Slechts ongeveer één op de honderd superzware zwarte gaten in het heelal produceert enorme hoeveelheden energie. Dankzij gegevens verzameld met de Amerikaanse satelliet Swift weten sterrenkundigen nu waarom dit zo is. De zwarte gaten vlammen pas op bij botsingen tussen sterrenstelsels. In de kernen van de meeste, zo niet alle sterrenstelsels schuilt een zwart gat met een massa van een miljoen tot een miljard zonsmassa's. In de omgeving van sommige van die zwarte gaten wordt tot wel tien miljard keer zoveel energie als in onze zon geproduceerd. Deze energie wordt ontleend aan grote hoeveelheden materie die naar het zwarte gat toe stromen. Vermoed werd al dat zo'n materiestroom op gang kan komen als twee (of meer) sterrenstelsels met elkaar in botsing komen. Maar tot nog toe kon slechts ongeveer twee procent van alle actieve zwarte gaten aan botsende sterrenstelsels worden toegeschreven. Een duidelijk verband tussen beide verschijnselen ontbrak dus.
De Swift-satelliet heeft daar verandering in gebracht. Anders dan de meeste andere soorten straling die door een actief zwart gat wordt uitgezonden, kan harde röntgenstraling ongehinderd het stof en gas in de omgeving passeren. Swift is de eerste satelliet die dit type straling kan waarnemen, en uit die waarnemingen blijkt dat veel meer actieve zwarte gaten - ongeveer 25 procent - deel uitmaken van sterrenstelsels die bij botsingen betrokken zijn. De verwachting is dat toekomstige, nog gevoeligere satellieten dit percentage nog verder zullen opvoeren.
Bron: Astronieuws