaal tijd maar liefst 24.4 mm. Omgerekend is dit de hoeveelheid die in 14 jaar tijd valt.
Weerkaart gecombineerd met een infrarood sattelietbeeld van de sneeuwsituatie van 8 juli 2011 met de twee hogedrukgebieden en daartussen in duidelijk een pluk bewolking...
De Atacamawoenstijn is een van de droogste plaatsen op de wereld. Wikipedia.
Bergen
Dat het noorden van Chili zo extreem droog is, heeft te maken met de overheersende luchtdrukpatronen, grote standvastige hogedrukgebieden zowel boven de Stille Oceaan als boven de Atlantische Oceaan. Maar ook de bergen spelen een grote rol. De Andes met toppen van 4000 meter in het grensgebied tussen Chili en Argentinië liggen aan de oostzijde van de woestijn. De bergen langs de kust van Chili liggen aan de westzijde. Storingen vanuit het westen vanaf de Stille Oceaan botsen tegen het kustgebergten. Storingen vanuit het oosten, komend vanaf de Atlatische Oceaan, botsen tegen de hoge Andes. Het gebied er tussen in, de Atacama woestijn ligt dus zeer beschut. Stuwingsregens zien we ook in de Europese gebergten. In de Alpen valt met een zuidelijke stroming veel regen of sneeuw aan de Italiaanse zijde van het Alpenmassief. Met een noordelijke stroming krijgt juist de Duitse kant met regen te maken. De lucht die na passage van de bergtoppen stroomafwaarts glijdt, is zo droog dat er geen neerslag meer uitvalt. Sterker nog, er blijft zelfs geen wolk over. De Atacama woestijn ligt in een zogenaamde regenschaduw. Door de hoge ligging, de extreem droge en schone lucht is de woestijn een van de beste plekken op aarde om sterren te kijken. Niet voor niets staat een van ’s wereld grootste sterrenkijkers daar opgesteld.
ESO's Paranal-sterrenwacht midden in de woestijn. Wikipedia.
In juli 2011 viel er sneeuw in de Atacamawoenstijn. Wikipedia.
El Niño
Heel soms komt het dus voor dat neerslag de bergen wel overkomt. De sneeuw in 2011 en de extreme regen afgelopen week werden veroorzaakt door een kleine bovenluchtstoring gevuld met ijskoude lucht precies tussen de twee overheersende hogedrukgebieden in. Verder zijn er sterke aanwijzingen dat het warme zeewater voor de kust van Chili en Equador een rol speelde. Dat zeewater is op dit moment een graad warmer dan normaal. De opwarming van het zeewater heeft te maken met het natuurverschijnsel El Niño. Langs de evenaar in de oostelijke Stille Oceaan komt in de loop van sommige jaren een sterke opwarming van normaal koel zeewater voor, die van invloed is op het weer in grote delen van de wereld. Op sommige plaatsen leidt El Niño tot langdurige droogtes, met name in Australië, in Indonesië en op de Filipijnen. Op andere plaatsen leidt El Niño juist tot extreem veel neerslag met overstromingen als gevolg. El Niño komt onregelmatig maar gemiddeld eens in de drie tot zeven jaar voor en kan variëren in sterkte. De El Niño van 1997-1998 was een hele sterke met extreem veel regen in onder andere het gortdroge Californië (VS). Vorig jaar werd langs de evenaar tussen Azië en Peru al een lichte opwarming van het zeewater gemeten. Tot nu toe bleef het bij een zwakke El Niño met niet zoveel gevolgen voor het weer. Metingen van het zeewater in februari 2015 geven aan dat er nog steeds sprake is van een zwakke El Niño. Er is op dit moment niet alleen een stijging van de watertemperatuur rond de evenaar bij Peru te zien, maar ook zuidelijker ten hoogte van Chili. Deze temperatuur stijging van het zeewater kan tot effect hebben dat storingen boven een warm wateroppervlak meer energie opnemen en zich uiteindelijk kunnen ontwikkelen tot uitzonderlijke zware onweersbuien. De wolkenbasis was kennelijk hoog genoeg om over kustbergen te klimmen en zo dus het water los te laten op een plek waar het normaal kurkdroog is. Het klimaatonderzoeksinstituut NOAA verwacht dat ook de komende zomer het zeewater warmer blijft dan normaal en dat er mogelijk nog meer gevolgen zijn te verwachten van deze zwakke El Niño. De kans dat El Niño sterker wordt, is niet zo groot.
Normaal groeit er niets in de Atacama woestijn, maar als er toch wat regen valt, bloeit de woestijn. Wikipedia.
Zeewatertemperaturen langs de evenaar zijn nog steeds oplopend, volgens NOAA is er 50 tot 60% kans dat de El Nino ook het komend half jaar mogelijke gevolgen kan hebben voor het weer. Ook het zeewater voor de kust van Chili is warmer dan normaal. Bron: NOAA.
Bron: MeteoGroup, Noaa, Wunderground. Nu.nl
Lees ook:
| Gewijzigd: 3 februari 2017, 10:48 uur, door Joyce.s
29.03.2015 08:52
Ecuador en Chili zijn de afgelopen week getroffen door hevige regenval. In het noorden van Chili zijn zo'n 6000 mensen getroffen door het noodweer en moesten elders onderdak zoeken. Minstens 11 mensen kwam om het leven in de woestijnregio Atacama, waar hevige regenval niet alleen tot overstromingen, maar ook tot aardverschuivingen leidde. Ook Ecuador kreeg afgelopen week te maken met extreem zware onweersbuien. Er vielen zeker 25 doden. In de hoofdstad Quito zijn na blikseminslagen 52 gewonden geteld.
Satellietbeeld van Zuid-Amerika met de langgerekte Andes, aan de westkant langs de kust ligt Chili. Wikipedia.
In 1 dag net zoveel regen als in 14 jaar
In het plaatsje Copiapo, in het noorden van het Chili, viel in 1 dag tijd zoveel regen dat de rivier met dezelfde naam, die normaal het hele jaar droog staat, buiten zijn oevers trad. De rivier de Copiapo vindt zijn oorsprong in het Andesgebergte en stroomt via de Atacamawoestijn naar de Stille Oceaan. De Atacama woestijn staat bekend als een van de allerdroogste plaatsen ter wereld. Gemiddeld valt er slechts 1 millimeter regen per jaar. Er gaan jaren voorbij dat er geen drup regen valt. Maar heel soms valt er wel neerslag. Zo viel er in juli 2011 in de woestijn sneeuw. En niet zo’n klein beetje ook, 80 centimeter werd er gemeten. Afgelopen woensdag veroorzaakten uitzonderlijk zware onweerbuien in het droge woestijngebied extreem veel regen. Hoeveel er is gevallen, weten we niet precies. Er staan namelijk geen regenmeters in dit gebied en er is geen radar die neerslag detecteert. Er staat wel een regenmeter in de kustplaats Antafagasta. In de klimaatboekjes staat dat ook deze plek een extreem droge is. In de periode tussen 1970 en 2000 valt daar gemiddeld 3.8 mm regen. Afgelopen week viel er in 1 etmaal tijd maar liefst 24.4 mm. Omgerekend is dit de hoeveelheid die in 14 jaar tijd valt.
Weerkaart gecombineerd met een infrarood sattelietbeeld van de sneeuwsituatie van 8 juli 2011 met de twee hogedrukgebieden en daartussen in duidelijk een pluk bewolking...
De Atacamawoenstijn is een van de droogste plaatsen op de wereld. Wikipedia.
Bergen
Dat het noorden van Chili zo extreem droog is, heeft te maken met de overheersende luchtdrukpatronen, grote standvastige hogedrukgebieden zowel boven de Stille Oceaan als boven de Atlantische Oceaan. Maar ook de bergen spelen een grote rol. De Andes met toppen van 4000 meter in het grensgebied tussen Chili en Argentinië liggen aan de oostzijde van de woestijn. De bergen langs de kust van Chili liggen aan de westzijde. Storingen vanuit het westen vanaf de Stille Oceaan botsen tegen het kustgebergten. Storingen vanuit het oosten, komend vanaf de Atlatische Oceaan, botsen tegen de hoge Andes. Het gebied er tussen in, de Atacama woestijn ligt dus zeer beschut. Stuwingsregens zien we ook in de Europese gebergten. In de Alpen valt met een zuidelijke stroming veel regen of sneeuw aan de Italiaanse zijde van het Alpenmassief. Met een noordelijke stroming krijgt juist de Duitse kant met regen te maken. De lucht die na passage van de bergtoppen stroomafwaarts glijdt, is zo droog dat er geen neerslag meer uitvalt. Sterker nog, er blijft zelfs geen wolk over. De Atacama woestijn ligt in een zogenaamde regenschaduw. Door de hoge ligging, de extreem droge en schone lucht is de woestijn een van de beste plekken op aarde om sterren te kijken. Niet voor niets staat een van ’s wereld grootste sterrenkijkers daar opgesteld.
ESO's Paranal-sterrenwacht midden in de woestijn. Wikipedia.
In juli 2011 viel er sneeuw in de Atacamawoenstijn. Wikipedia.
El Niño
Heel soms komt het dus voor dat neerslag de bergen wel overkomt. De sneeuw in 2011 en de extreme regen afgelopen week werden veroorzaakt door een kleine bovenluchtstoring gevuld met ijskoude lucht precies tussen de twee overheersende hogedrukgebieden in. Verder zijn er sterke aanwijzingen dat het warme zeewater voor de kust van Chili en Equador een rol speelde. Dat zeewater is op dit moment een graad warmer dan normaal. De opwarming van het zeewater heeft te maken met het natuurverschijnsel El Niño. Langs de evenaar in de oostelijke Stille Oceaan komt in de loop van sommige jaren een sterke opwarming van normaal koel zeewater voor, die van invloed is op het weer in grote delen van de wereld. Op sommige plaatsen leidt El Niño tot langdurige droogtes, met name in Australië, in Indonesië en op de Filipijnen. Op andere plaatsen leidt El Niño juist tot extreem veel neerslag met overstromingen als gevolg. El Niño komt onregelmatig maar gemiddeld eens in de drie tot zeven jaar voor en kan variëren in sterkte. De El Niño van 1997-1998 was een hele sterke met extreem veel regen in onder andere het gortdroge Californië (VS). Vorig jaar werd langs de evenaar tussen Azië en Peru al een lichte opwarming van het zeewater gemeten. Tot nu toe bleef het bij een zwakke El Niño met niet zoveel gevolgen voor het weer. Metingen van het zeewater in februari 2015 geven aan dat er nog steeds sprake is van een zwakke El Niño. Er is op dit moment niet alleen een stijging van de watertemperatuur rond de evenaar bij Peru te zien, maar ook zuidelijker ten hoogte van Chili. Deze temperatuur stijging van het zeewater kan tot effect hebben dat storingen boven een warm wateroppervlak meer energie opnemen en zich uiteindelijk kunnen ontwikkelen tot uitzonderlijke zware onweersbuien. De wolkenbasis was kennelijk hoog genoeg om over kustbergen te klimmen en zo dus het water los te laten op een plek waar het normaal kurkdroog is. Het klimaatonderzoeksinstituut NOAA verwacht dat ook de komende zomer het zeewater warmer blijft dan normaal en dat er mogelijk nog meer gevolgen zijn te verwachten van deze zwakke El Niño. De kans dat El Niño sterker wordt, is niet zo groot.
Normaal groeit er niets in de Atacama woestijn, maar als er toch wat regen valt, bloeit de woestijn. Wikipedia.
Zeewatertemperaturen langs de evenaar zijn nog steeds oplopend, volgens NOAA is er 50 tot 60% kans dat de El Nino ook het komend half jaar mogelijke gevolgen kan hebben voor het weer. Ook het zeewater voor de kust van Chili is warmer dan normaal. Bron: NOAA.
Bron: MeteoGroup, Noaa, Wunderground. Nu.nl
Lees ook:
- http://www.weer.nl/weer-in-het-nieuws/weernieuws/ch/bf6ca620c609f07bc2f4cbad17b64a7e/article/snel_komen_en_gaan.html
- http://www.weer.nl/weer-in-het-nieuws/weernieuws/ch/d3548e515979590a171ba99396d52620/article/tornadoseizoen_vs_begonnen.html
- http://www.weer.nl/weer-in-het-nieuws/weernieuws/ch/73ca5fbde58a53bf89bbbb46bda615ca/article/weer_pech_in_het_weekend.html
| Gewijzigd: 3 februari 2017, 10:48 uur, door Joyce.s
vr 15 mei 2015, 15:16El Nino drijft arme boer naar jacht op ratten
El Nino is terug. Voor het eerst sinds 1997, toen 24.000 mensen om het leven kwamen, dreigen enorme uitschieters van het tropische weerfront economieën wereldwijd te raken.
Uit vrees voor El Nino hebben de Filippijnen hun noodvoorraden aan rijst en graan al vergroot.
Boeren op de Filippijnen die hun oogsten zagen mislukken zijn volgens persbureau Bloomberg begonnen met nachtelijke jachttochten op dikke ratten. Dat vlees wordt geruild voor rijst.
Mislukte oogsten
Vijf jaar geleden leidde El Nino van een mindere omvang al tot zware droogten in Zuid Oost-Azië en mislukten de oogsten er massaal.
In 1997-1998 berokkende El Nino voor $34 miljard aan schade. Dat effect wordt volgens Amerikaanse weerdeskundigen nu minstens zo groot. Ook Japanse en Australische deskundigen hebben gewaarschuwd voor het fenomeen, dat voor grote onderbrekingen van productie in bedrijven en het leven van consumenten heeft gezorgd.
Stevige droogte
De grote vraag is nog wel hoe zwaar El Nino dit keer wordt. Het veroorzaakt meerdere effecten, maar als het de bestaande droogte versterkt, zullen als eerste de rijstoogsten eraan gaan in Indonesië, Filippijnen en India.
De Flilppijnse regering heeft al prijsverhogingen voor zijn rijst aangekondigd.
bron: http://www.telegraaf.nl/dft/nieuws_dft/24044416/__Angst_voor_wederkeer_El_Nino__.html
