De herfst is het jaargetijde van de kleurende bomen, de vallende blaadjes, de mist, de eerste koude dagen en geregeld rust in de atmosfeer. De herfst is ook het jaargetijde van de herfststormen. Tenminste… dat was toch altijd zo? Als we in ons collectieve geheugen graven, horen herfststormen daar toch zeker bij. Maar waar zijn ze gebleven?
Mijn belangstelling voor het weer heeft alles met stormen te maken. Een van mijn vroegste weerherinneringen heeft te maken met de storm die op 2 april 1973 in de middag en avond over Nederland trok. Mijn vader moest die avond voor een vergadering – vanuit onze woonplaats Garderen op de Veluwe – naar Gouda, maar zou, naar later bleek, de enige van de deelnemers zijn die zich aan die levensgevaarlijke tocht waagde. Toen bleek dat er verder niemand was komen opdagen, gelastte hij de vergadering af en ging weer op weg naar huis.
Het was de tijd dat nog niemand een mobiele telefoon had. En omdat Nederland in zijn voegen kraakte, onder het geweld van de storm, had hij onderweg ook geen mogelijkheid om contact met huis op te nemen. In Garderen verstreken de uren zonder dat we precies wisten wat er aan de hand was. Dat het noodweer was, begrepen wij als kleine kinderen ook wel, dat konden we in en om het huis maar al te goed horen. Maar of, en zo ja wanneer, hij weer thuis zou komen, was een open vraag. M’n moeder kon niets anders doen dan maar samen met ons wachten.
Ergens midden in de nacht is hij uiteindelijk toch thuisgekomen, na een tocht waarvan hij zelf niet goed wist of het nou een geslaagde was geweest of niet. Meerdere malen had hij de auto moeten verlaten om uit te zoeken of de situatie wel geschikt was om nog verder te gaan. Vaak had hij moeten omkeren, omdat omgevallen bomen de weg versperden, maar uiteindelijk had hij het huis in Garderen dan toch weten terug te vinden. In de dagen daarna keerde de rust terug en kregen we als kinderen aan de hand van onze ouders de kans om de zwaar beschadigde bossen rond Garderen voor de eerste keer te bekijken. Dat maakte een enorme indruk.
Januari 1976
M’n tweede herinnering is die aan de storm, die in de nacht van 3 op 4 januari 1976 over Nederland trok (ik was toen 7 jaar). Ook toen waren mijn ouders op pad, destijds naar de kust om daar met een aantal collega’s een weekend door te brengen. Wij logeerden met z’n drieën in Nunspeet bij opa en oma. Wederom ging het boosaardig tekeer, testte de zware wind het oude huis tot het uiterste en wisten we niet goed wat ervan moest komen. Toen we de volgende dag wakker werden, bleken we zelfs aan een kleine ramp te zijn ontsnapt. Meerdere bomen in de buurt waren uit grond gerukt, een daarvan was min of meer over het huis heen gevlogen, maar gelukkig zonder het te raken aan de andere kant weer op de grond neergeploft. Een huis in de buurt moest wel een balkon missen, maar daar bleef het gelukkig bij. Ook toen heeft de storm op ons, kleine kinderen en even zonder ouders, een onuitwisbare indruk gemaakt.
Beide stormen vielen buiten de herfstmaanden, die in 1973 was een lentestorm en die in 1976 viel in de winter. Beide horen ook bij de zwaarste stormen die we ooit hebben gehad en hebben een plaats gekregen in het elitegroepje van 8 stormen met een uurgemiddelde (!) van windkracht 11 op een of meer kuststations die er sinds 1910 in Nederland zijn voorgekomen. Slechts een van deze stormen heeft het tot een uurgemiddelde van windkracht 12 gebracht. Dat was de storm die op 7 september 1944 huishield. Vlissingen schopte het toen als enige kuststation in Nederland tot een uurgemiddelde met orkaankracht 12. Voor de tot nu toe eerste en laatste keer
Als we door de lijst met de 58 zware stormen, die sinds 1910 in Nederland zijn voorgekomen, heen lopen, dan blijkt dat achttien van die stormen in de drie herfstmaanden (september, oktober en november) zijn opgetreden. Verdelen we de periode in twee gelijke helften (de grens ligt rond 1960), dan blijken 9 van die zware herfststormen voor 1960 en 9 van de herfststormen na 1960 te zijn opgetreden. Mooi evenwichtig verdeeld over de jaren dus, zo op het eerste gezicht.
Stormen grillig
Een nadere beschouwing laat zien, dat van evenwichtigheid evenwel geen sprake is. Het optreden van stormen in ons klimaat blijkt zelfs erg grillig te zijn, niet alleen door de jaren heen, maar ook daar waar het om de herfstperiode gaat. Zo blijken de 9 herfststormen in de eerste helft van de tabelperiode zich allemaal in de 33 jaar tussen 1911 en 1944 te hebben voorgedaan, waarvan alleen al drie in het jaar 1928. Vanaf 1944 bleef het vervolgens tot in 1967 stil! Gedurende een periode van 23 jaar kwam het niet meer tot zware herfststormen. Ook toen dus al…
Na 1960 vielen 5 van de zware herfststormen in een periode van 11 jaar, tussen 1967 en 1977, waarvan twee in november 1977. In de 32 jaar sinds 1977 – en het is die periode die onze beleving sterk kleurt – zijn er nog maar 4 zware stormen geweest. De langste periode zonder zware storm was die tussen de jaren 1987 en 2000 (13 jaar). Hoewel dit een lange periode was, valt hij nog in het niet bij de 23 jaar tussen 1944 en 1967 die zonder zware herfststormen verliep. Wat dat betreft, lijkt er op dit moment dus weinig bijzonders aan de hand te zijn.
Gewone stormen zijn de laatste jaren wel vaker voorgekomen. Die van 1 november 2006 is bekend geworden vanwege de hoge waterstanden die toen in noordelijk kustgebied optraden en de honderd paarden bij het plaatsje Marrum die in nood kwamen. De storm van 9 november 2007 kwam in het nieuws vanwege de hoge waterstanden in vooral het westen van het land. Bij Rotterdam werd toen de Maeslantkering in de Nieuwe Waterweg voor het eerst gesloten. Geen van beide stormen schopte het evenwel tot een uurgemiddelde van windkracht 10 en daardoor evenmin tot de lijst van zware stormen, die aan de basis staat van dit verhaal.
Winterverwachting
De weerkaarten voor de komende tijd bieden geen uitzicht op stormweer. Sterker nog: het grootste deel van de tijd ziet het er relatief rustig uit omdat hogedrukgebieden zich met het weer in Nederland bemoeien. Voorlopig lijkt het daarbij behoorlijk zacht te blijven, maar op termijn is er toch enige onzekerheid over waar het met de temperaturen naartoe gaat. Vooral vanaf het einde van de komende week komen er ook koudere opties in de berekeningen.
Tegelijkertijd begint het onder winterliefhebbers steeds meer te kriebelen, nu de maanden november en december eraan komen. Het aan Meteo Consult gelieerde World Climate Service (WCS) heeft net zijn winterverwachting uitgegeven en heeft een krachtig signaal gevonden met betrekking tot de overheersende drukverdeling gedurende de drie wintermaanden. Mocht dit echt uitkomen, dan ziet het er voor winterliefhebbers mogelijkerwijs interessant uit.
Bron: Meteo Consult, KNMI.