Perioden waarin de aarde relatief opwarmde, zijn juist goed geweest voor de biodiversiteit op aarde, blijkt uit recent Amerikaans onderzoek. Hogere temperaturen betekenden meer soorten, lagere temperaturen juist minder.
Dat betekent overigens niet het huidige massale uitsterven van soorten van nu bij eventuele afkoeling weer teruggedraaid zal worden, merken de onderzoekers op de website van het wetenschappelijk tijdschrift Nature. Ze wijzen erop dat de opwarming van de aarde nu sneller en heviger is dan eerder.
De onderzoekers van de universiteit van York onderzochten de hoeveelheid families van bekende soorten ongewervelde zoogdieren en de temperatuur van het zeewateroppervlak van de afgelopen 540 miljoen jaar. En kwamen zo tot tegenovergestelde resultaten dan eerder onderzoek, dat juist een omgekeerd evenredig verband tussen temperatuur en biodiversiteit suggereerde.
Volgens Peter Mayhew, een van de onderzoekers die betrokken was bij zowel eerder onderzoek als deze nieuwe studie, werd eerder op een 'verkeerde' manier gemeten. Daarbij werden fossielen geteld van het eerste tot het laatste moment dat ze werden gevonden; de aanname is vervolgens dat die soorten alleen in die periode voorkwamen. Maar, zegt Mayhew nu, daarbij werd vergeten dat sommige geologische perioden beter zijn gedocumenteerd dan andere. Dit nieuwe onderzoek richtte zich alleen op de goed-gedocumenteerde fasen, en concentreerde zich daarbij op groepen soorten.
Mayhew noemt de nieuwe resultaten een grote verrassing. En de oplossing voor een tot dusver nog niet opgelost vraagstuk: de (warme) tropengebieden gelden als gebieden met een enorme biodiversiteit, die groeien tijdens warmere perioden op aarde, terwijl onderzoekers er juist vanuit gingen dat het aantal soorten groter was in koelere perioden.
Mayhew benadrukt wel dat de opwarming van de aarde geleidelijk moet gaan, wil het als voordeel gelden voor het aantal soorten op aarde. Een toename van de biodiversiteit kost tussen de duizenden en miljoenen jaren. Scott Wing, een paleontologisch bioloog van het Smithsonian Institute in Washington, zegt in het vakblad Nature dat dit onderzoek niets zegt over de effecten van de opwarming van de aarde op mensen.
Een derde paleontoloog heeft zijn twijfels. Shanan Peters wijst erop dat het belangrijkste resultaat van het onderzoek van Mayhew is dat zijn eigen, eerdere conclusies onderuit worden gehaald. 'De periodes waar we nu in geïnteresseerd zijn, zijn eeuwen en decennia, 1000 jaar maximaal', zegt Peters. 'Gegevens over die tijdsspanne krijg je niet door diep in het verleden te zoeken.'
Bron: HLN | Gewijzigd: 21 april 2017, 17:07 uur, door Onweer-Online.nl