Hogedrukweer, dat is veelal ‘makkelijk weer’. Waarbij van mediameteorologen vooral creativiteit wordt verlangd om continu interessante en waardevolle informatie te blijven geven. Deze week hebben we niet heel veel ruimte voor creatieve impulsen, alle aandacht is benodigd om een zo goed mogelijke verwachting te brengen. Wat een hachelijke zaak is! De diverse rekenmodellen geven steeds andere neerslagberekeningen. De reden daarvoor is een zwabberend front boven onze hoofden.
Het front dat bij ons nu al dagenlang de weercondities bepaalt, is de scheidingslijn tussen hete lucht boven Midden- en Oost-Europa en de koelere oceaanlucht die vanuit het westen binnen probeert te schuiven. Zo werd het in het zuiden van Duitsland gistermiddag op uitgebreide schaal 29 graden, in Oostenrijk 32 graden en in Hongarije her en der meer dan 35 graden. Aan de westzijde van het front -aan de koele kant dus- was het gisteren in Engeland een graad of 21. Daar tussenin, onder andere boven de Benelux, lag het front.
De maximumtemperaturen van gisteren, woensdag.
Wat is een golvend front?
En dat front, dat ligt nu al een tijdje te golven, oftewel; bevindt zich min of meer evenwijdig aan de luchtstromingen. Dat is het beste voor te stellen in vergelijking met een grote vlag. Een vlag die staat te wapperen in de wind , wat gepaard gaat met golvingen. Maar waar exact die golven in de vlag slaan, dat valt niet of nauwelijks vantevoren te voorspellen of te berekenen.
De windrichting op zo'n 5 a 6 km hoogte. Boven onze contreien vanuit het zuidwesten. Dit zijn gegevens van gisteren even na het middaguur.
De luchtdruk aan de grond, ook gistermiddag even na het middaguur.
Op de twee kaarten hierboven staan de luchtstromingen van gistermiddag afgebeeld. De eerste kaart toont de wind op zo’n 5 kilometer hoogte, de tweede kaart toont de wind aan de grond. In beide gevallen komt de wind uit het zuidwesten. Het front aan de grond liep van West-Frankrijk, via de Benelux tot over Denemarken en vervolgens terugkrullend tot tegen de zuidkust van Noorwegen. En zodoende bevond het front zich precies in de zuidwestelijke luchtstromingen, zowel aan de grond als in de hogere luchtlagen. Dé ideale positie om te gaan klapperen, te gaan golven. Op de top van zo’n golf komt vervolgens extra neerslag naar beneden, omdat warmere lucht over relatief koudere gaat glijden. Die opglijding leidt tot opwekking van buien of regen.
Rekenmodellen confuus
Waar, wanneer en óf een front inderdaad gaat golven, is een kwestie van kleine toevalligheden. Daar hebben de diverse rekenmodellen het zeer moeilijk mee. Dat blijkt nauwelijks te verwachten. Zo liet een meerderheid van de berekeningen van gisterochtend en –middag het voor vandaag (donderdag) in ons land overwegend droog. Slechts een enkele bui, met in de loop van de middag en avond in het zuidoosten een stukje van zo’n golf, waarbij de meeste neerslag over Duitsland zou trekken en alleen een deel zou schampen aan ons land.
Wat zit er nog aan regen aan te komen. De ECMWF berekening voor de periode van 20.00 uur vanavond tot 02.00 uur vannacht.
De ECMWF berekening aan neerslag voor de periode van 02.00 uur vannacht tot morgenochtend 08.00 uur.
En tot slot; de neerslagverwachting voor vrijdagochtend 08.00 uur tot 14.00 uur morgenmiddag.
De atmosfeer besloot anders. Vanuit het zuiden trok vanochtend zo’n golf over het land en veroorzaakte vooral in het binnenland behoorlijk veel regen. Een dergelijke golf passeerde ons ook gisteravond en afgelopen nacht, met stevige plensregens. Daar waar we gisteren overdag en ook afgelopen dinsdag overdag geluk hadden, met slechts een enkele bui en de hevige neerslag buiten onze landsgrenzen, was het vandaag dus wel overdag raak. Het golvende front trekt (gelukkig) weldra weg. We houden nog buien over tot en met zaterdagmiddag, daarna komt tijdelijk een hogedrukgebied in zicht.
Bron: Meteo Consult.