Klimaatverandering leidt in Europa niet tot een enorm verlies aan biodiversiteit. Wel zal de verspreiding van planten, vogels en zoogdieren over het continent in 2080 homogener zijn dan nu. Dat schrijven Franse biologen deze week in vakblad Nature. Bijna alle planten-, vogels- en zoogdiersoorten die op de aarde rondlopen, hebben in hun evolutionaire geschiedenis al eens te maken gehad met klimaatveranderingen.
Toch komt de klimaatverandering die op dit moment aan de gang is voor veel soorten harder aan. Sommige wetenschappers vrezen namelijk dat het klimaat op dit moment zó snel verandert dat soorten niet de tijd krijgen om zich aan de nieuwe situatie aan te passen. Wat dat precies betekent voor de biodiversiteit in Europa zocht een team van Franse wetenschappers uit. De Fransen analyseerden informatie uit verschillende klimaatmodellen en gegevens van 1280 plantensoorten, 340 vogelsoorten, en 140 zoogdiersoorten. Zoogdieren zijn over het algemeen minder gevoelig voor klimaatverandering dan vogels en planten, maar toch waren er in iedere groep wel soorten te vinden die door klimaatverandering aan leefgebied verliezen. Voorbeelden zijn scheefkelken, wulpen, en bepaalde spitsmuizen. Er zijn echter ook soorten die dankzij klimaatverandering hun leefgebied juist kunnen uitbreiden, zoals bijvoorbeeld reigers.
Verlies aan diversiteit en verspreiding van soorten
De totale afname aan biodiversiteit door klimaatverandering valt volgens de voorspellingen van de Fransen erg mee. In het slechtste scenario verdwijnt 2.7 procent van de planten, 11.5 procent van de vogels, en 9.6 procent van de zoogdieren definitief van ons continent. Dat is eigenlijk niet veel meer dan de verwachte afname bij een model waarin soorten willekeurig – dus niet specifiek onder invloed van klimaatverandering – uitsterven. Dit betekent dat soorten die gevoelig zijn voor klimaatverandering niet geclusterd liggen op de lange takken van de stamboom van het leven. In dat geval zou het verlies aan diversiteit door klimaatverandering namelijk groter zijn dan bij willekeurige uitsterving. Ook liggen de gevoelige soorten niet geclusterd op de korte takken van de stamboom, want dan zou het verlies aan diversiteit door klimaatverandering kleiner zijn dan bij willekeurige uitsterving.
Ten slotte keken de Fransen ook naar de verspreiding van soorten over Europa. Op dit moment is er een hoge diversiteit aan planten in Italië, Frankrijk, en in het noorden van Spanje en Portugal. In de Noord-Europese landen en de Alpen is de soortenrijkdom aan planten veel lager. Bij zoogdieren en vogels is ongeveer hetzelfde patroon zichtbaar: ook zij zijn in het zuiden van Europa sterker vertegenwoordigd dan in het noorden. Onder invloed van klimaatverandering zal de biodiversiteit in Noord-Europa en het Alpengebied echter toenemen en dat zal gepaard gaan met een afname van de diversiteit in Zuid-Europa, met als gevolg een homogenere verspreiding van soorten over Europa in 2080 dan nu.
Bron: Kennislink.nl | Gewijzigd: 24 april 2017, 12:35 uur, door Joyce.s