Autowasstraten hebben het drukker dan normaal. Dat zei een woordvoerder van brancheorganisatie Bovag dinsdag na een rondgang onder de leden. Veel mensen gaan naar de wasstraat om het gelige stof dat op hun auto ligt eraf te laten wassen. Het gaat om pollen van bomen en grassen, en dus niet over Saharazand, volgens een woordvoerder van het meteorologisch instituut KNMI. De woordvoerder van de Bovag waarschuwt er overigens voor dat tussen het stof ook een beetje zand kan liggen op auto's. ,,Als mensen dat wegvegen met een borstel of een doek, kunnen er krasjes ontstaan op de lak van de auto. Het is daarom veiliger om het stof, waar zand tussen kan zitten, met water weg te spoelen.''
Bron: De Pers
Onweersdagen: 0
April was uitzonderlijk zacht, zeer zonnig en zeer droog. De gemiddelde temperatuur zal (met nog een dag te gaan) in De Bilt uitkomen op ongeveer 13,1 graden Celsius. Daarmee evenaart deze vierde maand van het jaar het record van april 2007, sinds het begin van de waarnemingen in 1706. Dat heeft het KNMI vrijdag laten weten. Het langjarige gemiddelde voor april is 9,2 graden. April 2009 was met 12,2 graden ook opvallend zacht. De top drie van zachtste aprilmaanden sinds 1706 bestaat nu uit die van 2007, 2011 en 2009. Nummer vier, april 1794, volgt op geruime afstand met 11,3 graden.
De hele maand was er niet één koele dag. In de tweede helft lag de temperatuur zelfs geregeld 5 tot 10 graden boven normaal. Het aantal warme dagen (met een temperatuur van 20 graden of hoger) kan nog oplopen tot dertien. In 2007 waren er veertien warme dagen. De hoogste temperatuur was 27,9 graden. Die werd op vrijdag 22 april in het Zeeuwse Westdorpe gemeten.
Neerslag
April was met een gemiddelde neerslag van ongeveer 10 mm, tegen 44 mm normaal, zeer droog. Op de droogste plaatsen viel minder dan 5 mm. Omdat ook maart zeer droog was, en april naast droog ook warm en zonnig is er een neerslagtekort van ongeveer 100 mm. Zo vroeg in het jaar is dat uitzonderlijk. Een dergelijk tekort is er wel vaker, maar dan eind juli, begin augustus. De zon liet zich heel vaak zien. Het gemiddelde ligt op 258 uur, tegen 178 normaal. April 2007 staat met 284 uur nog steeds op de eerste plaats. Standvastige hogedrukgebieden waren de oorzaak van het aanhoudend zachte, zonnige en droge weer. Zij blokkeerden de westelijke stroming waarmee buien en regengebieden overtrekken.
Bron: NU.nl
Onweersdagen: 0
De aprilmaand van dit jaar is extreem mild verlopen. Door het KNMI is een klein verslag gemaakt over de oorzaken achter deze warmte. Klimaatverandering wordt daarin een grote rol toegekend. Wij wagen dat enigszins te nuanceren.
April 2011 was een zeer zonnige maand. Maar ook een zeer warme. We evenaren in ieder geval de record aprilmaand van 2007, maar waarschijnlijk komen we achter de komma op nummer 1 uit van warmste maanden sinds 1706.
Dat de aprilmaand van 2011 een bijzondere is, moge duidelijk zijn. Zonnig, droog en uitzonderlijk warm, dat zijn de passende kwalificaties. Met een gemiddelde temperatuur van 13,1 graden evenaren we het aprilrecord van 2007, maar hoogstwaarschijnlijk zal het tweede cijfer achter de komma het in het voordeel van dit jaar beslissen. In 2007 beleefden we in ons land de hoogste apriltemperatuur sinds tenminste 1706 en kwam de maandgemiddelde temperatuur op maarliefst 13,1 graden uit. De huidige norm voor april is 9,2 graden, aldus laten wij deze grasmaand nu achter ons met een bijna 4 graden hogere gemiddelde temperatuur dan gangbaar. Opvallend is dat de laatste jaren de aprilmaanden nagenoeg allemaal zeer warm zijn verlopen. In de jaren 2009, 2005 en 2004 waren de maandgemiddelden respectievelijk 12,2; 10,4 en 10,4 graden. Het is dan ook juist de aprilmaand waarin nieuwe normalen het meest zijn opgehoogd van alle 12 maanden. We zijn van een gemiddelde maandtemperatuur van 8,3 (berekend uit de periode van 1971 t/m 2000) naar de huidige 9,2 graden gegaan (berekend uit de periode van 1981 t/m 2010).
Volgens het KNMI
In het artikel van het KNMI wordt april 2011 naast andere aprilmaanden gezet die net als ditmaal gedurende lange tijd onder invloed van hogedrukgebieden zijn verlopen. Men kijkt daarin onder andere terug naar april 1938, 1954, 1955, 1957, 1984 en 2007. Dat zijn allemaal maanden waarin hogedrukgebieden voor veel zonneschijn zorgden. Toch is het de laatste jaren zo dat de temperaturen die daarbij zijn opgemeten, zo veel hoger liggen dan vroeger. Er wordt letterlijk geschreven: ‘In 2007 dachten we dat de temperatuur van april een zeer uitzonderlijke uitschieter was. De waarneming dat het in 2009 bijna even warm was en in 2011 dit record geëvenaard wordt, geeft aan dat deze verklaring niet meer voldoet. De wereldwijde opwarming, schonere lucht, minder bewolking en meer waterdamp in de lucht vergeleken met even zonnige maanden hebben bijgedragen aan de hoge temperaturen. Welke fatoren er precies achter zaten en een inschatting van wat de toekomst zou kunnen brengen vergt echter een uitgebreidere analyse.’ Iets eerder in het artikel staat: ‘Uiteraard heeft de opwarming van de aarde en dus ook Nederland bijgedragen. Zonder deze opwarming zouden dit soort temperaturen vrijwel onmogelijk zijn geweest.’
Het KNMI stelt in een juist gepubliceerd artikel dat de aprilwarmte van de afgelopen jaren niet los gezien kan worden van de klimaatverandering en dat de werkelijkheid nog heftiger uitpakt dan de diverse klimaatmodellen verwachtten. Wij zetten een paar kanttekeningen daarbij.
Onze mitsen en maren
Op het eerste gezicht lijkt deze redenering goed te volgen. Die schonere lucht klinkt redelijk, want daardoor zijn er mogelijk minder condensatiekernen om mist of bewolking te creëren. Daardoor bereikt meer zonnestraling het aardoppervlak. Voor wat betreft het element vocht wordt het al wat waziger, aangezien het zo is dat bij hogere temperaturen er sowieso meer waterdamp in de lucht kan zitten. Warmere lucht kan meer vocht in de opgeloste (dampvorm) bevatten, dus dat de luchtvochtigheid hoger is, lijkt meer een gevolg van een hogere temperatuur dan een oorzaak.
Onze grootste twijfels betreffen de vergelijkingen die worden gemaakt tussen de diverse aprilmaanden die langere tijd met stevige hogedrukwerking te maken hebben gehad. Er wordt namelijk alleen gesproken van hogedrukgebieden en niet van de positionering van die hogedrukgebieden. Naar onze mening is het veel belangrijker om te kijken naar waar de hogedruk zich bevindt. Een hogedrukgebied ten noordoosten van ons leidt tot een warme en droge zuidoostelijke wind, een hogedrukgebied ten noordwesten van ons leidt tot een koele en vochtigere noordwestelijke wind. Bovendien, het al dan niet aanwezig zijn van een inversie is hierin essentieel. Als er rond 1,5 kilometer hoogte een inversie zit, hoeft de zon alleen het onderste deel van de atmosfeer te verwarmen. Is de lucht onder de inversie van oorsprong al redelijk warm, dan kan de zon sneller de temperatuur daar verder en verder omhoog brengen.
De gronddrukkaart van vandaag, 30 april. Ten noorden van ons ligt een hogedrukgebied, boven Spanje en Portugal een stevig lagedrukgebied. Had het hogedrukgebied verder westwaarts gelegen, dan zou de bries meer vanuit het noordoosten of noorden waaien. In dat geval sta je nog steeds onder invloed van een hogedrukgebied, maar zullen de temperaturen anders uitvallen.
Vergelijkingen
In de kaarten naast dit verhaal hebben we het een en ander proberen te verduidelijken. We beginnen met de weerkaarten voor vandaag. De drukkaart van deze 30e april toont een hogedrukgebied tegen de westkust van Noorwegen. Wij hebben een straffe oostenwind, met op 1500 meter hoogte temperaturen rond +5 graden. Met veel zon levert dat aan de grond 20 tot 22 graden op. Vergelijk dat eens met de kaart die volgt, die van 15 april 2007. Het is de dag dat de marathon van Rotterdam werd stilgelegd door de hitte. Je ziet een hogedrukgebied ten noorden van ons en op 1500 meter hoogte boven ons maar liefst temperaturen van 15 graden. Deze hoge 1500 meter temperaturen geven blijk van een stevige inversie die waarschijnlijk ook tamelijk laag ligt. Vandaar dat we die dag zo hoog konden komen voor wat betreft temperatuur; 26 tot 29 graden.
Nogmaals de weerkaart voor vandaag, maar dan met temperaturen op 1500 meter boven de grond. Die lagen bij ons deze hele maand vrijwel continu tussen 5 en 10 graden, tamelijk hoog. Door die hoge temperaturen was er sprake van een stevige inversie en hoefde de zon een relatief kleine kolom lucht te verwarmen om ons toch al zeer aangename, tot zelfs zomerse, warmte te geven. Op de kaart voor vandaag is de temperatuur op 1500 meter hoogte zo’n 5 graden.
Essentieel voor een hoge middagtemperatuur is een stevige inversie. Hier de kaart van 15 april 2007, de dag waarop de marathon van Rotterdam werd afgelast door de hitte. Je ziet een krachtig hogedrukgebied boven Scandinavië, een licht oostelijk tot zuidoostelijk briesje bij ons en ook op 500 hPa (dat is ongeveer 5 km hoogte) hele warme lucht.
We gaan terug in de tijd. Naar april 1954. Zowel 1954 als 1955 worden in het KNMI artikel aangehaald als zijnde vergelijkbare maanden maar veel koeler dan april 2007 en 2011. Echter, beide jaren ging het voornamelijk om hogedrukgebieden ten westen van ons met daardoor een noordelijke wind over onze contreien. En die noordelijke winden, die voeren kille lucht aan. Geen wonder dat je dan voor wat betreft gemiddelde temperatuur danig lager uitkomt.
Die warmte op 15 april 2007 valt ook terug te zien op 1500 meter hoogte (850 hPa). Maarliefst 15 graden! Dat betekende een hele straffe inversie, die vrij laag zal hebben gelegen, waardoor de zon een dermate dunne grenslaag heeft hoeven te verwarmen dat het in een groot deel van het land 27 of 28 graden werd.
Een zonnige aprilmaand, langdurig onder invloed van hogedrukzones, was ook 1954. We hebben hier 17 april van die maand eruit gelicht, representatief voor een groot deel van die maand. Goed is te zien waardoor het een stuk frisser was dan in april 2007 en in april 2011. Het hogedrukgebied bevond zich voornamelijk ten westen van ons, met daardoor veelal kille noordenwinden.
In de nu bijna aflopende aprilmaand hadden we vooral met hogedrukgebieden ten noordoosten van ons te maken. De hoofdwindrichtingen waren noordnoordoost en oostnoordoost. Het opvallendst zijn de steeds warme bovenluchten geweest. Op zo’n 1500 meter hoogte was het vaak 5 tot 10 graden. De inversie was aldus vrij stevig en de zon hoefde maar een relatief dunne laag te verwarmen. Een vuistregel is dat je bij hoogzonnig weer gemakkelijk 15 graden bij die 1500 meter temperatuur mag optellen, in het zomer halfjaar.
Tot slot
Het zou ons dus niet verbazen dat als de weerkaarten van april 2011 exact dezelfde waren geweest als in april 1954 en april 1955, dat het dan een stuk killer zou zijn geweest. Verder lijkt het aannemelijk dat de warmte van de afgelopen weken mede is veroorzaakt door de droge voorgeschiedenis. Immers, de maartmaand verliep ook al droog en een droge bodem kan gemakkelijker en sneller opwarmen. De vraag is of de voorgeschiedenis in de andere vergelijkingsjaren ook zo was.
In die aprilmaand waren de temperaturen op 1500 meter hoogte dan ook totaal anders dan momenteel; veelal dik onder de nul graden.
Bron: Meteo Consult | Gewijzigd: 9 februari 2017, 10:27 uur, door Joyce.s
De gemiddelde temperatuur zal in De Bilt uitkomen op ca. 13,1 °C tegen 9,2 °C normaal. Daarmee evenaart april dan het record in 2007 en bereikt de hoogste waarde sinds het begin van de regelmatige waarnemingen in 1706. Recentelijk was ook april 2009 opvallend zacht met een gemiddelde van 12,2 °C, waardoor de top drie van zachtste aprilmaanden sinds 1706 nu bestaat uit april 2007, 2011 en 2009. De nummer vier, april 1794, volgt pas op ruime afstand met een gemiddelde temperatuur van 11,3 °C. Oorzaak van het aanhoudend zachte, zonnige en droge weer waren standvastige hogedrukgebieden boven onze omgeving. De hogedrukgebieden blokkeerden de westelijke stroming waarmee normaal buien en regengebieden over ons land trekken. Vrijwel de gehele maand was de gemiddelde temperatuur daarbij ruim boven normaal, koele dagen kwamen niet voor. Met name in de tweede helft van de maand lag de temperatuur zelfs regelmatig 5 tot 10 graden boven normaal.
Op 2 april werd in De Bilt met 23,2 °C de eerste warme dag van het jaar genoteerd (maximumtemperatuur 20,0 °C of hoger). Het aantal warme dagen kan nog opgelopen tot 13 dagen, in 2007 werden er 14 warme dagen geteld. Op 21 april werd met 25,0 °C de eerste zomerse dag van het seizoen geregistreerd (maximumtemperatuur 25,0 °C of hoger). Op 22, 23 en 24 april werd het in De Bilt ruim 26 graden, waarmee vier zomerse dagen op rij werden geregistreerd. In het Zeeuwse Westdorpe werden zelfs zeven zomerse dagen op rij genoteerd. De landelijk hoogste temperatuur, 27,9 °C, werd hier ook gemeten op 22 april. Dergelijke aantallen zomerse dagen werden in ruim een eeuw, vanaf 1901, alleen in 2007 overtroffen. Toen werden lokaal tien zomerse dagen geteld. In De Bilt werd geen enkele vorstdag (minimumtemperatuur lager dan 0,0 °C) genoteerd, normaal telt april vier vorstdagen. In het oosten van het land kwam het lokaal tot drie vorstdagen.
Met gemiddeld over het land ca. 10 mm tegen 44 mm normaal was april zeer droog. De meeste neerslag, lokaal ca. 30 mm, viel in het oosten van het land en in Limburg. Op de droogste plaatsen viel minder dan 5 mm. In De Bilt komt de neerslagsom uit op ca. 8 mm tegen 42 mm normaal.
De droge april volgde op een eveneens zeer droge maart. In combinatie met de hoge temperatuur en veel zonneschijn heeft dit geleid tot een groot neerslagtekort van ca. 100 mm. Een dergelijk neerslagtekort is uitzonderlijk zo vroeg in het jaar. Zulke waarden worden vaker bereikt, maar gewoonlijk pas eind juli, begin augustus, drie maanden later dus. April was een zeer zonnige maand met gemiddeld over het land ca. 258 zonuren tegen 178 normaal. Langs de kusten was de zon het meest te zien, op een aantal plaatsen ca. 275 uren. Op de minst zonnige plaatsen scheen de zon nog altijd ca. 225 uren. In De Bilt zal het aantal zonuren uitkomen op ca. 245, goed voor een plaats bij de vijf zonnigste aprilmaanden sinds 1901. Ook voor wat betreft het aantal zonuren staat april 2007 op de eerste plaats met 284 uren. Het langjarig gemiddelde in De Bilt bedraagt 174 zonuren.
Vorig jaar april was in De Bilt de gemiddelde temperatuur 9,7 °C en bedroeg het aantal uren zonneschijn 246 en de neerslagsom 31 mm.
Bron KNMI
Automobilisten hebben in april een stuk minder in de file gestaan dan in dezelfde maand vorig jaar. De filezwaarte, de lengte keer de duur van de file, lag achttien procent lager. Vooral tijdens de avondspits waren de files korter. De ANWB stelt maandag dat het uitzonderlijk droge weer in april een belangrijke verklaring is voor de afname. De afgelopen maand werd geen enkele spits geplaagd door regen, aldus de ANWB. Vorig jaar veroorzaakte regen vier keer een drukke spits.
Tijdens de dinsdagochtend- en donderdagavondspits kampte het verkeer in april met de meeste vertraging. Op dinsdag 19 april stond de drukste spits van de maand. Vooral door ongelukken op de wegen rond Amsterdam en Rotterdam stond er toen 326 kilometer file.
Bron: Nieuws.nl
Onweersdagen: 0
Archieffoto
Het Tulpenfestival in de Noordoostpolder, dat officieel tot 8 mei loopt, heeft bezoekers deze week niet echt veel meer te bieden. Tachtig procent van de tulpen is gekopt, schat Jeisselien Smook van de Tulpenfestival-commissie. "Hier en daar staat nog een tulpenveld in bloei. Maar over het algemeen is het mooie er wel vanaf'', aldus Smook. "Het is extreem warm weer geweest en daarom is het hard gegaan.'' De Elfdorpensteptocht van komende zondag betekent het einde van het Tulpenfestival 2011.
Bron: de Stentor | Gewijzigd: 3 mei 2011, 08:02 uur, door Marga
Na een dipje van de afgelopen dagen lijkt de zomerse trend zich voort te zetten. Momenteel hebben we te maken met een noordoostelijke stroming, die ervoor zorgt, dat wij te maken hebben met een droge continentaal polaire lucht. Al met al liggen de temperaturen nog te hoog voor het tijd van het jaar. Vanaf morgen vormt er zich een aparte kern van een hogedrukgebied boven ons land. De aanvoer richting zal dan oost tot zuidoost zijn. Dit gaan we echter merken op donderdag, dan komen de temperaturen ongeveer rond de 18 graden te liggen.
Temperatuurverwachting voor De Bilt
Na donderdag weet de opwarming zich te handhaven, iedere dag doet de temperatuur een stapje vooruit. In het weekend kunnen de zomerse temperaturen in grote delen van het land al gehaald worden, zoals ook te zien is op de verschillende pluimen in het lente discussietopic. Over de neerslag kunnen we kort zijn, zoals het er nu voor staat zal er weinig tot niets gaan vallen. De kans dat er 1mm neerslag valt ligt in het weekend ongeveer op zo'n 40%. Voorlopig ziet het er weer niet al te best uit voor de boeren, die snakken naar een druppel water. Niet alleen voor de boeren, maar ook voor de brandweerlieden, die dag in dag uit bezig zijn om de duin en bosbranden te bestrijden, is neerslag erg welkom.
©onweer-online
Al een behoorlijk lange periode zijn de zon en de fel blauwe lucht niet uit ons weerbeeld te slaan, het lijkt wel zomer in het voorjaar. De middagtemperaturen lagen ook een lange tijd ruim boven normaal wat ons uiteindelijk een gedeelde eerste plaats opleverde aangaande de warmste aprilmaand ooit. De meimaand is wat de middagtemperaturen betreft redelijk normaal begonnen. Op de eerste dag van mei was het nog een paar graadjes te warm voor de eerste decade van mei; in De Bilt werd het 18,5 graden tegenover het klimatologische gemiddelde van 15,9 voor deze periode. Dag 2 kwam al een stukje lager uit met nog maar ‘slechts’ 14,8 graden en vandaag (dinsdag) blijft dat naar verwachting zo. Helemaal niets mis mee, maar de nachtelijke temperaturen zijn momenteel wel opvallend. Het is koud!
Hoewel vorst aan de grond, dus op 10 centimeter hoogte ofwel grashoogte, begin mei nog redelijk vaak voorkomt, is vorst op de normale waarnemingshoogte (1,5 meter) zeker niet alledaags. Deze eeuw, dus de laatste 10 jaar, is dat nog maar 1 keer gelukt in mei, namelijk op 18 mei 2005. Het werd die nacht in het Gelderse Deelen bijvoorbeeld -1 graad. Afgelopen nacht werd het echter ook koud met vooral in het oosten en noorden op veel plaatsen een graadje vorst en in het Groningse Nieuw Beerta koelde het zelfs af tot -2,6 graden op normale waarnemingshoogte. Dichter bij de grond, op 10 centimeter hoogte, vroor het op sommige plaatsen zoals het Drentse Eelde en Heino, Overijssel echter matig met -5 graden. Behoorlijk koud dus voor begin mei.
Vooral in het oosten en noordoosten kwam het tot een graadje vorst en vooral in het Groningse Nieuw Beerta daalde het kwik nog verder tot -2,6 graden.
Iets dichter bij de grond vroor het op veel meer plaatsen. In Eelde en Heino kwam het zelfs tot matige vorst aan de grond met -5,0 graden.
Aanvoer koude lucht
De laatste paar weken, zelfs maanden, was het meest voorkomende luchtdrukpatroon boven ons land een hogedrukgebied ten noorden van ons en een lagedrukgebied ten zuiden. Tussen deze beiden weersystemen in stak er bij ons een veelal oostelijke wind op. Deze voerde niet alleen erg droge lucht aan, maar ook erg warme lucht. Storingen werden met dat hogedrukgebied bovendien bij ons uit de buurt gehouden en dat resulteerde in een lange reeks met zonnige en warme dagen. Ook nu zien we datzelfde luchtdrukpatroon nog in meerdere of mindere mate terug, maar vanuit het noordoosten is er nu ook een lagedrukgebied onze kant op gekomen en deze drukt het hogedrukgebied als het ware naar het westen toe. Hierdoor stak er sinds een paar dagen een behoorlijk stevige en vooral frisse noordoostenwind op. Omdat de aangevoerde lucht ook vrij droog is, ontstaat er bijna geen bewolking boven ons land en het is dan ook al dagen vrij zonnig. Maar ondanks nog steeds flink wat zon is het kwik vanaf zaterdag wel ineens een aardig stuk omlaag gegaan.
Koude lucht vanuit het noorden bevindt zich bovendien nog in ons land (de lichtblauwe kleur).
Minimumtemperatuur
Afkoeling in de nachten heeft echter niet alleen te maken met de aangevoerde lucht, maar vooral ook met uitstraling tijdens de nachtelijke uurtjes. Bij gebrek aan instraling door de zon is de uitstraling ’s nachts veel groter en koelt het dus snel af. Een wolkendek werkt over het algemeen als een isolerende laag, maar deze is al sinds lange tijd niet meer boven ons land aanwezig geweest. Alle warmte verdwijnt onder een heldere hemel dus in de ruimte. Ook is de wind bij afkoeling een belangrijke factor. Als er wind staat, worden diverse luchtlagen met elkaar gemengd en zal het veel minder snel afkoelen dan tijdens een windstille nacht.
Minder wind
Vanuit het westen bouwt zich momenteel opnieuw een hogedrukgebied verder uit tot boven ons land en daarmee zwakt de wind langzaam af. Afgelopen nacht was dat al aan de gang en met slechts een zwakke tot matige bries, 2 tot 3 Beaufort, een volledig heldere hemel en vooral in het noordoosten nog die koudere lucht koelde het daar sterk af. Dichterbij de grond vroor het echter ook tot in bijvoorbeeld Noord-Holland. Ook de komende nachten wordt het koud. De wind zwakt namelijk steeds verder af en met nog steeds geen bewolking in de buurt en een erg lage luchtvochtigheid komt het ook de eerstvolgende nachten, de komende nacht en de nacht naar donderdag, plaatselijk nog wel tot lichte vorst en op grotere schaal ook tot vorst aan de grond.
Donderdag schuift het hogedrukgebied richting het oosten en dan draait de wind bij ons naar het ‘warmere’ zuidoosten. De koudere lucht wordt daarmee verdrongen en niet alleen overdag wordt het dan warmer, ook de nachten zijn dan ineens weer een stuk minder koud!
Bron: Meteo Consult
Door het aanhoudende zomerweer opent zwemvijver Boekenberg in Deurne sneller de deuren. Vanaf komend weekend kunnen bezoekers er terecht. De opening van zwemvijver Boekenberg was eigenlijk gepland op 14 mei, maar de stad Antwerpen heeft in overeenstemming met de Deurnese ijsberen een extra inspanning gedaan om de vijver al helemaal klaar te maken. Vanaf zaterdag 7 mei kunnen zwemliefhebbers er al terecht. Toegang tot de zwemvijver is gratis voor elke bezoeker.
Bron: GvA
Boeren in het noorden, oosten en zuidoosten van het land hebben flinke schade geleden door de nachtvorst in de nacht van woensdag op donderdag. Vooral vroege percelen aardappelen zijn beschadigd door de vorst. Dat meldt de Land- en Tuinbouw Organisatie Nederland (LTO) Nieuwe Oogst, het tijdschrift van LTO, meldt dat veel percelen met zetmeelaardappelen volledig zijn afgevroren. Ook zou er schade zijn aan suikerbieten. Volgens LTO-voorman Hilbrand Sinnema was er plaatselijk tot 8 graden vorst. ,,Het is een mooi vroeg voorjaar. Veel planten stonden al boven. De voorsprong is nu in één keer weg'', aldus Sinnema in Nieuwe Oogst. LTO kan niet zeggen hoeveel de schade in totaal bedraagt.
Bron: De Pers
Onweersdagen: 0
In de Nederlandse pretparken is het erg druk door het mooie weer. Wie nog naar Duinrell wil, wordt opgeroepen om thuis te blijven. Met 15.000 bezoekers is het park vol.
Bomvol
Eerder op de dag stonden er lange files op de wegen naar het pretpark. Ook alle parkeerplaatsen bij het attractiepark in Wassenaar zijn vol.
Schuifelen
Het is ook schuifelen geblazen in de andere pretparken in Nederland. In de Efteling in Kaatsheuvel en Walibi in Biddinghuizen is het druk maar die parken zijn niet vol.
Bevrijdingsdag
Dit jaar is 5 mei geen officiële vrije dag maar toch hebben veel mensen vrij genomen om te genieten van het mooie weer. Komend weekend wordt het met 27 graden nog veel warmer. Ook dan wordt drukte in de recreatieparken verwacht.
Bron: RTL
Nederland was rond 13:00 uur de warmste plek van Europa. Volgens het KNMI is het in de hele Benelux en het gebied eromheen erg warm. Tot nu toe zijn in ons land de hoogste temperaturen gemeten. Het KNMI verwacht dat de temperaturen lokaal kunnen oplopen tot 28 graden. Dat is uitzonderlijk warm voor in mei.
Ondanks de warmte is het niet drukker dan normaal op wegen naar de kust. Ook vanuit pretparken en dierentuinen zijn er nog geen meldingen over hogere bezoekersaantallen dan normaal.
Bron Rtl
Zowel vandaag als morgen is het in vrijwel het hele land zomers warm. De maximumtemperatuur komt op 26 tot 28 graden uit. Alleen op de Waddeneilanden blijft het kwik iets achter doordat de zuidoostenwind over het koude water van de Waddenzee waait. Koud is het overigens niet op de eilanden. Zo was het net voor het middaguur op Vlieland al 18 graden en op Terschelling werd 19 graden gemeten. Door de doorstaande zuidoostenwind is het overigens op de Hollandse stranden enkele graden warmer, daar wordt het vanmiddag met gemak een graad of 27.
Vanmorgen was al duidelijk dat het, ondanks de aanwezigheid van wat sluierbewolking, een prachtige zomerdag zou worden. Foto: Martha Kivits.
Waar komt de warmte vandaan?
De hele week is het al (vrij) zonnig en droog. Midden deze week waaide er nog een noordoostenwind waardoor de maximumtemperatuur wat achter bleef en het ’s nachts zelfs tot zware nachtvorst kwam. Toen later in de week de kern van het aanwezige hogedrukgebied boven Midden-Europa kwam te liggen, begon de wind te draaien. Gisteren was de wind zuidoostelijk waardoor het lokaal al 25 graden werd. Vandaag trekt de zuidoostenwind aan zodat de temperatuur nog enkele graden hoger uit zal komen.
Mei, een maand van extremen
Het voorjaar staat bekend om de grote tegenstellingen in temperatuur. Dat werd deze week duidelijk, maar ook vorige maand zagen we van dag tot dag soms grote verschillen. De huidige warmte is overigens niet uitzonderlijk. In extreme gevallen stijgt het kwik in deze tijd van het jaar landinwaarts al tot meer dan 30 graden. Zo werd het op 10 mei 1976 in Groningen 31,5 graden en op 1 mei 2005 kon De Bilt al 28,5 graden in de boeken schrijven. Heel anders verliep de meimaand van vorig jaar. Op een aantal dagen werd het niet warmer dan 8 tot 10 graden en halverwege de maand kwam het nog op grote schaal tot vorst aan de grond.
Op de meeste stranden wordt het vandaag meer dan 25 graden. Een beetje verkoeling is dan wel op z'n plaats, maar het zeewater langs de kust is nog wel erg koud. Foto: Gerard Boukes.
Typerend in het voorjaar is dat het geregeld voorkomt dat juist in de Benelux, Frankrijk en delen van Duitsland de hoogte temperaturen van geheel Europa worden gemeten. Ook nu is dat het geval (zie afbeeldingen naast het artikel). Terwijl het hogedrukgebied ons trakteert op zon en (dankzij een zuidenwind) warme lucht, is het in Zuid-Europa heel anders. Daar zijn lagedrukgebieden heer en meester. Wolken en buien drukken de temperatuur in landen als Portugal, Spanje, Italië en Griekenland. Normaal zijn dit dus de landen waar je de hoogte temperaturen van heel Europa verwacht, nu is dat in onze omgeving.
Afkoeling
De temperatuur gaat pas omlaag als de zuidoostenwind gaat draaien naar het westen of noorden. In dat geval komt de aangevoerde lucht vanaf de Noordzee. Morgenmiddag kan dat al gebeuren op de westelijke stranden. Een zeewind kan morgen in de tweede helft van de middag op de stranden voor een afkoeling zorgen. Maandag draait de wind op meer plaatsen naar het noordwesten. Langs de oostgrens is dat overigens nog niet het geval waardoor daar opnieuw zomerse temperaturen worden verwacht. Wel neemt de kans op buien vanaf zondagavond langzaam toe.
Bron: Meteo Consult, ECMWF | Gewijzigd: 7 mei 2011, 14:27 uur, door Verwijderde_gebruiker_01
Nederland was zaterdag toch net niet de warmste plek van Europa. Die eer ging naar België. Net over de grens in Kleine-Brogel werd het zaterdag 29,5 graden, een halve graad warmer dan de warmste plek in Nederland. Die bevond zich in Oost-Brabant, waar temperaturen van 29 graden werden gemeten, meldt het KNMI.
Zonaanbidders kunnen ook zondag in Nederland hun hart ophalen. De verwachtingen voor zondag zijn opnieuw zomers. Naast sluierbewolking verwacht het KNMI wederom veel zon en de maxima zijn vergelijkbaar met zaterdag, 24 tot 29 graden. Daarna daalt het kwik weer tot maximaal 21 graden op vrijdag.
Bron: Nieuws.nl
Onweersdagen: 0
Na 14 uur deze namiddag is de temperatuur in Kleine Brogel boven de 29 graden gegaan. Het is dit jaar nog niet zo warm geweest als vandaag. De temperatuur is zo’n 2 graden hoger dan elders in Europa, behalve in Nederland, waar het eerder op de dag de warmste plek was. Rond 13 uur had Nederland nog de eer om de titel van warmste plek in Europa te pakken, maar later op de middag schoof die eer door naar België. 'We halen de warme temperaturen zoals voorspeld', becommentarieert weerman Eddy De Mey. Volgens het Nederlandse KNMI steeg de temperatuur rond vliegbasis Kleine-Brogel naar ongeveer 29,5 graden. Al zijn de precieze resultaten pas vanavond beschikbaar, vult De Mey aan.
Bron: Het Nieuwsblad
Onweersdagen: 0
De zomer is nog niet eens aangebroken, of de provincie waarschuwt al weer voor blauwalg. De irriterende beestjes zitten in - overigens vrij geringe - concentraties in het gebied Meerwijck in het Zuidlaardermeer, het Koetshuis in Veendam (Borgerswold) en de Natte Horizon in Bourtange, zo blijkt uit controles van de waterschappen. Bij de zwemvijvers staan inmiddels waarschuwingsborden. Het gevaar voor de gezondheid is bij de gemeten concentraties niet groot.
Bron: DVHN
Onweersdagen: 0
In het luchtdrukpatroon op grote hoogte boven ons land kwam de afgelopen weken geen tot bijna geen verandering. Nederland bevond zich aan de flanken van een rug van hoge luchtdruk en dat leverde ons een behoorlijk lange periode met droog, zonnig en tamelijk warm weer op. Het neerslagtekort liep enorm snel op en al gauw in het voorjaar was dit vrijwel even groot als ‘normaal’ in de zomermaanden juli en augustus. Op veel plaatsen is het tekort nu inmiddels opgelopen tot tussen 100 en 120 millimeter, dus er moet heel wat gebeuren om het tekort weer aan te vullen. Wat dit laatste betreft, ziet het er voor de komende tijd in ieder geval wel een stuk beter uit, want vanaf zaterdag gaan verspreid over het land buien vallen. Zaterdag beginnen we met een opwarmertje in vooral de oostelijke helft van het land. Er worden een paar stevige regen- en onweersbuien verwacht, maar vooral de dagen daarna beloven nieuwe buien bijna het hele land weer van hemelwater te voorzien. Daarmee zal het neerslagtekort zeer langzaam terug gaan lopen. Het opheffen ervan zal echter nog lang niet het geval zijn. Daar is nog heel wat meer voor nodig.
Trog in plaats van rug
Het bijna ‘klassieke’ luchtdrukpatroon van de afgelopen tijd met in de hogere delen van de atmosfeer een rug van hoge luchtdruk bij ons in de buurt, maakt tegen het einde van deze week geleidelijk plaats voor een uitloper van een lagedrukgebied boven ons land, ofwel een trog. Deze duwt de rug langzaam naar het oosten toe en vanaf dat moment treedt er bij ons een weersverandering op. In plaats van warmere lucht uit het zuiden wordt dan frissere lucht vanuit het noorden aangevoerd en vooral in het komende weekeinde daalt de temperatuur op ongeveer 5 kilometer hoogte, het 500 hPa vlak, naar -30 graden! Dichterbij de grond wordt het dan ook nog maar een graad of 15 overdag en dat zijn temperaturen die we de vorige week nu en dan in de nachten tegenkwamen. Wel nemen de temperatuurverschillen met de hoogte sterk toe. De atmosfeer wordt daardoor onstabieler. Buien groeien dan gemakkelijker door en worden bovendien actiever.
Vanuit het westen nadert ons zaterdag een uitloper van een lagedrukgebied en deze drukt de rug van hoge luchtdruk langzaam naar het oosten toe. De trog is gemarkeerd door de blauwe streepjeslijn en de rug door de rode lijn
Storingen
Niet alleen dus brengt deze trog ons koudere lucht, maar ook wordt de weg vrij gemaakt voor storingen. Diverse daarvan weten ons land te passeren. De bewolking neemt toe en van tijd tot tijd gaan stevige buien vallen. Zaterdag komt vanuit het westen al een trog onze kant op. Aanvankelijk zal daar in het westen al een enkel buitje uit vallen, maar hoe verder de trog oostwaarts schuift, hoe meer de lijn zal gaan activeren door dagelijkse gang, ofwel stijgende luchtbellen die vanaf het nog relatief warme land opstijgen. Vooral in de oostelijke helft van het land zullen de buien dan ook hun hoogtepunt gaan bereiken en valt een flink aantal buien. De temperatuursverschillen worden in de loop van de dag ook steeds groter. De aarde warmt op, de bovenlucht wordt juist steeds kouder en daarmee is het ook zeker niet gek dat bij diverse van die buien ook onweer en/of hagel voorkomt. Vooral zondag en maandag ligt de trog echt boven ons land met dus die koudere lucht en dat levert ons verspreid over het land opnieuw stevige regen- en onweersbuien op. De hoeveelheden neerslag die uit zo’n bui vallen, kunnen variëren van 5 tot 40 millimeter. Vooral deze laatste waarde zal het neerslagtekort ineens een flink stuk terug weten te dringen
Zondag ligt deze trog boven ons land (blauwe lijn) en niet alleen wordt het dan een stuk minder warm, ook gaan diverse stevige regen- en onweersbuien vallen
Droge grond
Niet alle neerslag zal echter door de grond worden geabsorbeerd, want deze is momenteel zo droog, dat een groot deel van het regenwater gewoonweg wegspoelt en in bijvoorbeeld het riool terecht komt. Ook zullen er plaatsen zijn waar helemaal geen enkele bui valt, dit vanwege de vaak lokale aard van de buien. Daar zal juist de zon geregeld schijnen. Maar het is dan wel een stuk minder warm dan bijvoorbeeld vandaag met nog maar 15 graden.
Bron: Meteo Consult | Gewijzigd: 11 mei 2011, 17:13 uur, door Verwijderde_gebruiker_01
Na een weekend met enkele stevige buien maar ook nog zon is de nieuwe werkweek fris en nat van start gegaan. De afkoeling van de afgelopen dagen viel precies samen met de periode van de IJsheiligen. Deze dagen van 11 tot en met 15 mei zijn volgens de volksweerkunde de laatste dagen in het voorjaar waarop nog nachtvorst kan optreden. Zo koud is het gelukkig niet geworden. Natuurlijk houdt het weer zich in de praktijk niet altijd aan deze data. Vorig jaar was het een stuk kouder tijdens deze periode van de IJsheiligen en vroor het zelfs de dagen erna nog een paar graden dicht bij de grond.
Dit jaar wordt het na de IJsheiligen alleen maar warmer. Na een nat en kil begin van de week maken de regenwolken langzaam plaats voor de zon en loopt de temperatuur flink op. Tot en met woensdag waait het nog stevig maar een hogedrukgebied krijgt vanaf donderdag steeds meer invloed op het weer in de lage landen waardoor het steeds rustiger wordt, ook vlak bij zee. Normaal gesproken wordt het overdag ruim 18 graden in de tweede decade van mei. Daar bleven we vandaag dus onder. Morgen, dinsdag 17 mei, komen de middagtemperaturen al weer rond de norm uit, ondanks het veelal bewolkte en in de noordelijke helft van het land natte weer. In de tweede helft van de week .komen we weer boven de norm uit.
Volgens de laatste inzichten stevenen we af op een warm weekend met veel zon en zomerse temperaturen. In de aanloop er naar toe zet de verbetering al in en gaat de temperatuur omhoog. Er zijn echter nog wel enkele onzekerheden in de verwachting. De passage van een zogenaamd koufront, een storing met bewolking en erachter minder warme lucht, kan de weersverwachting voor donderdag en vrijdag nog drastisch beïnvloeden. De laatste run van het ECMWF model berekent de passage van het front op vrijdag terwijl de run ervoor het front minder actief in de nacht van donderdag op vrijdag liet passeren. Dit zou betekenen dat er vrijdag volgens de 00:00 uur uitvoer van het ECMWF nog buien vallen en het nog niet zo warm is. De modelberekening van 12 uur eerder berekende juist een zonnige en warme vrijdag.
In dit soort situaties geeft de EPS, het Ensemble Prediction System, vaak een beeld hoe we met deze onzekerheid om moeten gaan. In de grafiek hiernaast zien we dat de operationele uitvoer op donderdag aan de hoge kant zit met zijn temperatuursverwachting, de rode lijn, en vrijdag juist aan de lage kant. Wel is duidelijk, volgende de staafdiagrammen dat de kans op neerslag vrijdag het grootst is.
Bron: weer.nl | Gewijzigd: 17 mei 2011, 14:35 uur, door Verwijderde_gebruiker_01
Gisteren schreven we al over het sombere, kille en op sommige plaatsen ook natte weer. Tot op heden stond de lente in het teken van zonnig en (af en toe zeer) warm lenteweer. Afgelopen weekend en ook gisteren was dat wel anders. Toch lijkt er een weersverbetering aan te komen al is het maar de vraag of het echt zo mooi gaat worden als dat de weerkaarten ons een paar dagen geleden nog voorschotelden.
Zwakke storingen
Een slepende storing zorgde tussen zondagavond en maandagavond voor druilerig weer. Vooral in Friesland, Groningen, Drenthe en de Kop van Overijssel viel aardig wat neerslag. IJsselmuiden ving tussen zondagavond 20 uur en maandagavond 20 uur 10,3 mm op terwijl er in het Friese Hardegarijp 11,0 en het Groningse Delfzijl 13,2 mm regen werd opgevangen. De natste plek was in Overijssel te vinden waar Giethoorn 14,5 mm kon bijschrijven. In Zeeland, Noord-Brabant en Limburg bleef de neerslag beperkt tot ongeveer een halve millimeter.
Neerslag tussen zondagavond 20 uur en maandagavond 20 uur gemeten door de vrijwillige waarnemers van hetweeractueel.
Vandaag wordt het restant van de regenstoring naar het noorden gedrukt, maar een nieuw front komt alweer onze kant op. Zoals het er nu op lijkt, ligt dit koufront aanstaande donderdag dwars boven ons land. Heel actief is het niet, maar er zijn nog wel uitgestrekte wolkenvelden aanwezig, net als morgen.
Oplopende temperaturen
De temperatuur komt in de loop van de week wat hoger uit. Zo wordt het vanaf morgen in de zuidoostelijke helft van het land (Achterhoek, het oosten van Brabant en in grote delen van Limburg) 20 graden of zelfs iets meer. Met een zwakke storing boven ons land zijn dit soort temperaturen hoog genoeg om de storing in de loop van de dag weer iets te activeren. Donderdagmiddag kan er in de zuidoostelijke helft van het land dan ook gemakkelijk een bui vallen.
Vrijdag wordt het, met uitzondering van de kustprovincies 20 tot 23 graden. Nog altijd slagen uitlopers van hogedrukgebieden er niet in om de opbouw van de atmosfeer volledig te stabiliseren waardoor er vrijdag opnieuw in het zuidoosten een paar “warmte†buien kunnen ontstaan. Het is zelfs niet uitgesloten dat er vrijdag een onweersbui tussen zit. Diverse “onweersindicatoren†geven dit in ieder geval aan.
Eén van de indicatoren die in de weerkamer gebruikt worden om eventueel onweersbuien te verwachten is de Lifted Index. Het gaat te ver om precies uit te leggen wat hiermee bedoeld wordt. Voor het eventueel ontstaan van onweersbuien is een negatieve Lifted Index. Vrijdag is de waarden in Zuidoost-Nederland in ieder geval negatief zodat daar onweer mogelijk is.
Onweersstoring
Later deze week wordt het vooral ten zuiden van ons land erg warm. In Frankrijk kan het even ten zuiden van Parijs vrijdag misschien wel 30 graden worden. Zaterdag en zondag probeert deze lucht ook de Benelux te veroveren. Of dat echt gaat lukken is de vraag.
Storingen ten westen van ons land worden bij elke nieuwe computerberekening oostelijker berekend waardoor de Franse warmte meer naar Duitsland, Denemarken en het zuiden van Zweden lijkt te schuiven. Hoe warm het precies in ons land wordt hangt niet alleen van de locatie af, maar ook van de windrichting en hoeveelheid bewolking. Zaterdag lijkt het qua bewolking wel mee te vallen waardoor het kwik zeker landinwaarts kan oplopen tot in de buurt van de zomerse 25 graden, maar door het gebrek aan wind kan aan zee gemakkelijk een zeewind opsteken. Een temperatuursdaling tijdens de middag tot onder 20 graden is in het geval van een zeewind zo gemaakt.
Zaterdag is het in een groot deel van West-Europa warm. Ook in ons land is een zomerse 25 graden volgens het ECMWF mogelijk.
Zondag wordt de warme lucht alweer verdreven. Langs de kust wordt het nauwelijks 20 graden.
Zondag is er op de weerkaart een situatie zichtbaar die stevige onweersbuien kan opleveren. Wat we zien is hele warme lucht boven het vasteland van Europa en koelere oceaanlucht boven de Britse eilanden. Beide luchtsoorten komen ergens in de buurt van ons land in botsing en dat gaat dan ook buien veroorzaken. De zwaarste buien ontstaan altijd in de warme lucht terwijl het met buien in de koele oceaanlucht over het algemeen wel meevalt. De laatste kaarten van het ECMWF model geven aan dat de warmte in de kustprovincies al snel wordt verdreven door een opstekende westenwind. Fikse buien lijken daardoor in het westen niet te ontstaan. Landinwaarts is de warmte langer aanwezig waardoor daar in de loop van de dag een paar pittige onweersbuien kunnen vormen. Of dat op uitgebreide schaal is, of misschien pas net over de grens in Duitsland, weten we pas op het laatste moment.
De Lifted index is zondag nog lager dan vrijdag en bovendien is de waarde in een groter deel van het land negatief. Later op de dag wordt de Lifted Index in een groot deel van het land alweer positief doordat er koele zeelucht binnenkomt.
Onzekerheid
Met dit verhaal proberen we aan te geven dat de ontwikkelingen voor de komende dagen allemaal wat onzeker zijn en ook steeds onzekerder worden. Een warm en zonnig weekend lijkt er in ieder geval op basis van de laatste gegevens niet in te zitten.
Bron: Meteo Consult, Hetweeractueel, ECMWF
Een storing trok vandaag over ons land en deze ging niet alleen gepaard met bewolking, maar ook met wat regen en motregen. Limburg bevond zich vanochtend echter voor een groot deel nog aan de voorzijde van die storing en daar brak het zonnetje regelmatig door. De temperatuur ging in die hoek van het land dan ook een stuk sneller omhoog dan in de rest van het land onder de bewolking. Rond de klok van elven was het in Ell, gelegen in het noorden van Limburg al 18 graden, terwijl het kwik in de rest van het land pas rond 13 graden lag. De zonnestraling, ofwel globale straling, was in Limburg door de bijna niet aanwezige bewolking dus veel hoger dan in bijvoorbeeld het midden van het land.
Rond de klok van elven (9 uur UTC) was het verschil al erg groot tussen Limburg en de rest van het land. Met nog flinke opklaringen in het zuidoosten warmde het daar een stuk sneller op dan in de rest van het land onder de bewolking.
De zon straalt dagelijks zijn portie zonneschijn naar de aarde, ondanks dat er veel bewolking hangt of niet. Het gebeurt altijd. Zonder bewolking is het een zonnige en vaak warmere dag, en als er veel bewolking hangt, merken we weinig van die straling van de zon en is het vaak ook een stuk frisser. Toch? Niets is minder waar, want de hoeveelheid straling van de zon die de aarde bereikt, heeft ook deels te maken met de soort bewolking. De wolken houden een deel van de straling van de zon tegen en opwarming van de aarde en vervolgens ook de lucht gaat dan minder snel. Onder een heldere hemel gaat de opwarming een stuk sneller en helemaal in de zomer, als de zon erg hoog in de lucht staat en dus op zijn sterkst is, warmt het mede door de instraling veel sneller op.
Bewolking
We kennen in de meteorologie 3 belangrijke soorten bewolking en dat zijn de hoofdsoorten: cumulus, stratus en cirrus. Onder deze hoofdsoorten hangen nog tientallen variaties, zoals bijvoorbeeld de ‘cumulus humilis’, ofwel een heel klein stapelwolkje. De verschillende soorten bewolking worden onder andere gekenmerkt door de hoogte waarop zij zich in de atmosfeer bevinden.
Cirrus
Cirruswolken (beter bekend als sluierwolken) hangen op de grootste hoogte, zo’n 8 tot 10 kilometer. Deze wolkensoort bestaat uit ijskristallen en is over het algemeen erg dun. Als de zon door deze bewolking heen schijnt, wordt ze slechts wat melkachtig of waterig, maar je blijft haar wel zien. Ook komt de straling van de zon erg goed door deze vaak dunne laag met bewolking heen en dit heeft natuurlijk invloed op de temperatuur.
Stratus
Stratusbewolking kenmerkt zich over het algemeen als een grote grijze wolkenlaag met een redelijk egale ondergrens waaruit bijvoorbeeld motregen, sneeuw of motsneeuw valt. Deze vorm van bewolking ontstaat door het afkoelen van de onderste luchtlagen in de atmosfeer en bestaat uit kleine waterdruppeltjes. De hoogte waarop deze bewolking hangt, varieert per moment. Mist is bijvoorbeeld een vorm van stratusbewolking en bevindt zich direct op het aardoppervlak en komt vooral in de nacht en ochtend voor.
We hadden vandaag vooral te maken met frontale bewolking, een soort stratus, en de straling van de zon kwam daar met moeite doorheen. Foto: Margreet van Vianen.
Wat de straling betreft die door stratusbewolking heen komt, die is een stuk lager dan bij bijvoorbeeld sluierbewolking. Stratus is namelijk een stuk dikker qua structuur, mede ook door de waterdruppeltjes en de zon komt hier lastiger doorheen. Door de minder effectieve instraling van de zon en uiteindelijk ook de geringere opwarming van het aardoppervlak en van de lucht die erboven hangt, zal de temperatuur onder een stratuslaag dus lager uitkomen.
Aan de kust werd de bewolking geleidelijk dunner en er kwam toen ineens een stuk meer straling van de zon door de bewolking heen en dat was te merken aan de temperatuur. Foto: Natascha Wiegman.
Cumulus
De laatste vorm van bewolking die we met betrekking tot zonnestraling bespreken, is cumulus. Op een prachtig zonnige dag ontstaan in de loop van de dag allemaal kleine bloemkoolvormige wolken, ofwel stapelwolken. Deze wolken vormen zich in bellen met opgewarmde lucht die vanaf het aardoppervlak opstijgen en op een bepaalde hoogte verzadigd raken. Er treedt dan condensatie op en een stapelwolk is geboren.
Al kort werd het even aangestipt; deze wolken ontstaan door het opstijgen van lucht en dus stijgende luchtbewegingen. De natuur heeft de natuurlijke neiging om alles te compenseren. Naast deze stijgende luchtstromen ontstaan dus ook weer dalende luchtbewegingen. Lucht die daalt, warmt op en warme lucht kan meer vocht bevatten dan koude lucht, waardoor de wolk verdwijnt. Tussen stapelwolken in zijn dan ook vaak prachtige opklaringen te vinden met tussendoor een stralende zon.
Ook in Lisse trok de bewolking steeds verder weg, maar ontstonden hier en daar een paar kleine stapelwolken. Deze hebben echter bijna geen invloed op de hoeveelheid straling van de zon die het aardoppervlak bereikt. Foto: J. A.C. van der Wolf.
In de zomer
De mate van zonnestraling zal bij dit soort bewolking sterk variëren. In een opklaring zal het een stuk sneller opwarmen dan onder de bewolking. U herkent dit vast ook wel uit de praktijk, want met een korte broek of een rokje in de zon is het vaak goed vertoeven, maar als de zon eventjes achter de bewolking verdwijnt, voelt het soms ineens een stuk minder aangenaam aan. In het algemeen wordt de opwarming van de atmosfeer in de zomer tijdens dagen met stapelwolken nauwelijks geremd. Heeft het de potentie om warm te worden, dan wordt het dat in de zomer ook, of er nu stapelwolken hangen of niet…
Bron: Meteo Consult
Onweersdagen: 0