09.07.2011 11:05
Momenteel pakt het weerbeeld tamelijk wisselvallig uit met ook ongeveer gemiddelde temperaturen voor de tijd van het jaar. Het is ook het seizoen dat er ongeveer een uur voor zonsopkomst of na zonsondergang bij helder weer soms lichtende nachtwolken zijn te zien, wij hebben daar eerder al over geschreven.
De zomer is ook het seizoen bij uitstek dat er onweersneuzen kunnen optreden. Dat zijn flinke luchtdrukschommelingen in korte tijd, die vooral door barografen fraai kunnen worden opgetekend. In het navolgende leggen we kort uit hoe zo’n onweersneus ontstaat en voor een recent praktijkvoorbeeld gaan we terug naar het noodweer dat op 28 juni in de namiddag en avond, alsmede de nacht daarop, over ons land trok.
Wat is een onweersneus?
Hoewel onweersneuzen in alle soorten en maten optreden, wordt het volgende beeld in de praktijk toch heel vaak gevolgd. Een zware onweersbui in de zomer vormt vaak een eigen weersysteem op zich zelf. Zo’n zware bui voedt zich als met ware met warme en vochtige lucht die hij vanuit zijn omgeving aanzuigt – bij heel zware buien gaat de wind naar de bui toe waaien! In de bui zelf treden zeer sterke stijgende en dalende luchtstromingen op. Daar waar zo’n dalende luchtstroom als het ware uit de bui stort, treden er aan de grond zware windstoten op en zal de temperatuur in korte tijd sterk dalen, omdat die lucht veel kouder is. Koude lucht is zwaarder dan warmere, en het gevolg is dat de luchtdruk bij de doorkomst van deze windstoten in zeer korte tijd sterk stijgt, de onweersneus is geboren. Er ontstaat aan de voorkant van de bui als het ware een minihogedrukgebiedje. Uiteraard probeert de atmosfeer om de ontstane verschillen te compenseren, zodat daarachter de luchtdruk weer daalt en er een echte ‘neus’ ontstaat op het barogram. Dit treedt vooral op als de zware buien gekoppeld zijn aan een koufront dat vrij snel doortrekt en wij na passage van de buien in de koelere lucht terecht komen. Niet altijd gebeurt dit echter zo gladjes, vandaar dat we nu naar het praktijkvoorbeeld gaan van 28 juni.
De onweersneus van 28 juni 2011.
Een gebied met zware buien treedt niet zelden op langs het grensgebied met (zeer) warme, en koelere lucht. Vaak ontwikkelt zich aan de grond in die buurt ook een vlak lagedrukgebied in de warme lucht, een zogenaamd thermisch laag. Op de nadering van dit gebied zal de luchtdruk dan ook langzaam, maar vrij regelmatig dalen, zoals ook overdag op 28 juni gebeurde. We zaten toen in zeer hete lucht, waarin het kwik op veel plaatsen tot boven de 30 graden wist op te lopen en het in het oosten en zuidoosten lokaal ruim 34 graden werd.
Een restant van een bui die het etmaal daarvoor was ontstaan, trok in de ochtend al over het westen van het land noordwaarts. Daarna brak de zon door, steeg het kwik snel naar tropische waarden en was het wachten op de nieuwe zware buien, die in de tweede middaghelft begonnen te ontstaan boven België en toen langzaam noordwaarts trokken.
In Bennekom was de gestaag dalende luchtdruk goed te zien en wist het kwik naar 33,6 graden op te lopen. Aan het begin van de avond begon de hemel snel vol te lopen met stapelwolken, die flink groot werden, maar niet tot het buienstadium doorstootte. Tegelijkertijd smeerde het vanuit het zuiden en zuidwesten dicht met veel hoge bewolking.
Om 20.00 uur was het langs de zuidwestelijke hemel flink donker geworden, maar stond het kwik nog bijna op 32 graden. Kort daarna werd de eerste donder gehoord, maar de eerste onweersbui trok door het westen langs en leverde uiteindelijk slechts 1 mm regen op. De luchtdruk reageerde hier vooralsnog niet op, maar de zeer chaotische wolkenluchten gaven al aan dat er in de atmosfeer een explosief buienmengsel werd gebrouwen.
Rond 20.50 uur kwam er vanuit het zuidwesten de spreekwoordelijke Egypische duisternis opzetten. De foto’s hiernaast laten zien dat het niet overdreven is om te stellen dat het zo donker werd als de nacht. Het begeleidende onweer was zeer actief, met naast veel horizontale ontladingen, ook een aantal agressieve verticale, met rake klappen. De windstoten kwamen ook, evenals de wolkbreuk, met 15 mm in minder dan een kwartier tijd. De uiteindelijke oogst zou 24,2 mm worden.
De temperatuur daalde hierbij naar net onder de 22 graden, wat aangaf dat deze bui zich nog geheel in de warme lucht bevond. De luchtdruk steeg fel, met ruim zes hPa, de onweersneus was een feit! Tijdens het wegtrekken van de bui daalde de luchtdruk inderdaad weer, maar bleef nog duidelijk hoger dan voor het optreden van de onweersneus. De oorzaak lag in het feit dat het koufront op dat moment nog steeds ten westen van ons land lag. In de nacht daarop trokken er nog een paar minder actieve onweersbuien over, maar de minimumtemperatuur in die nacht was 19,9 graden. Pas overdag op de 29e zou het kwik nog wat lager gaan uitkomen.
Tijdens passage van de nachtelijke buien bleef de luchtdruk erg onrustig, waarbij de naald van de barograaf op en neer bleef dansen en er in feite dus meerdere onweersneuzen na elkaar werden opgetekend. Pas halverwege de volgende ochtend kwam het koufront (geruisloos) door en wist de luchtdruk zich in de koelere lucht daarachter te herstellen, middels een gelijkmatige en gestage stijging. Hoewel het voor de vakantievierders en vooral de kampeerders niet te hopen is, is de kans groot dat we later deze maand, of anders in augustus nog wel eens een weersontwikkeling zullen krijgen, waarbij er onweersneuzen kunnen worden opgetekend. Overigens kunnen deze luchtdrukverstoringen het hele jaar optreden, maar het zomerseizoen is toch wel favoriet.
De foto's
Foto 1 is gemaakt in Bennekom, kijkend in zuidzuidwestelijke richting, rond 20.20 uur, op 28 juni. Zeer opvallend zijn de chaotische wolken, zonder dat er echt van mammatus gesproken kan worden.
Foto 2 is ongeveer vijf minuten later gemaakt. De meer egale lucht van de onweersbui die door het westen zou gaan langstrekken, is aan de horizon al zichtbaar.
Foto 3 is rond 20.30 uur gemaakt. De bui nadert, maar dit zou toch een ‘schamper’ worden.
Foto 4 is een paar minuten later gemaakt. De wolkenkraag van de bui is goed zichtbaar, terwijl in de aangezogen, stijgende lucht daar vlak voor, nieuwe wolken ontstaan.
Foto 5 toont een registratie van de luchtdruk op deze dag. De verticale, gekromde lijnen zijn om de twee uur getrokken, de dikke lijn is middernacht.
De eerste onweersneus is dus grofweg tussen 20.30 en 22 uur opgetekend.
Foto 6 laat een plukje fractostratus zien, dat spontaan ontstond en naar het westen bewoog.
Het ontstond dus in de stijgende luchtstroom, vlak voor de buienkraag uit.
Foto 7 laat de nadering van de tweede bui zien vanuit het zuiden, rond 21 uur. Het werd zeer donker.
Foto 8 toont de duisternis even na 21 uur, tijdens doorkomst van de zwaarste bui.
Gebruik is gemaakt van dezelfde belichting en diafragma als op foto 3. Vreemd genoeg bleef de straatverlichting uit.
Bron: Meteo Consult, eigen archief. Foto’s: Tom van der Spek.
Ter aanvulling nog even terugblikkend op de doorkomst van het onweer die ochtend van de 28e juni in het westen van het land.
In de luchtdruk van Hoek van Holland ontstond toen ook een mooie onweersneus.
De buienlijn die ochtend
Luchtdrukverloop te Hoek van Holland.
De onweersneus ontstond rond 8.30u en eindigde rond 11.30u.
De windstoten te Hoek van Holland.
De windstoten namen rond 8.30u plotseling toe met rond 10u en 10.20u toppen tot 50 a 60km/u met vrijwel direct daarachter tot 0km/u terugvallende windstoten rond 10.10u en 10.30u.
Temperatuurverloop te Hoek van Holland
| Gewijzigd: 4 november 2012, 10:29 uur, door Ben47