Hoe zou het zijn om de enorme radiojets/radiolobben van Centaurus A te kunnen zien opkomen? De radiojets van Cen A zijn niet alleen meer dan een miljoen lichtjaar lang, ze omspannen een hoekoppervlak aan de hemel dat meer dan 200 maal groter is dan dat van de Volle Maan. Die jets worden vanuit het centrum van het nabije actieve melkwegstelsel Cen A (oftewel NGC 5128) de intergalactische ruimte ingeschoten door een gewelddadig zwart gat, miljoenen malen zo massief als onze Zon. Op de één of andere manier creëert dat zwarte gat deze relativistische straalstromen terwijl er materie in valt.
Op deze afbeelding werden de radiotelescopen van de Australian Telescope Compact Array (ATCA) nabij Narrabri (Nieuw-Zuid-Wales, Australië) vastgelegd vóór een Volle Maan, terwijl een radio-afbeelding van Cen A op zijn werkelijke hoekafmeting werd gemonteerd in de achtergrond. De bovenstaande afbeelding omvat de meest gedetailleerde radiokaart die ooit gemaakt werd van melkwegstelsel-klasse radiojets, wat waarnemingen over meerdere jaren en ruim 1000 uur `belichtings'tijd kostte om te voltooien. Details in de radio-afbeelding bieden wellicht aanwijzingen omtrent de interactie van de radiojets met sterren en intergalactisch gas. De lichtpuntjes in de bovenstaande afbeelding stellen geen sterren voor, maar andere op radiogolven heldere melkwegstelsels op veel grotere afstanden in het Heelal.
Bron Apod | Gewijzigd: 12 juni 2017, 15:07 uur, door Joyce.s
Stofwolken en daarin ingebedde pasgeboren sterren gloeien op infrarode golflengten in dit boeiende kunstmatig-gekleurde vergezicht, vastgelegd met behulp van WISE, de Wide-field Infrared Survey Explorer. Dit kosmische kanvas toont één van de dichtstbijzijnde stervormingsgebieden, onderdeel van het ÃÂ Ophiuchi wolkencomplex, op zo'n 400 lichtjaar afstand nabij de zuidgrens van het sterrenbeeld Ophiuchus (Slangendrager). Pasgeboren sterren verhitten, nadat ze vormen in een enorme wolk van koud moleculair waterstof gas, het omringende stof, wat de infrarode gloed tot gevolg heeft. Sterren die zich nog vormen (zogenaamde jonge stellaire objecten, in het Engels afgekort als YSOs) bevinden zich ingebed in de hier zichtbare compacte, roze-getinte nevels, maar blijven in zichtbaar licht volledig verborgen voor de nieuwsgierige blik van telescopen.
Een verkenning van het gebied in diepdoordringend infrarood licht heeft pasgeboren, uit de wolk tevoorschijn komende sterren gedecteerd, waarvan de gemiddelde leeftijd geschat wordt op slechts 300.000 jaar  extreem jong vergeleken met de leeftijd van de Zon van ruim 4,6 miljard jaar. De prominente roodgetinte nevel rechts onderin, die de ster Â Scorpii omringt, is een reflectienevel die wordt geproduceerd door door stof verstrooid sterlicht. Dit uitzicht van WISE meet bijna 2° aan de hemel, oftewel zo'n 14 lichtjaar op de geschatte afstand van de ÃÂ Ophiuchi Wolk.
Bron Apod
Het grote, prachtige spiraalstelsel M 101 is één van de laatste objecten in Charles Messiers beroemde catalogus, maar zeker niet één van de minste. Met een diameter van ongeveer 170.000 lichtjaar is dit stelsel enorm bijna tweemaal zo groot als ons eigen spiraalstelsel, de Melkweg. M 101 was ook één van de originele spiraalnevels die door Lord Rosse werden waargenomen met zijn grote 19e eeuwse telescoop, de Leviathan van Parsontown. Dit mozaïek van M 101 werd samengesteld uit opnamen in het Hubble Legacy Archive. Er werden aanvullende opnamen vanaf de grond toegevoegd om de karakteristieke rode gloed van atomair waterstofgas in de stervormingsgebieden van dit prachtige melkwegstelsel beter te definiëren.
De haarscherpe afbeelding toont adembenemend detail over de hele, vrijwel van bovenaf beziene schijf van sterren, gas en stof, maar ook vele achtergrondstelsels, waarvan we sommige dwars door M 101 zelf heen zien. M 101, ook bekend als het Molenstelsel, bevindt zich binnen de grenzen van het noordelijke sterrenbeeld Ursa Maior (Grote Beer) op een afstand van ongeveer 25 miljoen lichtjaar. Meer foto's van hem zijn te bewonderen op zijn site.
Bron Apod | Gewijzigd: 12 juni 2017, 15:07 uur, door Joyce.s
Deze close-up opname toont een deel van de anderszins zwakke emissienevel IC 410 in opvallende kunstmatige kleuren. Boven en links van het midden zijn ook twee opmerkelijke bewoners van de gloeiende gaswolk te zien de "kikkervisjes" van IC 410. De afbeelding is een composiet van opnamen die genomen werden door zowel breed- als smalband filters, die bedoeld zijn om de verdeling binnen de nevel van verschillende soorten atomen in kaart te brengen. Emissie van zwavelatomen is hier weergegeven als rood, waterstofatomen als groen, en zuurstofatomen als blauw.
De nevel zelf, gedeeltelijk verduisterd door stof op de voorgrond, omringt NGC 1893, een jonge galactische stercluster waarvan het licht het gas doet opgloeien. De kikkervisjes, die bestaan uit dichter, koeler gas en stof, zijn ongeveer 10 lichtjaar lang en mogelijke lokaties waar zich sterren vormen. Vormgegeven door de winden en straling van de clustersterren wijzen hun staarten van het centrale gebied van de cluster vandaan. IC 410 bevindt zich zo'n 12.000 lichtjaar van ons vandaan in de richting van het sterrenbeeld Auriga (Voerman).
Bron Apod
Welke visuele effecten worden in dit filmpje weergegeven? De effecten werden gecreëerd door BDH voor de BBC televisieserie Wonders of the Universe, maar zijn niet van labels voorzien in de bovenstaande versie die op Vimeo werd geplaatst. Niettemin zullen sommige opnamen in de video makkelijk te identificeren zijn, zoals de met behulp van Hubble gemaakte afbeelding van de Carinanevel die rond 2:22, de Krabnevel die rond 7:45, en de Katteoognevel die rond 8:16 min. verschijnen.
Zo'n 4 minuten in het filmpje wordt er vanuit een spiraalstelsel uitgezoomd, en adembenemende uitzichten van die spiraal zijn zichtbaar tot na 5:00 min. Pulsars en supernovae lijken het over te nemen rond 9:00 min. en zijn werkelijk spectaculair. Dubbelstersystemen met een pulsar en een accretieschijf verschijnen rond 14:30 min. Daarna lijkt de gehele computeranimatie te sprankelen met onbekende sterren, onbekende planeten, en reeksen waarin onbekend gas richting niet nader aangeduide plaatsen stroomt.
Bron Apod