De eerste hydrologische satelliet, SMOS, brengt mondiaal de bodemvochtigheid in kaart. Daarmee kunnen wetenschappers overstromingen eerder zien aankomen en weersvoorspellingen verbeteren. De TU Delft past de gegevens onder meer toe op het stroomgebied van de Volta in West-Afrika. De Europese ruimtevaartorganisatie ESA lanceert SMOS op maandag 2 november.
Schepje
De bodemvochtigheid is eigenlijk het uitgangspunt voor iedere hydroloog, zegt professor Nick van de Giesen van de TU Delft. Van daaruit kun je, samen met andere informatie, uitspraken doen over zaken als overstromingen, droogte, verwoestijning en het regionale weer. Toch zijn goede gegevens over bodemvochtigheid schaars. Tot nu toe moest je bij wijze van spreken met een schepje het veld in om de bodemvochtigheid in kaart te brengen. Met de SMOS-satelliet (Soil Moisture and Ocean Salinity) gaat dat veranderen.
Radiogolven
SMOS van de Europese ruimtevaartorganisatie ESA is de allereerste hydrologische satelliet. De satelliet meet de zwakke radiogolven die door de bovenste laag van de bodem en het zeewater worden uitgezonden. De sterkte van het gemeten signaal is een maat voor de hoeveelheid water in de bodem. Deze satelliet brengt dus voor het eerst, weliswaar nog redelijk grof, de bodemvochtigheid van de gehele aarde in kaart, en wel continu.
Atmosfeer
De bovenste laag van de bodem is de schakel tussen de aarde en de atmosfeer. Het is bekend dat de bodemvochtigheid grote invloed heeft op het regionale weer en klimaat. Nieuwe en uitgebreidere informatie hierover kan dus worden ingezet om weersvoorspellingen te verbeteren. Maar het wordt bijvoorbeeld ook mogelijk om overstromingen eerder te zien aankomen en noodweer beter te begrijpen.
Kabels
De TU Delft gaat, samen met andere wetenschappelijke partijen, onder meer zorgen voor de kalibratie van de SMOS-gegevens. 'Daarvoor combineren we de satellietinformatie onder meer met een nieuw type metingen van op de grond', zegt Van de Giesen. Via glasvezelkabels meten we de temperatuur van de bodem op meerdere dieptes. Die temperatuur is een indicatie voor de bodemvochtigheid. Naast deze kalibratie gaat de TU Delft de nieuwe informatie toepassen op grote stroomgebieden, zoals de Volta in West-Afrika en de Rijn.
Oceanen
Behalve de bodemvochtigheid meet de SMOS-satelliet met dezelfde techniek ook het gehalte aan zout in de oceanen. De hoeveelheid zout bepaalt samen met de temperatuur de dichtheid van het zeewater. Mondiale verschillen in die dichtheid zorgen voor grootschalige oceaanstromingen, die op hun beurt weer grote invloed hebben op het aardse klimaat.
©TU Delft | Gewijzigd: 10 februari 2017, 10:47 uur, door Joyce.s