Vaak wordt gedacht dat stadsvijvers een verkoelende werking hebben op hun omgeving. Dit is deels zeker waar, maar er kunnen wel enkele kanttekeningen bij gemaakt worden. Recent onderzoek aan de Wageningen University laat dit op een aantal punten ook zien.
De gemiddelde maximumtemperatuur in mei is dichtbij zee aanmerkelijk lager dan dieper landinwaarts. Bron afbeelding: KNMI.
Verschillen tussen water- en landoppervlakten
Water heeft de eigenschap dat het vergeleken met landoppervlak relatief veel energie nodig heeft om de temperatuur een graad te laten stijgen. Omgekeerd houdt water warmte ook gemakkelijker vast, waardoor het afkoelingsproces langzamer verloopt. De lucht vlak boven de waterspiegel wordt hierdoor beïnvloed. In het vroege voorjaar en in het najaar zien we bijvoorbeeld dichtbij zee wat voor effecten dit heeft op de weersgesteldheid. Naast meer wind heeft de zee namelijk ook een belangrijk effect op de temperatuur en vochthuishouding op het aanliggende land. Na het koudere winterseizoen ontstaan op een mooie voorjaarsdag de meeste stapelwolken dieper landinwaarts, doordat het land gemakkelijker opwarmt dan het zeewater. De temperatuur van de lucht blijft dan langs de kust overdag enkele graden achter ten opzichte van het binnenland. Een halfjaar later is het patroon precies omgekeerd. Het zomerse weer heeft de zee dan opgewarmd, waardoor het in de herfst dichtbij de Noordzeestranden zowel overdag als ’s nachts een aantal graden warmer is dan verder landinwaarts. In de middag vormen zich dan juist de meeste stapelwolken aan zee, aangezien het land koeler is dan het zeewater.
Doordat het landoppervlak gemakkelijker opwarmt dan de zee, vormen de meeste stapelwolken zich in het voorjaar vooral landinwaarts. Op dit satellietbeeld van 25 februari 2012 is dit mooi zichtbaar.
Verkoeling door stadsvijvers?
Het is algemeen bekend dat een stad op een warme zomerdag sneller opwarmt dan het naastgelegen landelijke gebied. Dit warmte-effect staat ook wel bekend als het hitte-eilandeffect. In extreme gevallen kan dit temperatuurverschil zelfs oplopen tot vijf graden. Om de extreme zomerhitte in de stad draaglijker te maken, wordt steeds meer gezocht naar nieuwe verkoelende maatregelen. De aanleg van meer stadsgroen en een vijver wordt vaak gezien als mogelijke temperatuurregulerende opties. Dat dit minder eenduidig is dan het op het eerste gezicht lijkt, blijkt ook uit recent onderzoek aan de Wageningen University. Het verkoelende effect van zo’n stedelijke recreatieplas lijkt vooral op een warme dag minder sterk dan vaak gedacht. Dit heeft niet alleen te maken met simpelweg de temperatuureffecten als wel de effecten op de gevoelstemperatuur.
De gemiddelde maximumtemperatuur in november laat een omgekeerd beeld zien. In het binnenland zijn de temperaturen dan juist lager dan langs de kust, doordat het zeewater langzaam afkoelt. Bron afbeelding: KNMI.
Nacht warmer, overdag maar ten dele koeler
Het onderzoek werd uitgevoerd door promovendus Natalie Theeuwes, aan de Wageningen University. In een fictieve wereldstad onderzocht zij het effect van geen, één en meerdere stadsvijvers op de omliggende luchttemperatuur tijdens een aantal warme meidagen. Hierbij maakte ze gebruik van een weermodel. De vijver binnen stedelijk gebied leidde in die fictieve omgeving op een warme middag tot enige verkoeling in de directe omgeving, maar voornamelijk tussen vier en acht uur ’s nachts resulteerde het stadswater juist in een sterke opwarming van de luchttemperatuur. Op zich is dit niet vreemd, want zoals eerder aangegeven warmt water niet alleen minder snel op dan landoppervlak, maar koelt het ook minder snel af. Bij water van twintig graden was de luchttemperatuur langs de oevers zelfs 3,5 graden hoger dan zonder vijver het geval zou zijn geweest. Uit ditzelfde onderzoek kwam naar voren dat de temperatuureffecten van de warme stadsvijver, afhankelijk van de wind en de hoeveelheid bebouwing, tot een aantal kilometers verderop merkbaar kunnen zijn.
In de zomer is het zeewater vergeleken met het land overdag vaak koeler, waardoor het dichtbij zee ook wat minder warm is. Bovendien is de luchtvochtigheid daar ook hoger als gevolg van verdamping van zeewater. Ditzelfde effect is waarneembaar bij stadsvijvers en leidt tot een toename van de gevoelstemperatuur. Bron afbeelding: KNMI.
Gevoelstemperatuur
Misschien wel het interessantste resultaat uit het onderzoek is vooral dat het verkoelingseffect midden op een warme voorjaarsdag minder sterk is dan je op het eerste gezicht zou denken. De oorzaak hiervan is de relatieve hoge luchtvochtigheid als gevolg van verdampend water. Ondanks dat de luchttemperatuur vlakbij de vijver overdag lager is, zorgt de toename van de luchtvochtigheid er namelijk voor dat de gevoelstemperatuur nauwelijks daalt.
Bron: Meteo Consult