Een aanzienlijk deel van het water op aarde bevindt zich in bevroren toestand. Maar liefst 75 procent van het zoete water is opgeslagen in gletsjers. Het totale areaal aan landijs (waaronder gletsjers) beslaat 10 procent van het wereldoppervlak. Duidelijk is dat nagenoeg alle gletsjers aan het smelten zijn. Uiteindelijk komt dat smeltwater in de zeeën en oceanen terecht, met als gevolg een zeespiegelstijging. Maar dat niet alleen. Het reflecterend vermogen van de aarde neemt door het wegvallen van de witte massa ook af, waardoor een extra temperatuurstijging te verwachten valt. Al met al genoeg redenen om te proberen de smelt van gletsjers te remmen, bij voorbeeld door ze in het zomerseizoen met doeken af te dekken.
De omvang en dikte van zowel ijskappen als zeeijs worden nauwgezet gemonitord. Hierboven ziet u twee platen van de Universiteit van Illinois, waarbij goed te zien is dat op 14 september 2008 beduidend minder zeeijs aan de oostkant van Groenland aanwezig was, dan exact een jaar eerder.
In de twee grafieken hieronder staat aangegeven wat de omvang is van de gletsjersmelt op Groenland. Voor drie jaren, respectievelijk 1996, 1998 en 2007, wordt de uitgestrektheid van de smeltzone aangegeven in oranje. Het gaat om de zomerperioden; van april tot en met oktober. Het eerste plaatje, 1996, toont een smelt die zich aan alle randen van het continent voordoet. Daarbij gaat het niet direct om het totaal aan ijs dat aan het verdwijnen is, maar wel om het gedeelte van de gletsjers dat onderhevig is aan het smeltproces. Twee jaar later, in 1998, zijn de meeste oranje zones groter geworden. Om vervolgens, 9 jaar later, weer beduidend groter uit te pakken.
Deze grafieken tonen de ijssmelt ijs op Groenland.
Hierboven in detail: Toename smelt in drie verschillende zomerjaren.
Tendens: steeds meer ijsoppervlak aan smelt ten prooi
In het onderste deel van de grafiek valt een grillige/piekerige lijn te zien waarbij de periode van 1978 tot en met 2008 is uitgezet en de bijbehorende gebieden van sneeuw en ijs die onderhevig waren aan smelt. De zwarte rechte lijn geeft de gemiddelden aan, een duidelijke trend opwaarts weergevend. Waarbij opwaarts betekent; meer smelt. Even een aantal pieken eruit lichten. Zoals daar is het jaar 1987, met bijna 25 miljoen vierkante kilometer die onderhevig was aan smelt. Pieken neerwaarts, met dus minder smelt, waren 1992 en 1996, terwijl 1998 juist weer rond de 25 miljoen vierkante kilometer schommelde. Ook al zijn de fluctuaties groot, de tendens van steeds grotere gebieden die met smelt te maken krijgen, lijkt duidelijk.
Albedo
Het titelwoord ‘albedo’ wordt gedefinieerd als het weerkaatsingsvermogen van een oppervlak. Wit ijs en verse sneeuw reflecteren ongeveer 90 procent van de inkomende zonnestraling. Dat is veel; het houdt in dat op een sneeuwoppervlak slechts 10 procent van de zonnestraling kan worden omgezet in warmte. De aarde als geheel reflecteert ongeveer 36 procent van de zonnestraling. Aangezien ijsoppervlakken, sneeuw- en ijskappen lang niet altijd geheel wit zijn, maar ook geregeld wat bruinig (door zand of vervuiiling op het ijs), wordt de gemiddelde reflectie door ijskappen op zo’n 80 procent berekend. Zouden alle gletsjers en grote delen van het zee-ijs verdwijnen, dan wordt veel meer van die straling omgezet in warmte, die op haar beurt ook weer bijdraagt aan het broeikaseffect.
Groenland vanuit de satelliet.
Inpakken
In de Alpen wordt de gletsjer op de Zugspitze al 16 opeenvolgende jaren toegedekt met een speciale ‘folie’. Veelal dekt men zo’n 30.000 kubieke meter ijs en sneeuw toe, middels 6000 tot 9000 vierkante meter doek. Twee belangrijke weerelementen krijgen zodoende nauwelijks grip op het ingepakte deel; zoninstraling en regen. Uit onderzoek is gebleken dat gletsjers bekleed met het doek 60 procent minder smolten en dus was het volgens een aantal wetenschappers tijd om ook ijsgebieden op Groenland in te pakken. En om verder te gaan met het testen van nieuwe soorten doek.
Aan het begin van dit zomerhalfjaar is een aantal onderzoekers, waaronder glacioloog en Nobelprijswinnaar Jason Box, naar Groenland geweest om te kijken welk materiaal voor die streek het beste resultaat zal opleveren. Het team heeft daar een gebied van 8000 vierkante meter bedekt met doeken en daaromheen ook registratieapparatuur geplaatst. Het team keert eind augustus terug om de resultaten te verzamelen en te interpreteren. Daarna zal hoogstwaarschijnlijk een uitgestrekte kuststrook van Groenland, met de oppervlakte van Groot-Brittannie, worden afgedekt. Mogelijk met de doeken van een Nederlands bedrijf; TenCate.
Bronnen: Meteo Consult, Ten Cate, Discovery, De Pers, NASA, Universiteit van Illionois.