De Kleine IJstijd - de periode tussen 1645 en 1715 toen de gemiddelde temperatuur in Europa een graad lager was dan normaal - is mogelijk toch veroorzaakt door een langdurig activiteitsminimum van de zon. Eerder dit jaar beweerden zonnefysici (onder wie de Nederlander Karel Schrijver) dat de energieproductie van de zon tijdens dit zogeheten Maunder Minimum niet laag genoeg geweest kan zijn om de Kleine IJstijd te verklaren. Maar volgens de Amerikaanse zonnedeskundige Peter Foukal hanteren Schrijver en zijn collega's te simplistische extrapolaties van metingen gedurende de afgelopen drie activiteitscycli van de zon.
Fakkelvelden
Op de 218e bijeenkomst van de American Astronomical Society presenteerde Foukal vandaag waarnemingen waaruit blijkt dat de energieproductie van de zon tijdens een langdurig activiteitsminimum waarschijnlijk sterker afneemt dan tot nu toe werd aangenomen. Met name wanneer ook het aantal kleine fakkelvelden op de zon afneemt - en er zijn aanwijzingen dat dat tijdens een extreem lang minimum inderdaad het geval is - gaat de totale stralingsproductie van de zon merkbaar achteruit, vooral omdat die kleine fakkels in verhouding tot hun oppervlak meer energie uitstralen dan de grote fakkelvelden die alleen zichtbaar zijn tijdens activiteitsmaxima.
Bron Nu.nl