Vorst aan de grond is vorst op 10 cm hoogte (foto: Jannes Wiersema)
IJsheiligen is één van de oudste en wellicht het bekendste begrip uit de volksweerkunde. De eerste berichten over deze strenge heren dateren van rond het jaar 1000. De IJsheiligen zijn Mamertus, Pankratius, Servatius en Bonifacius. Zij vieren hun naamdagen op 11, 12, 13 en 14 mei. Drie is het heiliggetal en daarom rekent men er in de meeste landen maar drie tot de IJsheiligen. In sommige landen wordt Mamertus niet meegeteld, in andere landen hoort Bonifacius er niet bij. Deze heilige is niet de bekende Bonifatius, (de Apostel van Duitsland), die in 754 te Dokkum werd vermoord, Hij viert zijn naamdag op 5 juni.
Zijn naamgenoot, IJsheilige Bonifacius was een Romeins burger. Hij stierf in 307 tijdens de christenvervolgingen. Sommige landen, zoals Duitsland, Hongarije en Zwitserland, rekenen ook 15 mei (koude Sophie) tot de IJsheiligen. Dat dateert uit de 11e eeuw, toen Sophie beschermelinge van de vorst was. In het Alpengebied werden indertijd vuren ontstoken ter bescherming tegen de vorst.bDe IJsheiligen ontlenen hun benaming aan het gevaar van vorst voor het bloeiende gewas. Een late vorstnacht kan veel schade aanrichten. Toch is de kans op een overgang naar koud weer tijdens IJsheiligen niet groter dan op andere dagen in het voorjaar. Abrupte temperatuurveranderingen, die verband houden met de koude zee, zijn karakteristiek voor het hele voorjaar. Ook in juni kan het na een aantal warme dagen weer vriezen. Wel neemt na half mei de kans op vorst sterk af. De IJsheiligen markeren meestal de overgang naar een periode met een meer zomers karakter.
Bron: KNMI