Hoewel het echte kouderecord is gemeten in januari (-27,4 op 27 januari 1942, Winterwsijk), komt februari daar direct achter. Zo zijn in De Bilt de twee koudste dagen weliswaar van januari (/24,8 op 27/1/1942 en -23,4 op 26/1/1942), maar de volgende drie komen uit februari: 16 februari 1956 gaf -21,6 graden, 4 februari 1912 gaf -20,0 en 15 februari 1956 gaf -19,6 graden. Ondanks dat de nachten korter worden is extreme kou in februari dus mogelijk. Een verklaring kan gezocht worden in de grotere kans op sneeuw in februari. Vaker worden vorst en sneeuw gecombineerd dan in januari. En een sneeuwdek is nu eenmaal onmisbaar bij strenge nachtvorst. Vlak boven de sneeuw kan de lucht ongehinderd afkoelen doordat de lucht bij afkoeling dan alsmaar droger kan worden. Het plaatsje Uithuizermeeden ligt in Groningen en is ook bekend van de sneeuwstorm van 1979.
Hefswal (Uithuizermeden) is bekend van de sneeuwstorm in 1979
We moeten ook niet vergeten dat de koudste dag aller tijd van februari is: 16 februari 1956, met gemiddelde van -14,5. (De koudste dag van de laatste tijd is 14 januari 1987: gemiddelde van -13,2 graad). Tevens was februari 1956 de koudste maand ooit: maandgemiddelde -6,0! Van begin tot eind vroor het toen, begin maart begon het pas te dooien.
Bij andere stations dan De Bilt is het soms februari die juist de laagste temperatuur geeft. Den Helder: -18,8 op 1 januari 1979. Eelde: -22,9 op 16 februari 1956. Maastricht: -20,2 op dezelfde dag. En Vlissingen: -19,6 op 21 februari 1956.
In de buurlanden is februari wat minder favoriet voor recordkou. Wel is februari 1956 in België ook de koudste maand. Pikant daarbij is dat de gemiddelde temperatuur in Ukkel die maand -6,1 graad was. Dat is dus nog een tiende lager dan De Bilt. Ook het februarirecord van Belgie komt uit '56: -25,7, gemeten op 1 februari bij de `Barracque Michel`, een stuwdam bij de plaats Jalhay, niet ver van Luik. Het absolute Belgische record is -30,1 van 20 januari 1940. Dat is gemeten in Lesse bij Rochefort.
Het Duitse kouderecord komt wel uit februari: -37,8, uit de bekende winter van 1929. Het is gemeten bij de plaats Hüll op 12 februari, de dag dat de Elfstedentocht verreden werd. Hüll ligt in Zuidoost-Duitsland, in de buurt van Nürnberg. In de bergen zijn nog lagere temperaturen bekend: eind 2001 werd bij de Funtensee -45,9 op getekend. De Funtensee is een bergdal op 1600 meter, op de grens met Oostenrijk. En speciaal voor die kou is een meetstation geplaatst.
Meetstation in de Funtensee
Groot-Britannië heeft zijn laagste temperatuur uit december: -27,2 in Altnaharra. Altnaharra ligt in het noorden van Schotland. Het Deense kouderecord is -31.2°C, gemeten op 8 januari 1982 in Hørsted/Thy, op de grens met Duitsland.
Minimumtemperaturen van -20 of lager komen in Nederland dus weinig voor. De laatste keer was dat op 6 januari van dit jaar in Ell (Limburg), -20,8. En daarvoor op 4 maart 2005 in Marknesse: -20,5. Als er een nieuw sneeuwdek is (van minstens 5 cm, zodat alle grond goed is bedekt), dan is er daarna enkele dagen de tijd voor een extreme minimumtemperatuur. Het moet dan opklaren en de wind moet zwak zijn. Wordt de sneeuw ouder en harder, dan zal de temperatuur minder ver zakken.
Bron: Jules Geirnaerdt Meteo, KMI, KNMI, Wikipedia.