Het is vandaag precies vijf jaar geleden dat de eerste Chinese ruimtewandeling plaatsvond. China wil hier ook een leidende macht in worden. Wat zijn de plannen van China in de ruimte? VRT-correspondent Stefan Blommaert geeft een woordje uitleg.
Iedereen die een beetje volgt wat er in de wereld gebeurt – en in dit geval ook daarbuiten – kent het Internationaal Ruimtestation ISS. Het ISS wordt gezamenlijk uitgebaat door de VS, Rusland, Europa en een trits andere landen.
Minder bekend is dat er hoog boven de aarde ook een permanent ruimtetuig van de Chinezen ronddraait. De laboratoriummodule Tiangong (hemelpaleis) werd in 2011 gelanceerd en biedt een bescheiden onderkomen aan bezoekende taikonauten (naar ‘taikong’, Chinees voor ruimte).
De Chinezen zijn relatieve nieuwkomers in de ruimtevaart. De eerste Chinese astronaut werd amper tien jaar geleden de ruimte in gestuurd. Maar sindsdien is er veel vooruitgang geboekt.
Vandaag precies vijf jaar terug konden de Chinezen al een eerste ruimtewandeling op hun palmares schrijven. De voorbije jaren schoot China jaarlijks zelfs meer ruimtetuigen de lucht in dan de Verenigde Staten. Dit jaar moeten dat er in totaal twintig worden, meestal om satellieten in een baan om de aarde te brengen.
Crash zette domper op de feestvreugde
De Chinese ruimtevaart vindt zijn oorsprong eigenlijk al in de jaren 50. Toen de relatie met de Sovjet-Unie nog goed was, kreeg China rakettechnologie cadeau van de Russen. In 1958 werd de start van een Chinees ruimtevaartprogramma aangekondigd. Maar afgezien van wat onderzoek en de prille lancering van satellieten bleef dat programma heel beperkt.
Plannen voor een bemande ruimtevlucht werden opgeborgen door politieke chaos en economische problemen tijdens de Culturele Revolutie. Pas vanaf de jaren 80 werd er ernstig werk van gemaakt.
In 1993 richtte Peking een officiële Chinese ruimtevaartorganisatie op. Een mislukte raketlancering inclusief crash drie jaar later – waarbij 500 doden vielen – zette een domper op de feestvreugde, maar vanaf de start van het Shenzhou-programma in 1999 boekten de Chinezen het ene succes na het andere. Shenzhou betekent letterlijk "magische boot", het is ook een oude benaming voor China.
Yang Liwei cirkelt als eerste Chinees rond de aarde
Het ruimtetuig Shenzhou-1, gelanceerd op de vijftigste verjaardag van de Volksrepubliek China, maakte 14 omwentelingen rond de aarde en kon veilig terugkeren en landen in de provincie Binnen-Mongolië. Latere lanceringen waren gericht op het creëren van goede omstandigheden voor de eerste bemande vlucht, die uiteindelijk plaatsvond in 2003.
De Shenzhou-5 had één ruimtevaarder aan boord: de 38-jarige Yang Liwei. Hij bleef 24 uur rond de aarde cirkelen. Daarmee werd China na Rusland en de VS het derde land dat in staat was om mensen de ruimte in te sturen. Sindsdien volgden er nog vier andere bemande ruimtevluchten.
In 2012 maakte voor het eerst ook een vrouw deel uit van de (intussen driekoppige) bemanning. Bij elke lancering was er iets groter, hoger of langer. De laatste vlucht, die van de Shenzhou-10 in juni van dit jaar, duurde het langst – niet minder dan 15 dagen.
Eigen pronkstuk voor de Chinezen
Nu er voldoende ervaring is met bemande vluchten zet China alles in op een eigen ruimtestation. De Tiangong-module (niet groter dan een vrachtwagen) is daarvan een embryonale versie. Sinds de module in 2011 in een baan om de aarde werd gebracht, is ze al twee keer bezocht door ruimtevaarders.
De laatste keer – met de Shenzhou-10 – werd een manuele en een automatische koppeling uitgevoerd, als oefening voor het latere ruimtestation. De bouw daarvan zou moeten beginnen in 2020, precies het jaar waarin het ISS buiten gebruik wordt gesteld. Deze week werd op een ruimtevaartcongres in Peking aangekondigd dat het station tegen 2023 operationeel zou moeten zijn.
Als de Chinezen slagen in hun opzet, is dat voor hen een fameuze opsteker. Ze waren om militaire, technische en veiligheidsredenen buiten het ISS-project gehouden. Nu zullen ze hun eigen pronkstuk hebben. Overigens roept China de laatste tijd zelf steeds luider op tot internationale ruimtesamenwerking. Vooral Europa – in casu het ruimtevaartagentschap ESA – is daar wel voor te vinden.
Maar er zijn nog meer toekomstplannen. De maan is het volgende objectief. Tegen het einde van dit jaar wordt de landing van een onbemande capsule op de maan verwacht. Als de missie succesvol is, wordt het de eerste ‘soft landing’ sinds de Amerikaanse Apollomissies in de jaren 60 en 70
De ambitie is om ergens in het volgende decennium een bemande vlucht naar de maan te sturen, en er is zelfs sprake van een permanente Chinese aanwezigheid op het hemellichaam. Daarna staat een missie naar Mars op het programma.
Je kunt natuurlijk zeggen dat China achterop blijft hinken bij de Verenigde Staten, die dergelijke exploten al lang achter de kiezen hebben. Maar terwijl de NASA zijn budget jaar na jaar ziet slinken en de shuttlevluchten zelfs helemaal moest overlaten aan de Russen, heeft Peking steeds meer geld veil voor zijn ruimtevaartprogramma. The sky is the limit, toepasselijker kan het niet.
China speelt steeds prominentere rol in verkenning van heelal
Voor China is de exploratie van de ruimte belangrijk op diverse vlakken. Eerst en vooral gaat het om prestige. Zoals het land zijn economie de voorbije dertig jaar op spectaculaire wijze heeft laten groeien om zo een wereldspeler zonder weerga te worden, wil het ook inzake wetenschap en technologie tonen dat het niet voor de allermachtigsten hoeft onder te doen.
Economisch kan de ruimte op langere termijn ook veel voordelen bieden; de mogelijkheid om in de toekomst ertsen van verafgelegen planeten te ontginnen is allang geen science-fictiondroom meer.
En dan is er natuurlijk ook het militaire aspect. Elke lancering van een ruimtetuig verfijnt de kennis over de ballistiek, satellieten spelen een evidente militaire rol, en een permanente aanwezigheid op de maan of op verderaf gelegen planeten heeft ongetwijfeld zijn nut voor het leger.
China blijft verbazen, ook inzake ruimtevaart. Terwijl het land amper twintig jaar geleden nog zo goed als nergens stond in de verkenning van het heelal, speelt het nu een steeds prominentere rol.
En zoals de Chinezen dat op heel wat andere terreinen al deden, is het niet ondenkbaar dat ze ooit ook de nummer één zullen worden in de ruimtevaart. De tijd van de space race die uitsluitend werd uitgevochten tussen de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie, is lang voorbij.
Bron: De Redactie
Onweersdagen: 0