@belga
Afgelopen nacht werd in België de laagste temperatuur van deze winter- vanaf 1 december tot nu- opgetekend. Op het meetpunt Elsenborn (Hoge Venen) daalde het kwik tot min 17,9 graden, aldus weerman Eddy De Mey. De combinatie van een dikke sneeuwlaag, een vrijwel heldere hemel, weinig wind en stagnerende polaire lucht hebben deze lage temperatuur mogelijk gemaakt.
Bron: HLN
Een nieuwe poging om de taaie winter van 2013 op een zijspoor te zetten, voltrekt zich vandaag. Een lagedrukgebied in de buurt van Schotland stuurt een aantal fronten op ons af. De combinatie van deze fronten zet de meeste kou Nederland uit. Of het dan ook echt voorbij is, blijft volgende week nog wel de vraag. De echt koude lucht mag Nederland dan uit zijn, hij blijft wel dichtbij. De strijd is nog niet helemaal gestreden.
Kring om de zon, water in de ton. Zon maakt nest, wind wordt west. Zou de lente dan toch? Foto: Gieny Westra.
Intussen groeit de status van de winter van 2013 nog iedere dag. Worden de meeste getallen, waaraan je de prestaties van de winter kunt aflezen, over de maanden december, januari en februari gemeten en vastgesteld, het koudegetal en ook de vorstsom betreffen een langere periode. Daarvoor tellen ook de maanden november en maart mee.
Hellmanngetal
Een bekende graadmeter voor de kracht van de winter is het koudegetal, het zogenoemde Hellmanngetal. Je krijgt het door voor alle etmalen, waarvan de gemiddelde temperatuur beneden het vriespunt ligt, de opgetreden gemiddelde temperaturen bij elkaar op te tellen en vervolgens het minteken weg te laten. Is de gemiddelde temperatuur vandaag bij voorbeeld -0,7 graden, dan scoren we voor het koudegetal 0,7 punten. Als je al die getallen voor de periode van november tot en met maart optelt, krijg je het Hellmanngetal.
Sneeuw in Delft, vanochtend. Foto: Gieny Westra.
In De Bilt is het koudegetal met de bijdrage van gisteren, 0,7 punten, inmiddels tot 71,9 punten gestegen. Dat is nog steeds minder dan vorig jaar, toen de vorstperiode van twee weken in februari in z’n eentje al goed was voor ruim 88 punten. Wel vallen beide waarden in de categorie ‘normaal’, zoals die door het KNMI wordt gehanteerd. Daarin horen de winters thuis die tussen 40 en 100 punten scoren. Meer dan 100 punten levert een koude winter op, meer dan 160 punten een zeer koude winter. Een winter is volgens de categorisering pas streng als er meer dan 300 punten worden gescoord.
Maar drie strenge winters
Sinds 1901 zijn er 18 koude winters geweest, waren er 6 zeer koude winters en 3 strenge winters (1942, 1947 en 1963). De rest (84 stuks) kwam niet aan 100 punten toe. In dat licht bezien zijn de 5 laatste winters (sinds 2009) ook weer geen echte niemendalletjes. Het hoogste van de vijf scoorde 2010 met in De Bilt 94,7 punten, daarna kwamen 2012 en 2011 met 88,4 punten en 80,6 punten. De winter van 2013 neemt met 71,9 punten nu de vierde plaats in van de laatste vijf winters en 2009 sluit de rij met 56,5 punten. In de totale lijst neemt de winter van 2013 nu een 45ste plaats in, net na de winter van 1976.
Komeet PanStarrs, gisteravond gezien vanuit Arnhem. Foto: Hans Bloemendaal.
Kijken we naar andere stations in Nederland, dan staat opvallend genoeg Deelen bij Arnhem dit jaar bovenaan met tot en met gisteren 97,0 punten. Opvallend, omdat de hoogste scores meestal voor het noordoosten van het land zijn. Een station als Nieuw-Beerta in het noordoosten van Groningen is vrijwel steeds de koploper. Stations aan zee (Vlissingen bij voorbeeld), maar ook de Waddeneilanden scoren juist meestal veel lager. De winter met het minste aantal Hellmannpunten sinds 1901 in De Bilt is nog altijd die van 1989. Toen werden 1,9 punten gescoord. De winter van 1963 is met 345,9 punten de koploper.
Een besneeuwd Etten. Foto: Rene Migchelbrink.
Vorstsom
Een andere mogelijkheid om winters te categoriseren – en die meer recht doet aan vorst in de nachten als de gemiddelde etmaaltemperatuur niet beneden nul uitkomt – is de vorstsom. Hier kijk je zowel naar de minimumtemperatuur als de maximumtemperatuur van een dag. Alles waar een minteken voorstaat, is een score. Is de minimumtemperatuur -2 graden, dan mag je 2 punten bij de vorstsom optellen. Bedraagt de maximumtemperatuur +2 graden, dan is dit geen score. Een maximumtemperatuur van -1 graden betekent wel een extra punt.
Alles bij elkaar optellend tot en met vandaag, bedraagt de vorstsom van de winter van 2013 inmiddels 219 punten. Van de laatste vijf winters zijn er inmiddels twee gepasseerd, namelijk die van 2009 (die een vorstsom van 199 punten had) en die van vorig jaar (2012), met een totale vorstsom van 218 punten. De winters van 2011 en 2010 liggen nog duidelijk voor op de winter van dit jaar met respectievelijk 278,2 punten en 287,8 punten. Onaantastbaar koploper in deze lijst is ook de winter van 1963 met een vorstsom van 807 punten.
Molen De Goliath, vlakbij de Eemshaven. Foto: Jannes Wiersema
Afwachten of er nog wat bijkomt
En dan is het nu maar afwachten of het na vandaag deze maand echt niet meer tot nieuwe scores komt voor beide indices. Helemaal zeker is dat, zoals al aangegeven, nog niet. Zeker de vorstsom kan tot het einde van deze maand nog wel een kleln duwtje krijgen, zeker als de koude lucht dichtbij ergens volgende week nog weer een keer naar het zuiden komt. De kans lijkt wel groot dat het Hellmanngetal z’n plafond voor deze winter heeft gevonden.
Sneeuw in Zeeland, ook vanochtend. Foto: Piet Grim.
Bron: Meteo Consult.
Tegen volgende winter moeten alle daklozen in ons land definitief van de straat zijn verdwenen. Dat zegt staatssecretaris voor Armoedebestrijding Maggie De Block. We hebben er een harde winter op zitten, en ze wil daar zo snel mogelijk de nodige lessen uit trekken. "Iedereen een dak boven het hoofd", klinkt het.
Bron: HLN
De NMBS werkt aan een nieuw type wissels dat minder onderhevig is aan het winterweer dan de oude. Dat bleek na een overleg tussen de spoortop en minister van Overheidsbedrijven Jean-Pascal Labille (PS).
© belga.
De NMBS-Groep heeft dinsdag naar eigen zeggen tweeduizend medewerkers op de been gebracht om de gevolgen van de sneeuw te bestrijden. Tot 9 uur verliep alles min of meer normaal, maar daarna zorgde een grote opstopping van vertraagde treinen in Brussel-Zuid voor gevolgen op het hele net.
De grootste problemen op het spoor werden veroorzaakt door bevroren wissels. De wissels zelf zijn voorzien van verwarmingselementen, maar de aansturing kan nog steeds blokkeren bij hevige sneeuwval. Daarom werkt Infrabel aan de homologatie van een nieuwe type waarbij het volledige systeem beschermd wordt.
Manke communicatie
Bij het overleg tussen de minister en de spoortop kwam ook de gebrekkige communicatie aan bod. De spoorwegen hebben er dinsdag naar eigen zeggen bewust voor gekozen om in de grote stations enkel de treinen te afficheren die zeker zouden vertrekken. Dat systeem is echter niet bekend bij de reizigers, wat tot frustratie leidde.
In de toekomst moet er beter worden gecommuniceerd, onder meer via de sociale netwerken. Voor begin april zullen de overwegingen in concrete voorstellen worden gegoten.
Bron: HLN
Tot nu toe verloopt maart bijna 3 graden te koud. De langjarig gemiddelde maarttemperatuur (1981-2010), ook wel de norm genoemd, is op het landelijk hoofdstation De Bilt 6,2 graden. Maar maart 2013 heeft, tot en met 16 maart berekend, een gemiddelde temperatuur van 3,4 graden. En het ziet er naar uit dat hier de komende dagen zelfs nog iets van afgaat, met de komst van koudere lucht. Vooral de nachten pakken winters uit. En wie dacht dat de laatste sneeuwvlokken van deze winter nou wel waren gevallen, heeft het mis....
Zowel gisterochtend (zaterdag) als vanochtend sneeuwde het en was het een witte wereld bij fotografe Karin Broekhuijsen in Drenthe.
Koudeput
Op de weerkaarten zien we al enige tijd een uitgestrekt, sterk hogedrukgebied boven het uiterste noorden van het noordelijk halfrond liggen. Soms splitst het in twee kernen, maar in grote lijnen bevindt het drukmaximum zich boven Groenland en het noorden van Scandinavië, tot op grote hoogte trouwens in de atmosfeer.....De rivier van lucht hoog in de atmosfeer, de straalstroom, ligt ondertussen erg zuidelijk boven Europa. In de straalstroom worden storingen en depressies vanaf de oceaan meegevoerd die het Middellandse Zeegebied aandoen. De storingen hebben in de regel zachte/warme lucht bij zich, maar omdat de straalstroom juist zo zuidelijk ligt, krijgt de echt zachte lucht geen kans om zich naar onze omgeving uit te breiden, al zijn eerst in vooral het zuiden van ons land middagtemperaturen van 10 of 11 graden mogelijk. Het noorden van het land blijft echter frisser.
Tussen de straalstroom en het hogedrukgebied in heeft zich een lagedrukgebied genesteld dat nauwelijks beweegt. Deze depressie hangt boven de Britse eilanden rond, vooral in de hoge luchtlagen is dat het geval, met een hoeveelheid vrieslucht ingevangen. We hebben hier met een zogeheten koudeput van doen.
Zondag 17 maart. In het zuiden van Limburg smelt de sneeuw als sneeuw voor de zon en het smeltwater loopt in stralen vanaf de hellingen naar beneden. Vandaag en morgen is in het zuiden des lands 10-11 graden haalbaar. Maar zachtere lucht redt het nog niet. Foto: Marij Bouwers.
Opmerkelijk koudere bovenlucht
Rondom de put circuleren onstabiele luchtmassa's met buien of complete fronten. Het ziet er naar uit dat de put woensdag en donderdag met een kern opschuift naar de Noordzee. Op deze manier blijft het ons weer bepalen met de daarbij horende wisselvalligheid en een koude(re) bovenlucht. De temperatuur op 1500 meter hoogte bijvoorbeeld zakt woensdag, uitgerekend op de dag dat de lente op de kalender begint, tot -10 of -11 graden. Opmerkelijk koud voor de tijd van het jaar mogen we toch wel zeggen! Gelukkig krijgt de zon langzaam maar zeker meer kracht en staat ook langer boven de horizon, zodat de middagtemperatuur aan het aardoppervlak ruim boven het vriespunt uitstijgt. Dit zou bijvoorbeeld eind december niet zijn gelukt! Maar 10 graden of zachter, nee, dat zit er na maandag voorlopig niet in. Neerslag die van tijd tot tijd valt, komt dan ook nog makkelijk in de vorm van sneeuw omlaag die overdag niet of nauwelijks zal blijven liggen. Echter, met de te verwachten koude nachten kan de sneeuw in de donkere perioden wel, al dan niet plaatselijk, blijven liggen. "Daar gaan we weer!!", zullen veel mensen vast verzuchten. Maar de winterliefhebber komt nog steeds aan zijn trekken. Verder zijn er tussen de (maartse) buien door enkele opklaringen.
Weerkaart geldig voor woensdagmiddag 20 maart 2013 met de te verwachten temperatuur op rond 1500 meter hoogte en de stroming op ca. 5 km hoogte (500 hPa-vlak). Bovenlucht in onze omgeving is erg koud voor de tijd van het jaar bij een koudeput die boven de Noordzee is aangekomen. De 'golvende' straalstroom ligt boven het zuiden van Europa, zie de pijl.
Lange termijn
Gisteren kwamen vrij veel berekeningen van het Europese model, het ECMWF, voor gedurende het volgend weekend met zachte lucht op de proppen. In de nieuwste berekeningen van het model zijn die echter weer grotendeels van tafel... Ja, het geduld van de winterhater wordt op deze manier dit jaar wel erg op de proef gesteld.
De temperatuurpluim geldig voor De Bilt, op basis van de modeluitvoer van 17 maart 00 UTC. Koud begin van de kalenderlente en toch nog wel enige spreiding in de diverse berekeningen voor het weekend van 23 en 24 maart. De rode lijn is de hoofdberekening van het model en die ziet er (behoorlijk) koud uit. Ja, zelfs 1 van de koudste lijntjes van het hele pakket...
Bron: Meteo Consult
We hebben even in de eerste maartweek aan de lente mogen snuiven, maar sindsdien lijkt het weerbeeld te aarzelen tussen winter en herfst. Nog een paar dagen en ook de astronomische lente begint. Aan het weer zal dat nauwelijks te merken zijn. Op heel wat dagen zullen er nog (natte) sneeuwvlokken dwarrelen en in de meeste nachten komt het tot vorst. “Waar blijft de lente?” Vraagt menigeen zich af. Die zal heus wel komen. En een schrale troost is, dat het altijd nog erger kan. Er zijn in een grijs verleden op wintergebied wel eens onvoorstelbare dingen gebeurd in maart. Vandaag nemen wij u mee naar de barre, en legendarische maart uit 1845.
Gisteren (zondag 17 maart) lagen de sloten in het Groningse Roodeschool nog helemaal dicht en opnieuw viel er natte sneeuw. Foto: Jannes Wiersema.
Een strenge winter
In 1845 werden er al op tal van plaatsen in ons land weer- en temperatuurmetingen verricht. Dat gebeurde met ‘gewone’ (vloeistof) thermometers, waarmee men uitsluitend de actuele temperatuur kon aflezen en niet de minimum- of maximumtemperatuur. Meestal werd er op drie vaste tijdstippen per dag gemeten, maar ook toen waren er enthousiastelingen die bij extreme weersomstandigheden vaker de thermometer aflazen, om zo de hoogste of laagste waarde te ‘vangen’.
De winter zette destijds in december 1844 al goed in. Al eind november begon het te vriezen en kort na Sinterklaas kwam een eerste vorstperiode tot een hoogtepunt. Na een korte dooiperiode rond 18 december, viel opnieuw de vorst in. Na de kerst ging het wederom dooien en ditmaal hield deze langer aan, in feite de hele januarimaand. Opvallend daarbij was dat het ondanks de dooi, tóch niet zacht werd. In Zwanenburg werd de hoogste middagpuntwaarde voor de temperatuur op 26 januari bereikt, slechts 5,6 graden! Vriezen deed het echter ook nauwelijks. Slechts driemaal lag de temperatuur in de vroege ochtend onder -2 graden. Februari ging aanvankelijk op dezelfde voet verder, maar rond de 11e volgde er een korte vorstperiode en ook de laatste tien februaridagen verliepen koud, zonder dat dan de vorst écht doorzette. Men hoopte eind februari al dat de winter snel voorbij zal zijn… een misrekening!
Vanochtend (18 maart) was daar zelfs opnieuw sprake van een waar sneeuwtapijt. Foto: Jannes Wiersema.
In maart schakelde de winter een paar tandjes bij…
De eerste maartweek verliep kouder dan enige andere week eerder die winter. In Zwanenburg werden louter ijsdagen genoteerd, op 3 en 4 maart vroor het tijdens de middagmeting zelfs nog meer dan vijf graden. Daar werd geen strenge vorst gemeten, maar elders in het land was dat wel anders! Op 1 maart meldde Zwartsluis -14 graden, Groningen -18 graden en op 6 maart werd op deze meetposten opnieuw -14 en -19 graden gemeten! Het was de hele winter daar nog niet zo koud geweest, maar het zou nog erger worden!
Het temperatuurverloop in de winter van 1845, in Zwanenburg. Bron: meteolink/KNMI.
Op 10 maart dooide het licht, maar met noordelijke winden. De dagen daarna draaide de wind terug naar noordoost en wakkerde aan. Een portie extreem koude lucht werd rechtstreeks naar ons land gevoerd. Op 12 maart mat Zwanenburg voor het eerst deze winter -10,0 graden, een dag later -13,3 graden. Leeuwarden kwam tot -14, Arnhem tot -17 en zowel Zwartsluis als Groningen op -19 graden. Overdag bleef het gruwelijk koud. Ondanks stralende zonneschijn was het in Zwanenburg tijdens de middagmeting -9,4 graden! De snijdende noordoostenwind leidde tot gevoelstemperaturen tussen -30 en -40 graden. De volgende ochtend vroor het streng tot zeer streng, waarbij de waarnemer in Groningen zelfs -21 graden kon aflezen! Paardenvrachtsleden konden inmiddels over de Zuiderzee van Kampen naar Urk en Enkhuizen rijden en een inwoner van Gorinchem schreef op 12 maart: ‘De wind als voren, heldere lucht, strenge kou, met passeert de rivier geregeld met paarden en rijtuigen.’
Het temperatuurverloop in de winter van 1845, in Zwanenburg. Bron: meteolink/KNMI.
Van 13 tot en met 16 maart lag de temperatuur in Zwanenburg tijdens de ochtendmeting onder -12 graden en pas in de avond van de 16e steeg het kwik tot boven de -5 graden. Geen wonder dat zeer oude lieden beweerden dat ze dit nog nooit hadden meegemaakt, en ditmaal overdreven ze niet, maar hadden ze gelijk! Zo schreef boer Doeke Wijgers Hellema te Wirdum op 16 maart: ‘De koude is zoo geweldig dat het gevorderde jaargetijde noch de heldere zon te zwak zijn om de kragt der vorst tegen te werken. Het vriest des nachts zoo sterk, dat het ijs bij open water in één nacht sterk zoude zijn om overal met schaatzen gebruikt te kunnen worden…’
Temperatuurverloop in maart 1845 in Zwanenburg. Het extreem koude weer gedurende de tweede decade springt duidelijk in beeld. Bron: meteolink/KNMI.
Het ijs was inderdaad inmiddels zo dik geworden dat deze ijsvloer gemakkelijk zwaarbeladen karren en sleden kon dragen, maar ook vee werd via het ijs vervoerd. Zo schreef een inwoner uit Gorinchem op 18 maart: ‘Aan het veer te Sleeuwijk (tegenover Gorinchem) passeert men nog over de rivier met karren en paarden beladen met p.m. 3000 ponden.’
Na 16 maart ging de ergste kou uit de lucht, maar dat betekende niet dat het lente werd. Goed, overdag dooide het dan licht, maar in de nachten bleef het vooralsnog licht tot matig vriezen, waardoor de conditie van het ijs goed bleef en zelfs nog wat kan aangroeien. Boer Doeke Wijgers Hellema schreef: ‘Den 22 Maart zonder eenige afwisseling vorst, heden betrokken lucht, koud, Z.O. Wind en heeft hedennacht ongeveer 1 duim gevroren, gisteren gematigd, heldere lucht en vroor des nachts ½ duim. Morgen Paschen. Het ijs wordt met schaatzen en allerlei voertuig met een of twee paarden bespannen overal gebruikt.’
De gemiddelde luchtdruk in maart 1845. Bron: meteolink.
Paaseieren op het ijs!
Pasen viel in 1845 inderdaad extreem vroeg, op 23 maart. Zo kon er een langgekoesterde wens in vervulling gaan, namelijk het eten van paaseieren op het ijs. Het was weliswaar gaan dooien en regenen, zodat er een laagje water op het ijs kwam te staan, maar in de Haarlemmermeer was dat ijs nog 30 duim dik. Het feest ging echter door. Zo werd er op de Buiten-Amstel een versierde tent neergezet en op paasochtend konden vele Nederlanders daar, met overigens miezerige weersomstandigheden, hun eitjes op het ijs nuttigen. Ook op andere plaatsen gebeurde dat. De liefhebbers konden van deze historische gebeurtenis een prachtige oorkonde aanschaffen, in goud, op donkerblauw papier. Maar de winter is dan wel voorbij. Gedurende de laatste maartweek werd de dooi geleidelijk sterker en ook de nachtelijke vorst verdween.
Bij extreem koud weer in deze tijd van het jaar zou een dergelijke weerkaart kunnen passen, zoals die op 1 maart van dit jaar voor 13 maart door het NCEP-model werd berekend. Bron: meteociel.
Een historische maand…. Kan zoiets zich nu herhalen?
Maart 1845 is nog steeds met afstand de koudste lentemaand sinds het begin van de metingen uit 1706. In Zwanenburg bedroeg de gemiddelde maandtemperatuur -2,3 graden en werden er alleen al in maart (ongecorrigeerd) 102,7 Hellmannpunten bijeengeharkt, waarvan 54,3 punten in de tweede maartdecade. Zelfs als we zouden proberen te corrigeren voor het feit dat de ‘echte’ maximumtemperaturen nog wat hoger zouden zijn geweest, dan nog heeft alléén deze maand, meer vorst opgeleverd dan het totaal van alle afgelopen winters sinds 1997! Daar steekt de huidige ‘koudegolf’ in de tweede maartdecade met in De Bilt een Hellmannscore van 6,3 punten, toch erg magertjes bij af.
De koudste lucht op het 850 hPa-vlak zat in deze berekening ten noorden van ons land, maar zou in maart 1845 boven ons land hebben gelegen. Bron: meteociel.
Helaas zijn er van die tijd geen weerkaarten beschikbaar, maar wel hebben we een kaartje gevonden dat het gemiddelde luchtdrukpatroon van die maand weergeeft. We zien dan een krachtig hogedrukgebied in onze omgeving, met het zwaartepunt boven Engeland. Dat is niet een positie om in ons land serieus winterweer te brengen, maar half maart 1845 zal dat hoog meer boven Zuid-Scandinavië gelegen hebben, met bij ons die stevige noordoostenwinden. Om in ons land dergelijke lage temperaturen half maart te krijgen, moet de temperatuur op het 850 hPa-vlak (rond 1500 m hoogte) wel tussen -20 en -25 graden hebben gelegen.
De pluim van gisteren (17 maart, 0 uur) liet zien dat er nog wat extreem koude opties mogelijk was, vooral als we naar de donkerblauwe lijn kijken. Boven: de temperatuur, onder de 850 hPa temperatuur.
De vraag is, zou zoiets zich ook in de huidige 21e eeuw kunnen herhalen? Uiteraard blijft zoiets een extreme gebeurtenis, maar juist in deze periode zien we een circulatie die soms een eindweegs die kant is opgegaan. Ook nu is het vlak ten noorden van ons land zeer koud en lijkt slechts een subtiele wijziging in de circulatie voldoende te zijn om die kou daadwerkelijk binnenboord te krijgen. De afgelopen twee weken kwamen de weermodellen soms met een berekening die heel dicht bij de meest ideale circulatie kwamen om het, ook in deze tijd van het jaar, nog fors te laten winteren in ons land. Kijk hiernaast maar eens naar een ensemble dat het NCEP (het Amerikaanse weermodel) al op 1 maart berekende, voor 13 maart. Die zit dichtbij de meest koude circulatie die in deze tijd van het jaar mogelijk is. In deze berekening zit de meest koude lucht nog wat ten noorden van ons land, daar waar die destijds in maart 1845, wellicht wél boven ons hoofd vertoefde.
Maar zelfs gisteren (17 maart) berekende – ditmaal het hoofdmodel – een zeer koude visie voor media 27 maart. Uiteraard zien we in de pluim van gisteren 17 maart dat deze berekening helemaal onderin hangt (de donkerblauwe lijn op beide afbeeldingen), maar ook dat er toch een aantal ensembles zijn die ongeveer hetzelfde scenario volgden. Van de bijhorende grondkaart zou men inderdaad de bibbers krijgen, een bijtende noordoostenwind en temperaturen die op 850 hPa gezakt zijn tot rond -13 graden. In de aanvoerrichting is de lucht zelfs nog kouder, tot -18 à -19 graden aan toe! Met dergelijke winden en koude bovenluchten zal het ook tegenwoordig zelfs na het begin van de astronomische lente, nog overwegend kunnen blijven vriezen.
De weerkaart die hoort bij die donkerblauwe lijn hierboven, geldig voor 26 maart. Een nog koudere variant lijkt bijna niet mogelijk te zijn.
Maar, zo erg zal het de komende week niet worden. Toch blijft het koud met soms (natte) sneeuw en gedurende de nachten geregeld vorst. Het lijkt er op dat de lente tot minstens tegen de Pasen op een zijspoor geparkeerd blijft staan. En of we dat nu leuk vinden of niet, we zullen het weer moeten accepteren zoals dat over ons heen komt.
Lenteweer? In het uiterste noordoosten van ons land is daar nu al bijna twee weken absoluut geen sprake van. Zo zag het er vanochtend vroeg (18 maart) in Roodeschool uit. Foto: Jannes Wiersema.
Bron: Meteo Consult
Lekker lenteweer laat vermoedelijk nog zeker een week op zich wachten. Pas na volgend weekend wordt het misschien wat minder koud. De kans bestaat daarentegen ook dat het volgende week nog koud genoeg is voor sneeuw. Dat meldt weeronline.nl maandag.
Woensdag begint de lente: de dag is dan langer dan de nacht. Voor warmer weer is echter meer nodig dan zonlicht. "Er moet zachtere lucht aangevoerd worden", stelt weeronline.nl.
De komende dagen bevindt de grens tussen koude lucht uit Scandinavië en zachte lucht in Frankrijk zich boven Nederland. Dankzij de lucht uit het zuiden kwam het kwik maandag op diverse plaatsen nog wel net in de dubbele cijfers, maar de komende dagen heeft Nederland vooral te maken met de koudere lucht.
Een oostelijke tot noordoostelijke stroming zorgt ervoor dat de middagtemperaturen rond de vijf graden liggen. 's Nachts vriest het enkele graden. "En dat terwijl we normaal rond deze tijd overdag een graad of tien hebben en nachtminima rond drie graden."
De koude lucht is ook volgende week niet ver weg. "Er hoeft dan ook maar weinig te gebeuren en het is koud genoeg voor sneeuw, maar voor hetzelfde geld wordt het met vijftien graden vrij aangenaam terrasweer", aldus weeronline.nl.
Bron: Nieuws.nl
Deze week begint er opnieuw een reeks wielerwedstrijden in eigen land, met woensdag al Dwars door Vlaanderen. De organisatie daar houdt haar hart vast voor het weer. Want als het ook woensdag gaat sneeuwen, zitten ze met een groot probleem. Ze hebben zelfs geen verzekering afgesloten tegen de sneeuw. Dat is namelijk veel te duur, zeggen ze.
Bron: HLN
Op de laatste dag van de winterperiode wint de koude lucht weer terrein. Morgen om twee minuten over twaalf in de middag staat de zon precies boven de evenaar en begint de officieel de lente, dit jaar dus niet op de 21e van maart. Van lenteweer is voorlopig echter nog geen sprake, het wordt zelfs nog kouder volgende week.
Zuidhorn (Groningen). Foto: Gerard Kiewiet.
Op de eerste lentedag van dit jaar kan het morgenochtend, na een nacht met lichte vorst, in het zuiden en midden van het land wit zijn door sneeuw. In de loop van de dag trekt de winterse neerslag het zuidoosten van het land weer uit. In het noorden kan de zon nog even doorbreken maar elders blijft het overwegend bewolkt. Het wordt slechts 1 tot 5 graden bij een schrale noordoostenwind.
In het weekend en de eerste dagen van volgende week gaan de temperaturen verder omlaag. Overdag komt het kwik in de middag uit tussen 0 en 4 graden, maar bij een stevige oostenwind voelt het veel kouder aan. Regionaal kan de temperatuur zelfs de hele dag onder het vriespunt blijven. Tijdens de nachtelijke uren gaat het zelfs matig vriezen met temperaturen tot onder -5 graden.
Nou, nog zeker een dag of tien....Foto: Gieny Westra.
Dat de winter zo hardnekkig is dit jaar houdt verband met een zeer krachtig hogedrukgebied boven het Noordpoolgebied. Langs de flanken ervan stroomt zeer koude lucht via Scandinavië en Rusland Europa in en met regelmaat bereikt ze ook ons land.
De te verwachten weerkaart met isobaren en temperaturen geldig voor vrijdagmiddag 22 maart. Aan de flank van het krachtige hogedrukgebied boven het uiterste noorden van Europa wordt koude tot zeer koude lucht aangevoerd met bij ons een oostelijke wind. Overigens is het in de noordelijke helft van ons land kouder dan in het zuiden.
Bron: Meteo Consult | Gewijzigd: 19 maart 2013, 19:00 uur, door Sanwa
De lange winter laat zich voelen in het aantal gaten in de Vlaamse wegen. Op het meldpunt van het Agenschap voor Wegen en Verkeer zijn sinds het begin van dit jaar al 841 meldingen binnen gekomen van putten in het wegdek. Het aantal ligt een pak hoger dan vorig jaar. Toen kwamen er amper 120 meldingen binnen. In 2011 waren het er 311.
@Belga
De verklaring is niet ver te zoeken: het is al bijna eind maart, en de winterprikken volgen elkaar nog steeds op. Voor morgen wordt er zelfs opnieuw sneeuw verwacht. Maar volgens het Agentschap werder dit jaar ook meer promotie gemaakt rond het meldpunt, wat ook een invloed kan hebben op de cijfers. Op die Vlaamse wegen werd ondertussen al 75.786 ton zout gestrooid. Vorige winter was dat nog 26.043 ton.
Bron: Nieuwsblad
Verkeer in het zuiden van het land moet woensdagochtend rekening houden met gladheid. Het KNMI geeft voor de provincies Zeeland, Noord-Brabant en Limburg een weerswaarschuwing af, die geldt tussen 05.00 uur en 07.00 uur.
De temperatuur kan dinsdagnacht dalen tot 3 graden onder nul. De natte sneeuw trekt in de loop van de middag het land uit. De middagtemperatuur ligt tussen de 2 en de 5 graden. De komende dagen blijft het koud. In het weekeinde kan het zelfs min 5 worden en overdag komt het kwik nauwelijks boven het vriespunt uit. Dat is veel te koud voor het begin van de lente.
Bron: Nieuws.nl
Het Agentschap Wegen en Verkeer waarschuwt dat het vandaag glad kan zijn op de weg. In een persbericht vragen ze de bestuurders hun rijgedrag aan te passen aan de situatie op de weg.
@belga
Vandaag wordt in heel Vlaanderen regen en (smeltende) sneeuw voorspeld. Hoewel de temperaturen op de meeste plaatsen positief zijn, kan de sneeuw lokaal zorgen voor plotse temperatuurdalingen. Hierdoor schommelt de wegdektemperatuur rond het vriespunt en is er kans op gladheid.
De strooidiensten van het Agentschap Wegen en Verkeer houden de weersvoorspellingen en de situatie op de weg nauwlettend in de gaten en rijden indien nodig uit om te strooien en/of te ruimen.
Bron: HLN
In verband met de winterse weersverwachtingen vindt Rijkswaterstaat het onverantwoord de werkzaamheden aan de weg uit te voeren. Om dezelfde reden werd een afsluiting van de N48 eerder deze maand ook al afgelast. Het verkeer kan voorlopig gewoon over de rijksweg blijven rijden. De wegwerkzaamheden worden waarschijnlijk in april uitgevoerd. Er worden vier tunnels aangelegd voor landbouwverkeer dat de N48 wil oversteken. Daarvoor is het noodzakelijk om de rijksweg af te sluiten.
Bron: RTV Oost
De lente is woensdag even na het middaguur officieel ingegaan. Van lenteweer is voorlopig echter nog geen sprake. In het zuiden van het land viel zelfs enige tijd sneeuw. Volgens meteorologen van weeronline.nl is het de koudste overgang naar de lente sinds 1985.
Met hooguit een graad of 3 in De Bilt is de overgang woensdag 'zeer koud' te noemen. De laatste keer dat het zo koud was tijdens de start van de lente was op 20 maart 1985. Toen bleef het kwik steken op 2,5 graad boven nul. De koudste overgang naar de lente stamt uit 1958. Toen werd het maximaal 2 graden.
De meteorologische lente begon al op 1 maart. Tot dinsdag was de gemiddelde temperatuur 3,8 graden, ruim twee graden kouder dan normaal. Naar verwachting eindigt de gemiddelde maandtemperatuur zelfs drie graden kouder dan normaal op 3,2 graden. Qua weerbeeld is het bovendien zeer grijs. In maart kwam het tot nu toe tot 57 uur zon, terwijl de zon normaal al zo'n zeventig uur zou hebben geschenen. Voorlopig lijkt er nog geen enkel zicht op zachter weer. Pas richting Pasen, begin april, lijkt het wat warmer te worden.
Volgens De Natuurkalender lijkt het voorjaar nu extra koud, maar was dat vijftig jaar geleden normaal. "We zijn het de laatste jaren steeds normaler gaan vinden dat de winters en lentes warm zijn, daardoor lijkt het nu allemaal heel erg koud en laat", staat in een verklaring. Ten opzichte van het vroegste voorjaar ooit, in 2008, ligt de natuur momenteel een maand achter.
De astronomische lente begon precies op 12.02 uur. Volgens het KNMI wordt vaak onterecht gedacht dat de lente elk jaar op 21 maart begint. "Sterker nog, de komende decennia begint de astronomische lente vrijwel ieder jaar op 20 maart. In sommige jaren, zoals 2044 en 2048 begint de lente zelfs al op 19 maart."
Bron: Nieuws.nl
Vandaag is de lente officieel begonnen, maar daar is buiten niet veel van te merken. Het heeft alweer gesneeuwd en daar blijft het niet bij want het wordt ook kouder de komende dagen. De strenge winter, die nu echt uit de hand loopt, heeft de steden en gemeenten al bijzonder veel geld gekost, aan zout en aan personeel om de wegen sneeuwvrij te houden.
Bron: HLN
In het noordoosten van Duitsland is de lente met een recordhoeveelheid sneeuw begonnen: 27 centimeter dik lag de sneeuw vanmorgen in Laage, in de deelstaat Mecklenburg-Voor-Pommeren.
© photo news.
Daarmee werd het record van 2 maart 2005 met zes centimeter overtroffen, zei meteoroloog Simon Trippler van de Duitse weerdienst DWD (Deutschen Wetterdienst) in Offenbach.
Grote delen van Noord-Duitsland lagen woensdag onder een dik sneeuwtapijt: 26 centimeter in Lübeck, 18 centimeter in Goldberg en 17 centimeter in Putbus op het eiland Rügen. "Voor een 20ste maart is dat heel wat", zei Trippler. Volgens de weerdienst Meteomedia viel dinsdagnacht in Rambin, in het zuidwestelijke deel van Rügen, zelfs 35 centimeter verse sneeuw.
Bron: HLN
Vandaag 20 maart 2013 is de astronomische lente begonnen. Om 12.02 uur vanmiddag scheen de zon loodrecht op de evenaar. Maar het weer heeft nog altijd winterse trekjes. En dat zal niet meteen veranderen.
@Frank Deboosere
Maart is bij uitstek dé scharniermaand tussen de winter en de lente. De voorbije jaren zijn we in maart dikwijls verwend geweest met hoge temperaturen en overvloedige zonneschijn. En daardoor zijn we wellicht vergeten dat maart weersgewijs ook nog wreed kan tegenvallen.
Zacht en zonnig
Vorig jaar deed maart 2012 het ongelooflijk goed: met een gemiddelde temperatuur van 8,9 graden haalden we de top 5 van zachtste maartmaanden ooit. Geen enkele dag of nacht vroor het. Wind was er nauwelijks. En daarbij kwamen dan nog 166 uur zonneschijn. In maart 2011 genoten we zelfs van 204 uur zonneschijn en regende het nauwelijks. Het was het begin van een fenomenale lente.
Koud en kil
Het is al even geleden dat maart nog echt winterse trekjes had. In 2006 en 1996 scoorde maart ruim 2 graden onder het langjarig gemiddelde van 6,8 graden. Maart 1987 en maart 1971 waren nog kouder. Vooral de eerste dagen van maart 1971 was het bitter koud, met vijf ijsdagen. Het kan natuurlijk nog veel kouder. In de 19e eeuw kwamen ijsdagen (dagen waarop het ook overdag blijft vriezen) vaker voor. Vooral maart 1845 spreekt tot de verbeelding met een gemiddelde temperatuur van -1,6 graden en 11 ijsdagen.
Soms was maart ook ontzettend somber. De twee somberste maartmaanden sinds het begin van de zonneschijnduurmetingen in 1887 zijn maart 1980 en maart 2001 met amper 48 uur zonneschijn. Ook de neerslag vertoont uitersten. De droogste maart was die van 1993 met 4 mm regen. In maart 2008 slikte de Ukkelse pluviometer maar liefst 141 mm.
Het rapport van maart 2013
Dit jaar doet maart het niet goed. Op 13 maart 2013 bedroeg de minimumtemperatuur in Ukkel -10,1 graden. We kregen al twee ijsdagen. Sneeuw veroorzaakte chaos op 12 maart 2013. De zon scheen tot gisteren maar 43 uur. De gemiddelde temperatuur gemeten over de eerste 19 dagen bedroeg 4,3 graden. Dat valt in feite nog mee... we mogen immers niet vergeten dat het KMI op 6 maart 2013 in Ukkel 19,1 graden noteerde.
Donderdag en vrijdag komt er een droge periode met enkele opklaringen en maxima rond 6 graden. Maar tijdens het weekend dwarrelen er opnieuw sneeuwvlokken en wordt het kouder. Begin volgende week krijgen we meestal droog weer met zonneschijn. Maar met maxima rond 4 graden en algemene nachtvorst blijft het ook dan nog wachten op zacht lenteweer. Als het een troost kan wezen: “Een vroege lente, dat is brood zonder krenten”.
Bron: De Redactie
Vandaag is de lente officieel begonnen, maar daar is buiten niet veel van te merken. Het heeft alweer gesneeuwd en daar blijft het niet bij want het wordt ook kouder de komende dagen. De strenge winter, die nu echt uit de hand loopt, heeft de steden en gemeenten al bijzonder veel geld gekost, aan zout en aan personeel om de wegen sneeuwvrij te houden.
Bron: Nieuwsblad
Als Apenheul in Apeldoorn maandag na de wintersluiting de deuren weer opent, ontbreekt een belangrijke publiekstrekker. De bekende loslopende doodshoofdaapjes mogen namelijk nog niet naar buiten, omdat het te koud voor ze is.
© anp.
De directie van het park heeft dat woensdag laten weten. 'We hopen net als de rest van Nederland héél snel op beter weer. Maar pas vanaf volgende week woensdag lijkt het weerbericht zodanig te zijn dat de kleine aapjes naar buiten kunnen', zei een woordvoerster.
Doodshoofdapen leven in een strikte rangorde. De hoogstgeplaatste apen mogen de beste slaapplekjes uitkiezen. Lagergeplaatste dieren mogen pas naar binnen in het nachthok als de 'baasjes' tevreden zijn.
De apenverzorgers zijn bang dat de laaggeplaatste dieren 's avonds uren in de vrieskou moeten wachten voor ze ook welkom zijn in het nachtverblijf en mogelijk doodvriezen. 'Dat risico willen we niet lopen. We bekijken nu per dag wanneer de aapjes naar buiten kunnen.'
Bron: AD
De wisselende weersomstandigheden van de afgelopen twee weken hebben de dalende trend van de griepepidemie niet beïnvloed. Dat meldt het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid (WIV) vandaag. Ondanks de dalende trend is de griepepidemie echter nog niet voorbij, benadrukt het instituut.
© Thinkstock.
"Het aantal griepgevallen dat door de huisartsen wordt gemeld daalt sinds vijf weken", aldus WIV-epidemiologe Françoise Wuillaume. "Tussen 11 maart en 17 maart 2013 consulteerden nog ongeveer 240 Belgen op 100.000 hun dokter met een griepaal syndroom. We bevinden ons nog steeds in de zone van matige intensiteit."
De wisselende weersomstandigheden van de voorbije twee weken - na een lange winter brak een korte lente aan, waarna nieuwe vriestemperaturen volgden - vormden volgens het WIV een interessant experiment. "Griep wordt veroorzaakt door influenzavirussen. Deze virussen hebben bij droog en koud weer meer kans op overleving en worden makkelijker overgedragen", zei Steven Van Gucht, viroloog van het WIV. Ook spelen factoren zoals sociaal contact een rol. Niettemin is de dalende trend van de epidemie niet beïnvloed door het wisselende weer, aldus het WIV.
Bron: HLN