Het ziet er naar uit dat El Niño terugkeert. Het fenomeen, dat in grote delen van de wereld invloed heeft op het weer, is inmiddels duidelijk aanwezig als warmer zeewater langs de evenaar in de Stille Oceaan. Modelberekeningen duiden op een verdere ontwikkeling van El Nino. Het water langs de evenaar is ongeveer een graad warmer dan normaal. Ook de passaatwinden in het westen van de Stille Oceaan zijn veranderd in westenwinden, waardoor meer warm water naar het oosten terugvloeit.
Over de uiteindelijke sterkte van de nieuwe El Niño aan het eind van dit jaar is nog onduidelijkheid. Een middelsterke met een temperatuurafwijking van 1,5 graden boven normaal lijkt het meest waarschijnlijke scenario, maar er zijn ook modeluitkomsten die het houden op een zwakke en andere die een sterkere El Niño in het vooruitzicht stellen.
Door de zich ontwikkelende El Niño wordt in de vrijwel de hele tropen iets warmer weer dan normaal verwacht de komende maanden. El Niño brengt waarschijnlijk meer regen in de westelijke Grote Oceaan, maar minder regen in Indonesië. Waarschijnlijk blijft het ook droger op de Antillen. El Niño draagt ertoe bij dat er dit jaar in het Caribisch gebied minder tropische orkanen en stormen zullen ontstaan dan gebruikelijk was de afgelopen 13 jaar. De vooruitzichten voor het Atlantische orkaanseizoen, dat officieel op 1 juni begonnen is, zijn dan ook gunstig: El Niño is verschenen, en de zeewatertemperatuur in het gebied waar ze ontstaan en groeien ligt wat lager dan normaal. Beide effecten onderdrukken het aantal orkanen.
In Zuid-China en op Sri Lanka valt bij een El Niño in deze tijd van het jaar gemiddeld meer regen dan normaal. De korte regentijd (oktober-november) in Oost-Afrika is vaak sterker, terwijl er in het oosten van Zuid-Afrika meer kans op droogte is. Ook Oost-Australië blijft meestal iets droger.
De ontwikkeling van El Niño en de standaardeffecten daar van op het weer in deze tijd van het jaar zijn te vinden onder “verder lezen- seizoensverwachtingen.
©KNMI