'Buitenland jaloers op winterweerregeling NS'

Spoorbedrijven in het buitenland kijken volgens de NS met jaloezie naar het systeem van de winterweerregeling in Nederland. "We lopen heel erg voorop in de wereld." Dit zegt de Bert Meerstadt, directeur van de NS, tegenover NU.nl. Donderdag geldt in het hele land door sneeuwval opnieuw de aangepaste dienstregeling, waardoor treinen minder vaak rijden. "Geen makkelijke beslissing", aldus Meerstadt. "Het kost ons alleen al door de derving van inkomsten een miljoen euro per dag. Daar komen nog andere kosten bovenop, zoals bijvoorbeeld die voor de gratis kopjes koffie." Volgens de NS-directeur gaat de betrouwbaarheid van de treinen die wél rijden echter voor en doet Nederland het in vergelijking met het buitenland juist goed. "Vanuit het buitenland krijgen we nu veel aanvragen om ons systeem over te kopen. Nergens anders in de wereld kan een dag van te voren nog besloten worden de hele dienstregeling aan te passen."

Plannen
Op de vraag of de dienstregeling niet nog sneller aangepast kan worden, bijvoorbeeld als het zoals donderdagochtend in het grootste deel van Nederland nog niet sneeuwt, antwoordt Meerstadt negatief. "Eerst konden we twee dagen van te voren besluiten tot het aanpassen van de dienstregeling. Dat is nu al verbeterd naar één dag van te voren." Ik sluit niet uit dat we het in de toekomst nog sneller gaan doen. Maar we vragen ons dan wel af: komen we dan nog wel betrouwbaar over naar onze klanten als we pas op de dag zelf communiceren. De meeste mensen plannen hun reis toch een dag van te voren." 

Meer emotie
Meerstadt geeft daarnaast aan het komende jaar de communicatie richting de reizigers te willen verbeteren. "We roepen nu nog te vaak om dat de treinen niet rijden. Punt. " "Dan zeggen we niet: dat spijt ons zeer. Dat is voor veel reizigers een klap in het gezicht. Pas na een tijdje vertellen we de alternatieve reisopties en dat je een gratis kopje koffie kan halen op het station.Terwijl; in onze mededelingen hoort altijd direct een vorm van emotie in te zitten." Ook stelt Meerstadt de komende tijd meer te investeren in de ict waardoor reizigersinformatie sneller beschikbaar wordt. 

^{Bron: Nu.nl}

Brandweer redt vrouw en hond uit water Vondelpark

De brandweer moest donderdagmiddag in actie komen nadat in het Vondelpark een hond en een vrouw onfortuinlijk te water raakten. De hond was omstreeks 16.50 uur het ijs opgegaan en daar doorheen gezakt. De vrouw wilde haar hond zelf redden maar moest dit ook met een nat pak bekopen. Brandweermensen hebben de hond uit het koude water gered en ook de vrouw weer op het droge geholpen. De vrouw is overgebracht naar een ziekenhuis. De hond, die door de brandweer is afgedroogd en warm gewreven, is opgevangen door de Dierenambulance.

_{Bron: Blik Op Nieuws}

Abnormaal veel sneeuwdagen deze winter



Vlaanderen werd gisteren voor de zoveelste keer op een laag sneeuw en een grijze hemel getrakteerd. "Deze winter telden we al 23 sneeuwdagen in Ukkel", zegt klimatoloog Luc Debontridder van het KMI. Ook het aantal uren zonneschijn ligt ver onder het gemiddelde.

Met 36,3 uren zonneschijn en 13 sneeuwdagen in Ukkel was januari een abnormaal sombere wintermaand. Februari doet het voorlopig nauwelijks beter. "Vandaag, halverwege de maand, zitten we aan 30 uur zonneschijn", zegt Debontridder. "Gemiddeld hebben we recht op 76 uur. Het is afwachten of we dat zullen halen." Naast een grijze hemel telt deze winter overigens "zeer abnormaal veel" sneeuwdagen. "Nu al 23 in plaats van het gemiddelde van 13 dagen." Zo'n hoog cijfer komt slechts één keer in de tien jaar voor. Vanaf vandaag halen de temperaturen overdag weer waarden rond de vijf graden. "'s Nachts kan het nog vriezen, maar extra sneeuw zit er voorlopig niet aan te komen", zegt weerman Ruben Weytjens.

Sinds het begin van de winter heeft het Agentschap Wegen en Verkeer al 50.332 ton zout op de Vlaamse snel-en gewestwegen gestrooid. Voor de aanvang van deze winter was er 42.000 ton voorzien, maar die berg zout is er dus al doorgejaagd. "Wij krijgen dagelijks nieuwe leveringen", verzekert woordvoerster Ilse Luypaerts. Ook de komende nachten zal er bij negatieve temperaturen nog worden gestrooid.

^{Bron: GvA} | Gewijzigd: 6 februari 2017, 14:59 uur, door Joyce.s

Waterpeil historisch laag aan kust



Het water van de Noordzee stond gisteren historisch laag. Het waterpeil zakte tot twee meter lager dan normaal bij laagtij. Dat is nooit eerder gebeurd sinds het begin van de metingen, in 1930. Het lage peil zorgde voor hinder in de havens, zoals in Blankenberg.

_{Bron: HLN}

4e winterse periode van het seizoen

Van winterliefhebbers hoor je niets dan lof over de winter van 2012/2013. Zoveel winterweer in een zo’n uitgestrekte periode hebben we niet vaak gehad. We kunnen inmiddels al terugkijken op drie serieus winterse perioden. En een vierde is in de maak.


_{De eerste serieuze sneeuwval van deze winter vond plaats op 7 december. Foto: Burry van den Brink.}

Eerste winterse periode:
Die gaat van start op de dag dat Sinterklaas en zijn pieten met de boot de thuisreis aanvaarden. Nadat het op veel plekken licht vriest in de nacht, komen er steeds meer winterse buien vanuit het noordwesten het land opschuiven. Die buien worden gevolgd door een polar low dat in een noordwest-zuidoost strook over het land een sneeuwdek van 2 tot 7 centimeter veroorzaakt. Ondertussen zijn we in de weerkamer al voorbereid op het sneeuwfront dat vrijdag 7 december vanuit het westen arriveert. Die sneeuwzone vertraagt uiteindelijk iets, maar sneeuwen doet het! Vooral in Flevoland, Gelderland en Oost-Brabant leidt het op grote schaal tot een sneeuwdek van een centimeter of 15. Daarna volgt boven het sneeuwdek een nacht met matige tot strenge vorst. Iets dat later deze winter lastig te evenaren blijkt. Bewolking heeft heel wat diepe vorstnachten voorkomen….


_{Sinterklaas was nog maar net weg, of diverse vijvers lagen al dicht. Zoals hier in het Kronenburgerpark in Nijmegen. Foto: Marian van 't Hullenaar.}

Deze eerste witte episode eindigt eigenlijk op zondag 9 december door instroom van zachte lucht, maar dat is maar van zeer korte duur. Twee nachten later vriest het alweer licht en middenin de week vallen diverse sneeuwbuien. Na een kleine week van kwakkelend/bescheiden winterweer wordt de laatste vrieskou op vrijdag de veertiende uit het noorden van het land verdreven. Dit gaat wel gepaard met glibberige wegen in die hoek van het land.

Tweede winterse periode:
Echt mild wordt het in eerste instantie niet. Her en der valt nog wat natte sneeuw en soms ontstaat er toch weer een sneeuwdek. Er zijn grote weerverschillen in het land. Tijdens het weekeinde voor de Kerst is het in het zuiden uitermate mild en krijgen we vanuit de noordelijke provincies prachtige foto’s van ijssculpturen door de ijzel.

Hoe ver weg is de winter? Dat vragen sneeuw- en ijsliefhebbers zich af als tijdens de jaarwisseling de nachttemperatuur rond +8 graden schommelt. Maar de winter is niet ver weg.

Donderdagmiddag 11 januari draait de wind na een regenzone weer naar het noorden en daar daalt de temperatuur weer. De etmalen daarop volgend waait een oostelijke bries en wordt vrij veel bewolking aangevoerd met daaruit nu en dan wat lichte sneeuw of motsneeuw. Maandag 14 januari is nota bene Terschelling de koudste plek met een minimumtemperatuur van -9,4 graden boven een dun laagje sneeuw en in windarme omstandigheden. In de avond schuift een sneeuwzone het land in, met op de dijk bij Vlissingen een windstoot van bijna 90 kilometer per uur. De volgende dag kunnen we bekijken hoeveel sneeuw er ligt en vooral in de regio Westland, Delft en Den Haag krijgen we centimeterstanden door tot maar liefst 20! Bovendien zorgen een paar strategische opklaringen er in de nacht voor da de temperatuur daalt tot -18 graden in Herwijnen. Daarmee is de nacht van 15 op 16 januari de koudste van deze winter. Ondertussen groeit het ijs in het noorden gestaag aan…


_{En toen werden er ook al groepen pestvogels gezien. Deze kleurige vogels verlieten het noorden en Rusland vanwege de bittere kou daar. Foto: Theo Westra.}

Het winterweer houdt stand tot en met bijna eind januari. Tijdens de nachten vriest het veelal matig en De Bilt haalt 12 ijsdagen op rij. Een koudegolf hoort volgens de definitie drie nachten strenge vorst te bevatten en door het ontbreken van de derde strenge vorstnacht hebben we die niet op de kop kunnen tikken. Er passeren een paar sneeuwgebieden, soms met ijzel. Op 25 januari wordt op het Veluwemeer voor het vijfde jaar op rij een NK marathon op natuurijs gereden. De berijpte wereld in het noodoosten vormt een waardige afsluiting van deze tweede winterse periode.


_{Half januari schoven diverse sneeuwzones het land op. Tot op het strand en in de duinen is de winter van 2013 volop aanwezig. Foto: Gerard Boukes, genomen op 15 januari.}

De derde winterse periode:
Ook tijdens een kleine twee weken met bescheiden wintertemperaturen en een paar onvervalste regendagen, is de winter nooit echt ver weg . Op de Veluwe sneeuwt het op zaterdag 2 februari, op de late zondag volgt regen met langs de oostgrens wat natte sneeuw. In de nacht naar 6 februari gaat het regionaal flink sneeuwen. En we blijven sneeuwwandelingen maken, want wat (deels) weg dooit, wordt steeds snel aangevuld. Ook zaterdag 9 februari en de daarop volgende nacht valt er sneeuw. Dermate overtuigend dat we daar de derde winterse tijdsspanne kunnen laten beginnen. In veel regio’s meet het verse sneeuwdekje maandagochtend 5 tot 8 centimeter. Vooral westelijk Flevoland, delen van Utrecht en rondom Amsterdam hebben veel opgevangen: 10 tot 18 cm. Daarna was het overdag veelal een paar graden boven nul en ’s nachts ietwat onder het vriespunt. Het einde van deze winterse periode komt op Valentijnsdag tot ontplooiing met sneeuw en ijzel, waarna een mistige dooidag volgt. Gisteren, zaterdag 16 februari lagen de maximumtemperaturen tussen 3,8 en 8,3 graden.


_{Na meerdere sneeuwzones schuift op Valentijnsdag regen en sneeuw over het land. Een dag later zitten we in de dooimist. Foto: Lammmie Spin.}

De vierde winterse periode:
Tja, de cyclus is nog niet doorbroken. De weerberekeningen zijn het erover eens dat we in de loop van komende week een volgende winterse episode bij gaan tellen. Essentieel daarbij is een geblokkeerd stromingspatroon met een hogedrukgebied boven Scandinavië. Daardoor draai de wind bij ons voor vele etmalen naar het oosten tot noordoosten toe en vanuit die richting wordt de koude lucht weer aangevoerd. De bijgevoegde pluimgrafiek van De Bilt geeft een strakke temperatuurverdeling door de diverse berekeningen. Althans tot en met aanstaande zaterdag. Daarna wordt de spreiding een stuk groter. De vraag is of er vervolgens begin maart nog een vijfde winterse termijn kan optreden. Dat lijkt vrij lastig. De zon wordt nu al steeds sterker en zal geleidelijk weer haar invloed laten gelden op de temperatuur. Wat niet wegneemt dat tot diep in maart winterse buien en overtuigende vorst mogelijk kunnen zijn. Op de schaats komen is dan wel uitgesloten, maar dat is het volgende week ook. Daarvoor is de tijdsduur van nummer 4 te kort.


<sub>Tot slot: de temperatuurpluim voor De Bilt. Volgende week tijdelijk kouder.

Bron: Meteo Consult</sub>

Winter te koud

Met een nieuwe vorstperiode in het vooruitzicht gaat deze winter als geheel te koud verlopen. Meteo Consult verwacht een temperatuursgemiddelde van 3,0 graden, bijna een halve graad onder de klimatologische norm van 3,4 graden.


_{Foto: Margreet van Vianen, Tilburg (NB).}

De meteorologische winter, bemeten over de periode 1 december tot en met 28 februari, is er net als de voorgaande winters een geweest van grote tegenstellingen. Nadat december aanvankelijk diverse sneeuwsituaties bracht, volgde aan het eind van die maand en het begin van januari een historisch milde periode met grijs maar dus zacht weer. Direct daarop aansluitend kwam het tot de langste reeks ijsdagen (dag- en nacht onder nul) sinds de Elfstedentocht van 1997.


_{Foto: Corina Magielse, Wernhout (NB).}

En nu staan we aan de vooravond van een nieuwe vorstperiode. Waar het de voorbije nacht regionaal al een aantal graden heeft gevroren, stroomt morgen vanuit het noordoosten echt koude lucht binnen, voorafgegaan door een storing met een beetje regen en natte sneeuw. Vanaf woensdag komen de temperaturen overdag nauwelijks boven nul en tijdens de nacht vriest het veelal licht, bij opklaringen matig. Dat bij een doorstaande noordoostenwind.


_{Foto: Karin Broekhuijsen, De Kiel (Dr).}

Saillant detail is dat de vorige winter ( van 2012 ) nog scherpere koude kende dan de huidige met zelfs een officiële koudegolf, maar dat de schommelingen in temperatuur nog groter waren dan tijdens de huidige winter, waardoor de winter van 2012 als geheel uiteindelijk nog als gemiddeld zachter dan de klimatologische norm uit de bus kwam. De winters van 2009, 2010 en 2011 waren net als dit jaar kouder dan gemiddeld, met soms wel veel sneeuw maar niet zulke scherpe koude als die winter van 2012.

_{Bron: Meteo Consult}

Wel of geen sneeuwdek?

Qua temperatuur beleven we dit jaar een volstrekt gemiddelde winter en in tegenstelling tot vorig jaar is het winterse weer ook gelijkmatiger over de drie wintermaanden uitgesmeerd. Wat niet normaal is, is de hoeveelheid sneeuw die is gevallen. In Bennekom, alwaar nu al 26 winters op rij wordt gemeten sinds de winter van 1987-‘88, is de huidige winter de op één na sneeuwrijkste, daar waar de winter van 2010 op kop gaat. In deze winter (en hij is nog niet geheel voorbij!) moest dus vaak de sneeuwdikte worden opgemeten. Een eenvoudige klus, nietwaar? Je steekt een liniaal in de sneeuw, leest de sneeuwhoogte af en klaar is Kees! De praktijk is echter ingewikkelder. Aan de hand van foto’s, die op één na allemaal deze maand in Bennekom zijn genomen, laten we zien dat bij het meten van de sneeuwdikte soms heel wat komt kijken.


_{Op 21 januari 2013 lag er in Bennekom een flinke laag sneeuw. Ondanks enige verstuiving dat dikteverschillen opleverde, leverde een diktemeting toen weinig problemen op. Deze foto is, net als alle andere hieronder, genomen in Bennekom, door Tom van der Spek.}

Wanneer is er sprake van een sneeuwdek?
De minste problemen treden op als de sneeuw valt onder rustige omstandigheden en bij temperaturen onder nul, als ook de grond waarop de sneeuw valt, koud is. Ieder vlokje zal dan blijven liggen en de sneeuw kan zich vervolgens ophopen. Het maakt in dat geval niet zoveel uit waar die liniaal in de sneeuw wordt gestoken, de dikte zal overal ongeveer gelijk zijn. De eerste foto die hierboven is geplaatst, toont min of meer dat ideaalbeeld, met echter één verschil. De ‘droge’ sneeuw (van 21 januari dit jaar) viel bij nogal wat wind en verstoof daarbij ietwat. Naast de ronde schaal is duidelijk te zien dat er een behoorlijk laag is gevallen, maar aan de zichtbare betonnen rand ook dat de dikte niet overal gelijk is. In dit geval kan men bij een visuele inspectie echter zien waar de sneeuw een ‘gemiddelde’ dikte heeft en zou men de metingen van meerdere punten kunnen middelen. Geen groot probleem. Een belangrijke eis van het meten van een sneeuwdek is, dat dit in zogenaamde ‘maagdelijke’ sneeuw moet gebeuren, oftewel onbetreden sneeuw. In stad en dorp wordt de sneeuw al snel betreden, weggeveegd of door het strooien van pekel simpelweg gesmolten. Er komt hier ook een probleem om de hoek kijken dat in verstedelijkte gebieden eigenlijk altijd speelt.


_{Die problemen ontstaan zodra een combinatie van iets te hoge temperaturen en een warme ondergrond er toe leidt dat de sneeuw niet overal even makkelijk blijft liggen. Op 9 februari 2013 bleef de sneeuw in perken en op (auto)daken wél liggen, maar op straat slechts moeizaam.}

‘Natuurgrond’
Maar weinig mensen wonen in een eenzaam gelegen boerderij, omgeven door louter landerijen. De meeste mensen kijken vooral tegen steen en asfalt aan, onderbroken door tuintjes, plantsoenen en eventueel een park. In ons land valt sneeuw vaak bij temperaturen rond het vriespunt, waarbij de grond waarop de sneeuw valt, ook nog eens relatief ‘warm’ is. Klinkers, trottoirtegels en asfalt kunnen de warmte in de ondergrond beter doorgeven dan een grasveld of een kale akker. Op de tweede foto hierboven, die genomen is op 9 februari, is goed te zien dat de sneeuw op alle voorwerpen met een slechte warmtegeleiding, of die afgesneden zijn van een warmtebron, goed blijft liggen, maar dat dit op straat maar moeizaam lukt. Uiteindelijk moest ook de straat capituleren wat op de derde foto (hieronder) is te zien, maar het was duidelijk dat de sneeuwlaag op straat toch veel dunner was gebleven dan in de perken en bijvoorbeeld op de autodaken.


_{Na een avond en nacht met geregeld sneeuwval, lag het de volgende ochtend toch goed wit. Ook toen echter was de sneeuwlaag op straat een stuk dunner dan op ‘natuurgrond’ en op de daken.}

We komen hier bij een belangrijke tweede eis bij het meten van een sneeuwdek. Dat moet gebeuren op zogenaamde ‘natuurgrond’, bij voorkeur een kort geknipt grasveld, dat bovendien niet de hele dag in de schaduw mag liggen. Bij gebrek aan een grasveld, voldoet een strookje kale grond ook.
Hoe belangrijk deze tweede eis is, bleek op 10 februari evenzeer. De ondergrond was natuurlijk nog steeds warm en in de loop van de dag smolt de sneeuw op straat razendsnel weg, terwijl deze in de perken slechts een beetje inklonk, maar verder goed in stand bleef. Op de volgende twee foto’s hiernaast is dat proces heel goed te zien.


<sub>De warme ondergrond deed zich dus vooral gelden op de wegen en trottoirs. In de namiddag was daar vrijwel alle sneeuw gesmolten, terwijl deze in de perken nog amper was aangetast.


Zo was er die avond (en de volgende paar dagen) volgens de officiële definitie nog steeds sprake van een sneeuwdek (op ‘natuurgrond’ lag er 5 à 6 cm) terwijl er op heel veel plekken geen sneeuw meer lag.</sub>

De spagaat van de sneeuwdiktemeter
De sneeuwdiktemeter komt nu in een vreemde spagaat terecht. Er is namelijk officieel sprake van een sneeuwdek, als de sneeuwdikte minimaal één centimeter bedraagt. Het is dus wenselijk dat als je daadwerkelijk een sneeuwdek noteert, je in je omgeving die sneeuw ook ziet liggen... In stad en dorp is dat dus geen vanzelfsprekendheid, zoals de volgende foto’s pijnlijk duidelijk laten zien. In de perken ligt een flinke laag van rond 6 cm, maar op straat, die het grootste deel van de oppervlakte opeist, ligt vrijwel niets meer!


_{Een officieel sneeuwdek. Het grasveld, dat niet de hele dag in de schaduw ligt, is voor minstens de helft van de oppervlakte door minimaal één cm sneeuw bedekt, maar deze foto is een sterk ingezoomd beeld…}

Dat beeld was twee dagen later, nog duidelijker geworden. Volgens de definitie is het ook nog eens zo dat het sneeuwdek niet geheel gesloten hoeft te zijn. Minimaal de helft van de ‘natuurgrond’ moet bedekt zijn met een sneeuwlaag van tenminste één centimeter. Op de volgende foto, gemaakt op 12 februari, zien we een sneeuwloze weg, maar daarachter een grasveld dat overduidelijk voor nog meer dan de helft met een sneeuwlaag van minstens één centimeter bedekt is. Dit grasveld ligt ook nog eens een groot deel van de dag in de zon, dus aan alle definities is voldaan om op het moment dat deze foto gemaakt is, van een sneeuwdek te spreken. Maar… dit is een sterk ingezoomd beeld, terwijl het normale gezichtsveld van de fotograaf er zo uitziet (zie de volgende foto). En dan zal de leek er toch meer moeite mee hebben om van een ‘sneeuwdek’ te spreken…


_{…van de volgende blik die de fotograaf had (het grasveld ligt tussen de twee huizen). Het is logisch dat in dit geval de leek er moeite mee heeft om hier van een ‘sneeuwdek’ te spreken.}

Overal sneeuw, maar géén sneeuwdek
Het omgekeerde kan ook gebeuren en voor een voorbeeld hoeven we minder dan een week terug te gaan, naar donderdag 14 februari. De dooiaanval op die dag leverde in Bennekom nog een flinke sneeuwlaag op en ditmaal viel de sneeuw, net als op de foto hieronder, bij temperaturen onder nul en bij een ondergrond die inmiddels ook koud was geworden.


_{Het omgekeerde komt ook voor. Op 14 februari 2013 was er sprake van een mooi egaal sneeuwlaagje, dat álles, ook de straat, had wit gekleurd.}

De sneeuw bleef dan ook overal liggen en opnieuw was een prachtig winters landschap het resultaat. Hiernaast is daarvan een foto te zien en logischerwijs zou men denken dat er ‘dus’ sprake is van een sneeuwdek… Maar nee! Een meting leerde dat het sneeuwdekje op dat moment overal een dikte had van een halve centimeter, en dat er dus géén sprake was van een sneeuwdek. Het probleem werd door de natuur echter uit de wereld geholpen. Het bleef doorsneeuwen, tot ijzel kwam het in Bennekom niet en aan het begin van de avond, toen het droog werd, lag er drie-en-een-halve centimeter.


_{Maar… dat laagje was op dat moment slechts een halve centimeter dik, dus was er niet sprake van een officieel sneeuwdek. De dikte mag namelijk niet naar boven worden afgerond!}

Zelfs de volgende ochtend, toen het al licht dooide, lag er nog voldoende sneeuw om opnieuw een sneeuwdekdag te kunnen noteren. Want de laatste afspraak in deze is dat dat sneeuwdek er om 7 en/of 19 uur moet liggen. In Bennekom zijn we aldus dit winterseizoen op 25 sneeuwdekdagen gekomen, wat een hoog aantal is. Het is afwachten of er nog meer bijkomen. De komende koude periode lijkt droog te gaan verlopen, maar maart is een maand die in het verleden soms ook genoeg sneeuw heeft opgeleverd, denk maar aan 2005. Maar ook als er vanaf nu op sneeuwgebied ‘niets’ meer gebeurt, kunnen we toch terugkijken op een sneeuwrijke winter, althans in de omgeving van Bennekom.

_{Bron: Meteo Consult, KNMI}

Veel autoruiten kapot door aanhoudende kou

Het zijn goede tijden voor bedrijven zoals Carglass. Veel automobilisten moeten de voorruit van de auto laten repareren of vervangen omdat er een steentje op is gekomen. De meeste problemen komen door het asfalt op de snelwegen. Door de lange vorstperiode zijn er delen van het zoab losgelaten en spatten op. De stukken asfalt komen op de voorruiten van auto's terecht en veroorzaken sterren of scheuren. Ook klagen veel automobilisten over deukjes op onder meer de motorkap en schade aan de lak.

Medewerkers van Carglass Enschede zeggen dat het topdrukte is deze winter. Het gaat om tientallen procenten meer klanten dan andere jaren. Rijkswaterstaat zegt dat de schade aan de wegen juist dit jaar wel meevalt. In de winter van 2010/2011 waren de wegen er veel slechter aan toe. De meeste schade is inmiddels al gerepareerd. Dat gebeurt meestal 's avonds en 's nachts.

_{Bron: RTV oost}

Winterweer met een zomers tintje

Veel Nederlanders zijn de winter zat en hopen op een snelle doorbraak van de lente. Voorlopig is daar nog geen sprake van. De afgelopen nachten vroor het een paar graden en ondanks dat de temperatuur in de middag net iets boven nul kwam, lag de gevoelstemperatuur bij een matige noordoostenwind ruim onder nul. Gelukkig maakte de zon een hoop goed, al scheen deze niet onafgebroken.


_{Een koude, maar zonnige start in 's-Heerenbroek. Foto: Piet Grim.}

“Zomerse” stapelwolken
Een rustige zomerdag begint meestal met een strak blauwe hemel. In de loop van de ochtend ontstaan vervolgens stapelwolken en in de middag schermen deze de zon geregeld af. Soms kunnen ze ook tot een fikse regen- of onweersbui uitgroeien. Ook nu kunnen we, met een beetje fantasie, deze ontwikkeling zien. Het huidige winterweer vertoont dus een zomers tintje!


_{Na een tijdje worden de stapelwolken groter. Foto: Wouter van Bernebeek.}

Het mooiste voorbeeld deed zich misschien wel woensdag voor. Op veel plaatsen begon de dag met een wolkeloze hemel. Het vroor daarbij licht en enkel een mistbankje ontbrak. Dat kwam natuurlijk door de matige noordoostenwind waardoor mistbanken geen kans maakte, maar ook de droge luchtsoort waar we ons in bevonden (en nu nog steeds) maakte de vorming van mistbanken onmogelijk. In de loop van de ochtend begon de temperatuur op te lopen en uiteindelijk was de temperatuurstijging voldoende om zogenaamde thermiekbellen te veroorzaken. Deze verticaal bewegende luchtbellen bevatten vocht in de gasvorm. Na enige stijging begon de luchtbel af te koelen en het vocht te condenseren. Als waarnemer aan de grond is dit zichtbaar door het vormen van stapelwolken, iets dat vanaf de tweede ochtendhelft op veel plaatsen zichtbaar was. Deze stapelwolken, die in de zomer soms tot grote hoogte kunnen groeien en daardoor ook een fikse “zomerbui” kunnen opleveren, wisten ook woensdagmiddag lokaal een heel klein beetje neerslag op te leveren. Omdat de temperatuur maar net boven nul lag, kon in het oosten en noordoosten lokaal een vlokje sneeuw naar beneden dwarrelen.


_{De wolkentoppen komen hoog genoeg komen om neerslag tot ontwikkeling te laten komen.}

Lokaal een beetje sneeuw
Ook vandaag, donderdag is het zomerse tintje weer terug te vinden. Op sommige plaatsen begon de dag opnieuw met een kraakheldere hemel, maar op veel plaatsen waren ook wolkenvelden aanwezig, afkomstig uit Duitsland. Een deel van deze wolkenvelden was gistermiddag boven Duitsland tot ontwikkeling gekomen tijdens de daglichtperiode.  Op veel plaatsen leverde ze zelfs sneeuwbuitjes op en een enkel licht buitje wist de nachtperiode te overleven. Dit was dan ook de reden waarom er vanmorgen op sommige plaatsen een paar vlokjes sneeuw naar beneden dwarrelde.  Overigens, in Limburg viel er wat meer dan een paar vlokjes. In het heuvelland werd het zelfs een beetje wit!


_{In Zuid-Limburg viel donderdagmiddag sneeuw. In combinatie met een forse oostenwind en een temperatuur rond het vriespunt was het onaangenaam. Foto: Marij Bouwers.}

Aan het eind van de ochtend kwamen de eerste stapelwolken tot ontwikkeling en deze zullen in de loop van de middag op steeds meer plaatsen een heel licht sneeuwbuitje opleveren. Veel zal het niet voorstellen, dus van een sneeuwdek (zoals in Zuid-limburg) of ook maar enige vorm van gladheid is geen sprake. Het is dus volop winter, maar door de vorming van stapelwolken en een lokaal sneeuwbuitje tijdens de middag, wel met een zomers tintje.

Serieuzere sneeuwval
Over winter gesproken, aankomend weekend wordt er wat meer serieuze sneeuw verwacht. Terwijl de luchtdruk ten noorden van ons land hoog blijft, begint de luchtdruk rondom Italië meer en meer te dalen. De noordoostenwind zal hierdoor aantrekken waardoor de gevoelstemperatuur nog wat omlaag gaat, maar veel belangrijker; de kans op sneeuw gaat toenemen.


_{Ook op Terschelling viel een sneeuwbuitje. Foto: Systse Schouwstra.}

Warme lucht boven de Middellandse Zee komt namelijk aan de oostzijde van het lagedrukgebied langzaam omhoog. De wind waait om een lagedrukgebied immers tegen de wijzers van de klok in. Boven de Balkan komt dus een zuidenwind te staan en uiteindelijk zal de warme lucht via Hongarije, Slowakije en Tsjechië naar Duitsland bewegen. Omdat warme lucht lichter is dan de koude lucht boven Midden-Europa, zal deze over de koude lucht schuiven. Hierdoor ontstaan spontaan gebieden met sneeuwval en met de oostelijke wind bewegen ze zich in het weekend langzaam richting ons land.


_{Weerkaart voor aanstaande zondag. In het oosten wordt bij lichte vorst 3 mm neerslag verwacht. Dat wordt dus een paar centimeter sneeuw.}

Tot en met zaterdagmiddag valt er niet meer dan een lokaal sneeuwbuitje, vanaf zaterdagavond volgt er op steeds meer plaatsen wat serieuzere sneeuwval. Zo kan er zondagochtend op diverse plaatsen voor de zoveelste keer een laagje sneeuw liggen en ook overdag zal er soms nog wat lichte sneeuw vallen. Of dit bij temperaturen van net iets boven nul ook echt blijft liggen is nog maar de vraag, maar als in de nacht naar maandag de temperatuur opnieuw tot rond het vriespunt zakt, kan eventuele sneeuw in de nachtperiode toch weer voor een dun laagje sneeuw zorgen.
De winter heeft dit jaar dus een lange adem, want ook al loopt de temperatuur in de loop van de volgende week iets op, de nachten blijven vorstgevoelig. Een doorbraak van de lente laat dus nog even op zich wachten.

_{Bron: Meteo Consult, ECMWF}

Veel schade aan straten en wegen Bergen op Zoom door de vorst


_{Archieffoto ANP}

De vorst veroorzaakt meer schade aan straten en wegen in de gemeente Bergen op Zoom dan voorgaande winter. "We zijn op dit moment aan het inventariseren", zegt ambtenaar Peter Bogers van de gemeente.

De oorzaak zit 'm volgens hem vooral in het natte najaar van 2012. Daardoor zat er veel vocht in de grond. Herstel van straten en wegen volgt pas na de winter. Eén van de straten die er slecht bij ligt is de Erasmuslaan.

_{Bron: BN de stem}