We hebben in eigen land tot 1 april moeten wachten alvorens het voorjaar écht op gang begon te komen, maar daarna was het hek van de dam. April 2009 heeft dan wel geen geschiedenis geschreven, het was toch royaal de op één na warmste grasmaand, achter die uit 2007, maar nog ver voor april 1993. Die grasmaand stond tot dit jaar op de tweede plaats van de ranglijst van warmste grasmaanden. Daarbij was het ook zeer zonnig en droog.
Niet overal is het voorjaar echter zo goed uit de startblokken gekomen. Uiteraard begint in het Hoge Noorden de lente later en meer aarzelend, maar ook in Zuid-Europa zijn er plekken te vinden waar de winter (nog) niet van wijken weet. We moeten dan wel hoog de bergen in en op die plaatsen zullen we ons nu concentreren.
De sneeuwdikte op 18 januari. Op het dak op de voorgrond is goed de geribbelde structuur van de sneeuw zichtbaar.
Op 11 maart werd de maximale sneeuwdikte van dit winterseizoen bereikt.
Sneeuwrijk winterseizoen
Niet voor niets wordt er beweerd dat men in de bergen op slechts een paar kilometer afstand verschillende klimaatzones aantreft, waarvoor men op zeeniveau een paar duizend kilometer moet reizen. In de Alpen is dat overduidelijk. Men heeft daar een subliem skiseizoen achter de rug, daar waar het in voorafgaande jaren meer dan eens kommer en kwel was. Het heeft voor de skiër toch iets droevigs als hij zich voorbeweegt over een piste, die als een wit lint door een verder sneeuwloos landschap slingert. Al halverwege de herfst begon het echter te sneeuwen en kwam er een dik sneeuwtapijt tot stand, dat zich op wat grotere hoogte tot op de dag van vandaag wist te handhaven, hoewel het skiseizoen inmiddels als beëindigd wordt beschouwd!
In de (diepe) dalen heeft de lente natuurlijk al van zich laten horen, maar op grotere hoogte is de sneeuw nog lang niet weggedooid. Ook de laatste weken is daar regelmatig nog een dik pak van het witte goedje gevallen. Als voorbeeld concentreren we ons in het navolgende op het Zwitserse plaatsje Bettmeralp, dat op bijna 2000 meter hoogte, op een noordhelling is gelegen van het Rhônedal. De ter plaatse aanwezige webcam biedt een prachtig uitzicht op (een deel) van het plaatsje zélf, het dal en de omgeving, zie de foto’s hiernaast.
Door de intense zonnestraling zijn op 14 april de daken al het meeste van hun sneeuwlast kwijt. De grond is echter nog totaal bedekt.
Een paar dagen later wordt het witte goedje alweer aangevuld.
De winter in Bettmeralp
Op een hoogte van rond 2000 meter is het duidelijk dat de winter lang duurt en meestal sneeuwrijk verloopt. Toch is het zelfs daar de afgelopen winters regelmatig voorgekomen dat het zacht was en regende, waarbij de eerder gevallen sneeuw grotendeels wegsmolt. Op gunstige locaties kunnen sneeuwresten soms echter de hele zomer overleven.
Dit winterseizoen was het echter niet mogelijk om de grond vrij van sneeuw te zien en, zoals de webcam duidelijk toonde, gold dat zelfs ook voor veel van de lager gelegen hellingen aan de overkant van het dal. Toch is het klimaat er niet precies vergelijkbaar met een koude en sneeuwrijke locatie in het Hoge Noorden. Er valt namelijk niet uit te vlakken dat de zon in Zuid-Zwitserland niet op dezelfde manier schijnt als bijvoorbeeld in Lapland. In dat laatste gebied blijft de zon sowieso erg laag staan, en zit rondom de kortste dag zelfs permanent onder de horizon. In de Alpen is dat niet zo. Zelfs eind december kan de zon nog heel wat uurtjes schijnen en medio maart zal de wintersportliefhebber op 2000 meter hoogte op een zonnige dag al meer UV-straling kunnen opvangen dan op een zonnige meidag in eigen land.
Eind april valt er...
Opnieuw een dik pak.
Nu, eind april, is de straling in Bettmeralp bij de hoogste zonnestand zeer intens, terwijl in Lapland de zon weliswaar veel langer boven de horizon vertoeft, maar nog behoorlijk laag blijft hangen.
Bij zonnig weer in de Alpen zal daarom in deze tijd van het jaar veel sneeuw smelten, of bij temperaturen onder nul, sublimeren, een proces dat in het Hoge Noorden nog veel langzamer verloopt. Meestal komt daar de sneeuwsmelt pas een paar weken later sneller op gang, als ook de luchttemperaturen flink beginnen op te lopen. Op de foto’s hiernaast, is duidelijk de ontwikkeling en schommeling in het sneeuwdek te zien. Vooral de bomen en daken raken hun sneeuwlast snel kwijt in het voorjaar, maar aan de andere kant vindt er nog regelmatig een hernieuwde aanvulling plaats. Op de daken kan men in de loop van het seizoen aan de structuur van de sneeuwlagen zien hoeveel situaties met hevige sneeuwval er zijn geweest.
Ondanks die krachtige zonnestraling duurde het in Bettmeralp tot in de laatste aprilweek alvorens de sneeuw hier en daar genoeg was geweken om de straat daaronder weer zichtbaar te maken.
Dat was overigens nog geen blijvertje. De afgelopen dagen dumpte een actieve storing opnieuw rond een halve meter van het witte goedje op de bergplaats. Maar zodra mei op de kalender is verschenen, zal de lente toch langzaam maar zeker zijn definitieve intrede gaan maken…
Bron: Meteo Consult. Foto’s: webcam Bettmeralp.