Uruguay bevindt zich in een zone waar geen grote natuurrampen voorkomen, maar de laatste tijd wordt het Zuid-Amerikaanse land steeds vaker geteisterd door grote overstromingen. Experts zeggen dat dit een gevolg is van de klimaatwijziging. Beken en rivieren treden steeds vaker buiten hun oevers in Uruguay. Het probleem herhaalt zich elke winter. Volgens het laatste rapport van het VN-Ontwikkelingsprogramma (UNDP) moesten van 1997 tot 2006 44.000 Uruguayanen geëvacueerd worden als gevolg van overstromingen.
Als oorzaak van de overstromingen noemen de experts een stijging van de regenval met 30 procent en abnormaal veel stormen en abnormaal hoge temperaturen, fenomenen die worden toegeschreven aan de klimaatwijziging.
Grootste overstroming in vijftig jaar
De VN-cijfers houden nog geen rekening met de grootste overstroming van de laatste vijftig jaar, die van mei 2007. Toen moesten 12.000 mensen geëvacueerd worden, waarvan de helft in Durazno, een stad in het centrum van het land. De Yà was er buiten haar oevers getreden en tot 13 meter boven haar normale peil gestegen. Buiten Durazno werden nog eens 110.000 mensen het slachtoffer van de overstromingen, vooral in Mercedes, in het westen en in Treinta y Tres, in het oosten van het land. Volgens het Nationaal Systeem voor Noodsituaties, dat de hulpverlening bij dit soort rampen coördineert, zijn vooral de steden kwetsbaar. Die zijn vaak ontstaan op hoger gelegen delen aan een rivier en hebben zich vervolgens uitgebreid naar lager gelegen gebieden.
Met een nieuwe wetgeving op ruimtelijke ordening probeert de Uruguay dat nu tegen te gaan. Omdat in risicogebieden vooral arme Uruguayanen wonen en verhuizen voor hen niet evident is, nemen de overheid zelf het heft in handen. In augustus kregen zestien gezinnen die aan de rand van de stad Florida wonen, een hoger gelegen woning, gebouwd door een coöperatie van plaatselijke inwoners, met de steun van de overheid.
Corruptie
Ondertussen lopen onderzoeken naar corruptie bij de hulpverlening tijdens de ramp van twee jaar geleden. Uit binnen- en buitenland werd toen massaal hulp geboden, onder meer uit de VS en Japan, maar de schenkingen kwamen niet altijd bij de slachtoffers terecht. Na een anderhalve maand durend administratief onderzoek heeft de nationale regering nu een strafrechterlijke klacht ingediend tegen het Departementale Comité voor Noodsituaties van Durazno. In de klacht is onder meer sprake van de verdwijning van vijf geprefabriceerde huizen die door de Inter-Amerikaanse Ontwikkelingsbank waren geschonken, zeilen die van de ambassade van Japan kwamen, en 100.000 dollar die de Uruguayaanse migranten in Australië naar hun land van herkomst hadden gestuurd.
Het ministerie van Woningen onderzoekt ook de bestemming van 100.000 dollar die het regionale bestuur van Durazno had gekregen voor hulp aan de slachtoffers.
©MO