De komende dagen hebben we in Nederland te maken met stabiel lenteweer. We zitten middenin een overgangsseizoen en helaas gebeuren daarin qua weer weinig tot geen spectaculaire dingen. Maar hoe staat het in de landen om ons heen? Een kort overzichtje van een aantal Europese landen. De extreme forecast index is een element uit het Europese model dat een aardig hulpmiddel is om het weer te duiden. Met behulp van de EFI kan je snel zien waar het weer anders is dan normaal. Deze index is beschikbaar voor de parameters wind, windstoten, temperatuur en neerslag. We zullen in dit verhaal vooral de laatste twee behandelen.
Hier ziet u de weerkaart voor morgen. Op de Britse eilanden wordt het weer bepaald door een hogedrukgebied. In Zuid-Europa zijn lagedrukgebieden echter aan zet.
Warmere gebieden
Mensen die een reis naar de Britse eilanden hebben geboekt, kunnen in hun handjes knijpen. Er ligt daar namelijk een hogedrukgebied en de laatste tijd is dat goed te zien in de extreme forecast index. De temperaturen zijn er hoger dan normaal, vooral in Schotland. Daarnaast is het door het hogedrukgebied ook droog op de normaal zo wisselvallige eilanden. Een ander gebied dat in het oog springt qua temperatuur is het noorden van Scandinavië. Her en der blijft de temperatuur hier overdag nog net onder het vriespunt, maar op de meeste plaatsen dooit het. Dat is niet het enige opvallende, het is er ook natter dan normaal.
De EFI geeft dan ook aan dat het in Ierland en Groot-Britannië droger is dan normaal.
En met name in Schotland is de temperatuur juist iets hoger.
Middellandse zee
Ook in Spanje en Portugal valt meer regen dan gebruikelijk. De meeste neerslag wordt verwacht in het grensgebied van Zuidoost-Portugal en Zuidwest-Spanje. De hoofdberekening van het Europese model verwacht hier de komende 5 dagen meer dan 100 millimeter regen. Een blik op de weerkaart laat ook gelijk zien waarom dat zo is. Lagedruk is er namelijk dominant. De temperaturen vallen in deze regio ook een beetje tegen. In de binnenlanden zie je in deze tijd van het jaar het geregeld opwarmen tot zo’n 30 graden. Momenteel zit dat er echter niet in. Op veel plaatsen wordt het nog geen 20 graden en soms wordt 10 graden niet eens gehaald.
In Spanje en Portugal ziet het er volgens de EFI nat uit.
In het grensgebied tussen Zuidoost-Portugal en Zuidwest-Spanje valt volgens het Europese model zelfs meer dan 110 millimeter in vijf dagen.
En soms weet de temperatuur niet boven 10 graden uit te komen.
Het Iberisch schiereiland (een andere naam voor Spanje en Portugal) is overigens niet de enige regio in Zuid-Europa waar het natter en koeler is dan men gewend is. Lagedrukgebieden zijn rondom de Middellandse zee eigenlijk overal bepalend voor het weer. Ook hier zien we dat het vaak niet veel warmer wordt dan een graad of 20. De hoeveelheid neerslag is echter niet veel groter dan normaal. Alleen aan de zuidkust van Turkije lijkt het alles behalve droog te blijven.
Rondom de Alpen
Een ander gebied waar de komende dagen veel neerslag valt, is het oostelijk deel van de Alpen. In het oosten van Oostenrijk valt in vijf dagen tijd bijvoorbeeld zo’n 60 millimeter neerslag. Op veel plaatsen valt dit in de vorm van regen en daarmee lijkt het wintersportseizoen echt voorbij.
Ook in het oosten van Oostenrijk valt meer regen dan gebruikelijk.
Dit wordt niet zozeer veroorzaakt door een lagedrukgebied aan de grond, maar door een koude put op grotere hoogte in de atmosfeer.
Al deze nattigheid wordt niet zozeer veroorzaakt door een lagedrukgebied aan de grond. De reden moeten we hoger in de lucht zoeken. Hier zien we een bovenluchttrog, die geleidelijk uitgroeit tot een op zichzelf staande koude put. Dit is een bel met koude lucht die de atmosfeer onstabiel maakt. Warme lucht is lichter dan koude lucht. De warme lucht die zich onder de koude put bevindt, stijgt dus op. Hoger in de atmosfeer koelt deze af, met condensatie en vervolgens regen of buien tot gevolg.
Bron: Meteo Consult.