Het gebied van de Middellandse Zee heeft de afgelopen weken herhaaldelijk te maken gehad met enorme hoeveelheden neerslag. Zware regen- en onweersbuien hebben met name in Spanje, Zuid-Frankrijk en Italië voor overlast gezorgd door overstromingen en lawines. In Spanje zijn etmaalhoeveelheden gemeten tussen 100 en 150 mm. De afgelopen dagen zijn vooral Italië en het zuiden van Oostenrijk getroffen door aanhoudend zware neerslag. Ook hier zijn neerslaghoeveelheden gemeten van 150 mm in een etmaal. In twee dagen tijd viel lokaal circa 250 mm. Ter vergelijking: in ons land valt in een jaar ongeveer 850 mm.
De afgelopen dagen regende het waarschuwingen in Oostenrijk en Italië. In sommige gebieden was de hoogste waarschuwingsfase code rood van kracht. De waarschuwingen waren onder meer gebaseerd op berekeningen van het KNMI weermodel Hirlam dat de neerslag had verwacht (Bron: KNMI)
In berggebieden, zoals de Alpen en de Pyreneeën speelt het reliëf een grote rol voor het weer, met name voor de buienintensiteit. De stortregen wordt ook wel orografische neerslag genoemd, omdat de lucht waarin de wolken ontstaan, door de bergen tot stijgen wordt gedwongen. De stijgende beweging bevordert het neerslagproces en zo ontstaan zware buien, die vaak lange tijd boven een bepaalde plek blijven hangen.
Orografische regen komt in Zuid-Europa vooral in het najaar voor, wanneer het water van de Middellandse Zee nog relatief warm is, maar ook in andere jaargetijden kan het in de bergen hevig regenen. De buien kunnen ontstaan wanneer warme vochtige lucht uit het gebied van de Middellandse Zee of koude lucht uit noordelijke breedten tegen de hellingen van de bergen wordt geblazen.
Terwijl de regenwolken aan de zuidkant van het Alpenmassief water verliezen, steekt aan de noordkant de föhn op, een warme droge valwind. Slecht weer in het gebied van de Middellandse Zee hangt meestal samen met depressies die ontstaan in het overgangsgebied van koude poollucht en warme vochtige lucht uit het zuiden. Voordat de koude lucht de bergen bereikt steekt de warme zuidenwind op waarin de buien kunnen ontstaan.
Gewoonlijk valt de neerslag in de hoger gelegen delen van de Alpen als sneeuw en bereikt het smeltwater pas later de dalen. Soms is het op grote hoogte ook warm, waardoor alles in de vorm van regen valt. De grote regenhoeveelheden in korte tijd veroorzaken in de bergen overstromingen, modderstromen en aardverschuivingen, omdat de rivieren het plotseling van de hellingen toestromende water niet kunnen verwerken.
De hoeveelheden regen kunnen enorm zijn: zo viel in september 1992 in Vaison La Romaine in Zuid-Frankrijk 450 mm in 48 uur, waarvan bijna 300 mm in vijf uur. Anduze in de Gard in Frankrijk kreeg op 8 en 9 september 2002 een hoeveelheid van 687 mm in 36 uur, in de Var viel op 15 juni 2010 bijna 400 mm.
De grootste etmaalsom ooit in Spanje is 871 mm in Javea (bij Alicante) in oktober 1957. Waarschijnlijk is dit ook het Europees record voor de 24 uursom van de neerslag. Het eeuwrecord voor de Pyreneeën is 840 mm in 24 uur. Het record over drie dagen staat op naam van Sicca d'Erba (Sardinië) waar in 1951 tussen 15 en 18 oktober 1495 mm viel waarvan 535 mm op 16 oktober 1951.
Meer info/berichtgeving vind je hier en hier
Bron: KNMI | Gewijzigd: 13 november 2012, 11:06 uur, door Ries