Meteoroloog William Gray meldt op de National Hurricane Conference (USA), dat hij een erg actief orkaanseizoen verwacht. Hij geeft echter nog geen getallen prijs. Dit zal op 10 april gebeuren. Gray is het hoofd van het Tropische Meteorologisch Project van de staat Colorado. Volgens hem kan alleen een ontwikkeling van een El Niño de activiteit afremmen. Deze optie wordt steeds minder waarschijnlijk. Gray vervolgt, dat de USA veel geluk heeft gehad. De zestien jaar (sinds 1995) is een actieve periode geweest betreffende orkanen. Maar in de meeste jaren is de USA bespaard gebleven van een directe hit door orkanen met windsnelheden van 178 km/h (111 mph) of meer.
© onweer-online
Bron: Clickorlando
| Gewijzigd: 29 maart 2013, 14:13 uur, door Marga
Het meteorologisch team Philip Klotzbach en William Gray verwachten een boven gemiddeld Atlantisch orkaanseizoen in 2013. Volgens de heren komen er 18 tropische stormen waarvan 9 zullen uitgroeien tot een orkaan. Een gemiddeld jaar, gebaseerd op de meteorologische data vanaf 1950, heeft 12 tropische stormen, waarvan 7 er uitgroeien tot een orkaan. De verwachting werd woensdagmorgen bekend gemaakt op Colorado State University's Tropical Meteorology Project. Het Attlantisch orkaanseizoen begint op 1 juni en eindigt op 30 november.
Gray's team was de eerste organisatie, die een verwachting voor een orkaanseizoen opstelde. Dit gebeurde al in 1984. De verwachting over 2012 - 10 stormen met een naam en 4 orkanen - was ver beneden de daadwerkelijke situatie. Vorig seizoen vormden zich 19 stormen waaronder 10 orkanen. Eén van die orkanen is orkaan Sandy, die vorig jaar oktober het noordoosten van de USA teisterde. Door Sandy kwamen tientalle mensen om het leven en werd er voor miljarden dollars schade aangericht. 2012 was het derde opeenvolgende seizoen met 19 stormen.
De verwachting over 2013 voor het gehele Atlantische bassin (waaronder ook de Caribische zee en de Golf van Mexico). Klotzbach zegt, dat er 9 orkanen gaan komen. Vier van deze gaan uitgroeien tot een "major hurricane" (categorie 3 of hoger). "De tropische Atlantische oceaan is in de afgelopen maanden abnormaal opgewarmd. De kans op een El Niño deze zomer en herfst is onwaarschijnlijk," zegt Klotzbach. "El Niño wordt geassocieerd met een krachtigere verticale shear over de tropische Atlantische Oceaan. Hierdoor zijn de omstandigheden minder gunstig voor het ontwikkelen van een storm."
Het team van de afdeling meteorologie van de universiteit van Colorado State heeft de neiging conservatief te zijn. Sinds 2000 heeft het team het aantal tropische stormen met een naam en het aantal orkanen 7 keer onderschat. Daarintegen hebben ze 3x het aantal overschat en was tot 3x toe bijna correct (marge van 2 stormen). Verzekeringsmaatschappijen, crisismanagers en nieuwsmedia gebruiken de verwachtingen van Colorado STate om de Amerikanen voor te bereiden op de jaarlijkse dreiging van orkanen. De gehele kustlijn van de USA heeft voor 72% kans op het aan land komen van een major hurricane. Het langetermijngemiddelde is 52%. De namen van de eerste stormen zullen zijn: Andrea, Barry, Chantal, Dorian en Erin. Het orkaanseizoen voor de oostelijke Pacific start op 15 mei.
© onweer-online
Bron: USA today
The Weather Channel heeft op 8 april zijn eerste verwachting voor het komende orkaanseizoen gepubliceerd: Het gaat een actiief seizoen worden. Volgens TWC gaan er 16 stormen met een naam ontstaan, waarvan 9 uitgroeien tot een orkaan incl 5 major hurricanes (categorie 3 of hoger). Deze getallen liggen boven het lange-termijngemiddede van 1950-2012 en ligt boven het gemiddelde van het huidige actieve tijdperk van 1995-2012 (15 stormen met een naam, 8 orkanen en 4 grote orkanen).
Drie opeenvolgende Atlantische orkaan seizoenen hadden 19 stormen. In slechts 7 seizoenen kwamen er meer dan 10 orkanen voor. Onder de vier landfalls in de USA waren de meest intense tropische cycloon, die aan land kwam voor 1 juni (tropische storm Beryl), een tropische storm Debby die het land doorweekte, een pijnlijk langzame orkaan Isaac en één van de meest destructieve stormen in de geschiedenis van de USA: superstorm Sandy.
Opwarming oceaan
Eén specifiek meteorologisch aspect maakt de lange-termijn meteorologen ongerust over 2013. "Eén van de neveneffecten van het afwijkende weerpatroon in Maar is een scherpe toename van de zeewatertemperaturen in het tropische deel van de noordelijke Atlantische Oceaan," zegt Dr. Todd Crawford, chef meteoroloog van Weather Services International (WSI), onderdeel van The Weather Company. "Het is nog wel drie maanden voordat het orkaanseizoen officieel begint, maar deze vroege opwarming van de tropische wateren is een indicatie, dat er een actief orkaanseizoen voor de deur staat. Onze statistische verwachtingsmodellen bevestigen deze hypothese," zegt Crawford. "Onze huidige verwachtig is een beetje behoudend zijn als de warme tropische oceaan temperaturen aanhouden in het seizoen."
El Niño
Een tegenspeler van het effect van de warmer-dan-gemiddelde-oceaan-temperaturen is een mogelijk verschijnen van een El Niño. Een krachtigere windshear, een remmende factor voor de ontwikkeling van tropische stormen. is onderdeel van een El Niño. Echter is er op dit moment geen aanwijzing - zowel klimatologisch als statistisch - dat een El Niño zich zal gaan ontwikkelen.
Geschiedenis leert: wees voorbereid, ieder seizoen
"Via de wetenschappers bij WSI heeft The Weather Channel sinds 2006 verwachtingen uitgebracht betreffende het Atlantische orkaanseizoen. De prognoses zijn gebasseerd op hoogstaande wetenschappelijke technieken en maken onder andere gebruik van patronen van oceaan temperaturen in zowel de Atlantische als de Stille Oceaan. De prognoses van The Weather Channel hebben bewezen zeer accuraat te zijn en hebben over het algemeen binnen een marge van 2 stormen het aantal goed voorspeld. Het is belangrijk om op te merken, dat het aantal verwachte stormen, tropische cyclonen betreft, die overal op de Atlantische Oceaan kunnen voorkomen en dus niet alleen de orkanen, die aan land komen in de USA.
Senior Meteoroloog Stu Ostro zegt, dat sommige bedrijven, zoals de klanten van WSI belang hechten aan de prognoses betreffende het orkaanseizoen. "Het totale aantal stormen is belangrijk voor mij, omdat ik dan weet hoe druk ik het krijg dit seizoen. Bijvoorbeeld: er kwam geen enkelen orkaan aan land in de USA in 2009 en in 2010. Desalniettemin heb ik vaak aangegeven en het is ook de filosofie van TWC, dat deze prognose absoluut niet nauwkeurig kunnen aangeven hoe veel en waar een orkaan aan land komt en hoeveel mensen er getroffen gaan worden door orkanen. Bewoners van orkaangevoelige gebieden moeten altijd voorbereid zijn, ongeacht de prognoses. In 1983 waren er slechts vier stormen met een naam. Maar één daarvan was Alicia een categorie 3 orkaan, die de Houston-Galveston regio trof. Er vielen net zoveel doden als Andrew veroorzaakte in 1992 in zuid Florida. Er is dus maar één storm nodig om een hoop ellende te veroorzaken".
Aan de andere kant van het spectrum van die twee relatief rustige orkaanseizoenen, die beide een enkele desastreuze landfall hadden, staat het actieve seizoen van 2010. Dat jaar ontstonden er 12 orkanen in het Atlantische bassin. In totaal waren er 19 stormen met een naam. Ondanks het grote aantal stormen dat jaar, kwam er geen één enkele orkaan en slechts één tropische storm aan land in de USA.
© onweer-online
Bron: The Weather Channel
Citaat van Accuweather Atlantic Hurricane Season Key Points:
1. The season may begin quickly this year with development in the Caribbean in June.
2. AccuWeather.com is predicting strong storms this year with a strength of category 2 or higher.
3. Areas along the East coast to the Gulf of Mexico are at risk for impacts from a tropical system.
Het Atlantisch orkaanseizoen 2013 gaat volgens de meteorologen van Accuweather een actief seizoen worden. Het team verwacht 16 stormen met een naam, 8 orkanen en 4 grote orkanen (cat 3 of hoger). Van deze zullen - volgens het team - er drie aan land gaan komen in de USA. Het warme water in de Atlantische Oceaan en in de Cariben in combinatie met een minder frequente windschering worden ervoor, dat er een boven gemiddeld aantal stormen gaat voorkomen. Het gemiddelde ligt - volgens NOAA - op 12 stormen. Hierbij opgemerkt, dat in 2013 de stormen / orkanen krachtiger zullen zijn dan in 2012.
De episodes met Saharazand/stof - een factor, die het ontstaan van een systeem kan remmen - zullen dit seizoen minder frequent voorkomen. Door de verminderde hoeveelheid zand/stof kunnen systemen makkelijker uitgroeien tot een categorie 2 of hoger orkaan. Het seizoen zal normaal gaan verlopen. Dit in tegenstelling tot vorig jaar, waar voor de officiële start van het seizoen op 1 juni er al twee systemen met een naam waren ontstaan. Als er meer stormen aan het begin van het seizoen ontstaan, kan het aantal nog hoger uitvallen dan nu wordt verwacht.
Volgens senior meteoroloog Dan Kottlowski waren de vroege stormen van vorig jaar een anomalie. Volgens hem liggen we dit jaar meer op koers van een typisch actief seizoen. De grootste zorgen over het komende seizoen betreffen de ontwikkeling in de Golf van Mexico, een impact in Florida en een impact aan de Oostkust. Florida had volgens Kofflowski allang getroffen moeten worden door een orkaan. Alhoewel de staat in de afgelopen jaren al een aantal keren is getroffen door een tropische storm is Florida in 2005 (Wilma) voor het laatst getroffen door een orkaan. Aan de Oostkust kampt men nog steeds met de schade van superstorm Sandy. Hierdoor is dit gebied extra kwetsbaar voor de impact van een systeem. De duinen hebben behoorlijke schade opgelopen. Hierdoor heeft een mogelijke storm-surge van een systeem - zelfs honderden kilometers verderop - vrij spel en is de kans op overstromingen groot.
© onweer-online
Bron: Accuweather
De jaarlijkse orkaan vooruitzicht van het NOAA over 2013, is vadaag bekend gemaakt, waarin men een zeer aktief tot extreem seizoen verwacht. Het 6 maanden durend seizoen die loopt vanaf 1 juni zal naar verwachting 70 % kans hebben op een naamsgebonden orkaan van tussen de 13 en 20 stuks in totaal ( windsnelheden van 39 mijl per uur). In 7 tot 11 gevallen kan het uitgroeien tot orkaankracht ( 74 mijl per uur of hoger ) met 3 tot 6 Orkanen van grote aard categorie 3 t/m 5 ( wind 111 mijl per uur of hoger).
Deze verwachting komt boven het gemiddelde uit van 12 benamde stormen per jaar waaronder 6 orkanen en 3 grote orkanen. Na de verwoestende storm SANDY van vorig jaar in het achterhoofd is het NOAA dit jaar vastbesloten er alles aan te doen om levensreddende voorspellingen te kunnen doen zodat iedereen zich tijdig kan voorbereiden.
De 3 klimatologische reden voor de extreme verwachting zijn ;
- Een voortzetting van het patroon westelijke afrikaanse monsoon stroming wat de oorzaak was van de onophoudelijke vorming van Orkaanen op de atlantische Oceaan vanaf 1995
- De water temperatuur van het tropische gedeelte Atlantische Oceaan en Caribische zee, die hoger is dan gemiddeld
- verwachting dat EL Ninio de systemen niet beinvloed of onderdrukt.
Gezien de klimatologische omstandigheden zijn dit de voedingsbodems voor grote en sterke Orkanen dit jaar. Hoe deze aan land zullen uitpakken kan men niet voorspellen, dat heeft meer met andere weersomstandigheden ( blokade's) te maken.
Dit jaar zal men ook in real time de data van de z.g. orkaanvliegtuigen met dopplerradar doorgeven aan het NHC wat de HRWF modellen snel en nauwkeurig kan aanvullen wat de voorspelling met 15 % vergroot.
Da andere Oceanen zullen volgens de verwachtingen hetzelfde tot mischien zelfs onder het gemiddelde zijn.
@Onweer-Online
bron:NOAA
NOAAClimate | Gewijzigd: 14 februari 2017, 11:53 uur, door Joyce.s
In Amerika gaat vandaag de zogenaamde ‘National Hurricane Preparedness week’ van start. Het doel van deze week is mensen bewust te maken van hun eigen kwetsbaarheid bij orkanen. Mensen moeten weten hoe ze zich voor kunnen bereiden op dit natuurgeweld. Het thema is dan ook niet voor niets ‘Be Prepared – Get A PLAN’. Tegelijkertijd heeft ook de orkaanafdeling van de Amerikaanse weerdienst (NOAA National Hurricane Center) zijn verwachting voor het komende seizoen bekend gemaakt. Voor de Atlantische Oceaan wordt een actief seizoen verwacht. In het oostelijk deel van de Grote Oceaan lijken zich echter minder orkanen en tropische stormen dan normaal voor te doen.
Orkanen komen op veel plaatsen in de wereld voor. Hier zie je de routes van alle tropische cyclonen van 1985-2005. Bron: Wikipedia.
De Verenigde Staten liggen ingeklemd tussen twee gebieden waar orkanen voorkomen. Het meest bekend zijn de orkanen en tropische stormen die vanaf de Atlantische Oceaan het midden en oosten van Amerika een bezoek kunnen brengen. Het seizoen loopt in deze regio van juni tot en met november. Ook langs de westkust komt het natuurgeweld voor. Hier begint het seizoen zelfs een halve maand eerder.
Ontstaan van orkanen
Orkanen ontstaan boven warm zeewater. In het verleden dacht men dat het zeewater ten minste 26 graden moest zijn, maar in bijvoorbeeld 2005 zijn een aantal orkanen en tropische stormen boven kouder water ontstaan. Boven dit warme zeewater stijgen gemakkelijk bellen met warme en vochtige lucht op. Hoger in de atmosfeer komen deze luchtbellen in koelere luchtlagen terecht waardoor ze afkoelen. Door die afkoeling neemt de luchtvochtigheid toe. Koude lucht kan namelijk minder vocht bevatten. Als de luchtvochtigheid 100 procent wordt, ontstaan uiteindelijk wolken die door het doorgaan van het hierboven genoemde proces uitgroeien tot onweersbuien.
De orkanen die boven de Atlantische Oceaan ontstaan en naar Amerika trekken, zijn het bekendst. Deze foto is van orkaan Sandy in 2012. Dit jaar worden hier meer orkanen dan normaal verwacht. Bron: NASA/NOAA.
Deze onweersbuien worden met de stroming meegenomen over de oceaan richting land en weten ondertussen uit te groeien tot een groot onweerscluster en vervolgens een tropische depressie. Zodra de windsnelheden oplopen tot ten minste 63 kilometer per uur is sprake van een tropische storm. Als de wind uiteindelijk snelheden van 119 kilometer per uur of meer bereikt, is een orkaan een feit.
Minder orkanen dan gemiddeld in Oostelijke Grote Oceaan
Het National Hurricane Center (NHC) van de Amerikaanse weerdienst NOAA maakt ieder jaar verwachtingen voor het komende orkaanseizoen. Tijdens de afgelopen week zijn die naar buiten gebracht. Voor het oostelijk deel van de Grote Oceaan worden minder orkanen en tropische stormen dan gemiddeld verwacht. In de verwachting staat dat er 55% kans is op een seizoen met minder activiteit dan normaal en 35% kans op een normaal seizoen. Voor een actief seizoen wordt een kanswaarde van slechts 10% gegeven.
Minder bekend zijn de orkanen in het oostelijk deel van de Grote Oceaan. Hier lijkt het een rustig seizoen te worden. Bron: NASA.
Hierdoor geeft de weerdienst 70% kans op 11 tot 16 stormen die uiteindelijk een naam krijgen. Daarvan groeien er 5 tot 8 uit tot een orkaan en 1 tot 4 tot een zware orkaan (categorie 3 tot en met 5 op de schaal van Saffir Simpson). Het gemiddelde ligt op 15 tropische stormen met naam, 8 orkanen en 4 zware orkanen.
Als reden voor dit minder-actieve seizoen worden twee belangrijke factoren gegeven. Zo is in 1995 een tijdperk begonnen met minder orkanen en andere tropische systemen. Men verwacht dat dit klimaatpatroon niet zal wijzigen. Een tweede reden heeft te maken met El Nino en La Nina. Beide lijken onwaarschijnlijk. Het gevolg is dat de zeewatertemperaturen rond of onder normaal zijn. Voor het ontwikkelen van tropische systemen is echter warmer zeewater nodig.
Ook het Amerikaanse weerbureau AccuWeather heeft een verwachting voor het orkaanseizoen gemaakt. Deze verwachting is vergelijkbaar met die van de nationale weerdienst.
Actief orkaanseizoen in Atlantische Oceaan
In een gemiddeld seizoen in de Atlantische Oceaan komen 12 tropische stormen met naam, 6 orkanen en 3 zware orkanen voor. Men verwacht dit jaar echter 13 tot 20 tropische stormen (met naam), 7 tot 11 orkanen en 3 tot 6 zware orkanen. Deze verwachtingen liggen duidelijk boven het gemiddelde.
De Amerikaanse weerdienst geeft hiervoor drie belangrijke redenen. Ten eerste veroorzaakt een actieve moesson bij West-Afrika (het brongebied van de Atlantische orkanen) al sinds 1995 actieve orkaanseizoenen. Ook dit jaar lijkt de moesson hier weer sterk te zijn. Ten tweede zijn de watertemperaturen in de Atlantische Oceaan en Caribische Zee hoger dan normaal. Tot slot speelt ook hier het ontbreken van El Nino een rol. El Nino zorgt namelijk voor minder orkanen dan normaal, maar dit jaar speelt dit weerfenomeen dus geen beperkende rol in het ontstaan van het natuurgeweld.
n deze afbeelding van FOX10TV wordt het ontstaan van orkanen goed weergegeven. Boven warm zeewater ontstaan onweersbuien die samenclusteren en vervolgens uitgroeien tot achtereenvolgens tropische depressie, tropische storm en orkaan.
Voorbereiden op de orkanen
Dat orkanen gevaarlijk zijn, hoeven we waarschijnlijk niet verder uit te leggen. Maar het zijn niet alleen de zware regenval en hevige wind die risico’s vormen. Orkanen veroorzaken ook overstromingen en vloedgolven. Daarnaast kunnen tornado’s voorkomen. Deze wervelwinden zitten bij zo’n orkaan ingekapseld in regen, waardoor mensen ze niet zien aankomen en ze extra gevaarlijk zijn.
Het zijn overigens niet alleen de wind en regen die het gevaar vormen. Orkanen kunnen ook overstromingen, vloedgolven en tornado’s veroorzaken. Bron: NOAA/The COMET Program.
Tijdens de voorlichtingscampagne die vandaag van start is gegaan, worden mensen niet alleen gewezen op deze gevaren en hun kwetsbaarheid. Inwoners van de Verenigde Staten krijgen ook voorlichting over de maatregelen die ze kunnen treffen. Daarbij wordt gewezen op vluchtroutes, schuilplaatsen en het aanleggen van noodpakketten. Ook worden belangrijke informatiebronnen als websites, TV-kanalen en radiozenders onder de aandacht gebracht.
Opmerkelijk
In Amerika wordt nog altijd veel onderzoek gedaan naar dit natuurgeweld. Opmerkelijk is daarbij dat gebruik gemaakt wordt van vliegtuigen die regelrecht de stormen invliegen. Het doel is informatie verzamelen. Zo worden luchtdruk, temperatuur, luchtvochtigheid en wind gemeten. Daarnaast worden radarbeelden gemaakt en sondes afgeschoten om ook op andere plaatsen in de orkaan informatie te verzamelen.
Bronnen: Meteo Consult en NOAA National Hurricane Center.
De orkanen dit jaar worden 30 procent erger dan normaal, voorspelt het Rode Kruis. Het orkaanseizoen, dat vorige maand begon, kondigt zich bijzonder fors aan. "De verwachtingen zijn dat dit orkaanseizoen 30 procent sterker zal zijn dan het gemiddelde voor de periode 1915-2012", zegt de Canadees Jan Gelfand, operationeel directeur Amerika van het Internationale Rode Kruis. De hulporganisatie houdt rekening met zestien tropische stormen en acht grote orkanen. Ook de Amerikaanse en Cubaanse meteorologen hebben er geen goed oog in dit jaar. De Amerikaanse meteorologische dienst waarschuwde al voor een "buitengewoon orkaanseizoen". Het Instituut voor Meteorologie in Cuba verwacht dat het eiland dit jaar door een grote orkaan wordt getroffen.
Orkaan Mitch
Meeste natuurrampen
Latijns-Amerika en de Caraïben tellen het grootste aantal natuurrampen ter wereld en het op een na hoogste aantal doden als gevolg van natuurrampen. Het Rode Kruis heeft nu een systeem ontwikkeld om via mobiele telefoontoestellen en een barcode makkelijker gegevens over slachtoffers te verzamelen. Daardoor kunnen wachttijden in de hulpverlening van enkele uren tot een paar minuten worden teruggebracht, zegt Gelfand. "We hebben de mogelijkheid om slachtoffers te registeren zonder papierwerk." Een van de zwaarste orkanen in de regio was Mitch, die grote verwoestingen aanrichtte in Centraal-Amerika. Hij maakte meer dan achtduizend doden, vooral in Honduras en Nicaragua.
Bron: HLN / Foto + Kaart: NOAA
Het 2013 orkaanseizoen zal een boven gemiddelde activiteit hebben, echter door de relatief koelere wteren van de oceaan zullen stormen en orkanen meer moeite hebben om zich te volgen. De meteorologen van de universiteit van Colorado (CSU) hebben hun verwachting voor het seizoen 2013 iets naar beneden bijgesteld. Zij verwachten 8 orkanen, waarvan 3 uitgroeien tot een major (cat 3 of hoger) orkaan. In juni verwachtte het team nog 9 orkanen waarvan er 4 zouden gaan uitgroeien tot een grote orkaan. Het team verlaagde de kans, dat een orkaan aan land komt aan de kustlijn van de USA van 72 naar 64%. Het verwachtte aantal tropische stormen blijft gehandhaafd. Er zijn dit seizoen reeds vier tropische stormen ontstaan. Echter geen enkele is uitgegroeid tot een orkaan. In een gemiddeld seizoen komen er 12 tropische stormen voor met 6 orkanen en 3 grote orkanen.
"Hoewel het tropisch deel van de Atlantische oceaan warmer is dan normaal is het in het oostelijk deel van het bassin iets afgekoeld," zegt Phil Klotzbach, hoofd van het team van CSU. "De kans op een El Nino deze zomer en najaar blijft zeer klein". Het El Nino weerpatroon, gekenmerkd door een opwarming van het tropische deel van de Stille Oceaan, neemt een krachtige windshear met zich mee welke de vorming van orkanen afremt. Volgens CSU is de kans, dat een major hurricane de Golfkust of de Oostkust van de USA treft 40%. Er is een 53% kans, dat een grote orkaan de Carribean treft.
© onweer-online
Bron: Reuters
NOAA heeft op 8 augustus de verwachting van het orkaanseizoen 2013 bijgesteld: het seizoen is boven gemiddeld actief en kan zelfs zeer actief worden. In dit seizoen zijn er al 4 stormen met een naam ontstaan. De piek van het seizoen - van mid augustus tot oktober - moet nog komen. "Ons geloof in een boven-gemiddeld-seizoen is nog steeds groot. De verwachte atmosferische en oceanische omstandigheden voor de ontwikkeling van stormen zijn inderdaag aanwezig," zegt Gerry Bell, PH.D. aan het NOAA’s Climate Prediction Center, afd seizoensverwachtingen orkanen. "Ook zijn twee van de vier stormen met een naam ontstaan in de diepe tropische Atlantische Oceaan. Dit is historisch gezien een goede aanwijzing voor een actief seizoen."
De voorwaarden voor een storm liggen op hun plek en zijn gelijk aan de voorwaarden, die menig actief Atlantisch orkaanseizoen hebben voortgebracht. De omstandigheden zijn: een boven gemiddelde oppervlaktetemperatuur van het zeewater in de Atlantische Oceaan en een actief regenseizoen in West Afrika. Hierdoor ontstaan er windpatronen, die helpen om tropische systemen te laten ontwikkelen tot tropische stormen en orkanen.
Volgens de bijgestelde verwachting is er een 70% kans op een boven gemiddeld seizoen. Inclusief de tropische stormen Andrea, Barry, Chantal, and Dorian zullen er 13 tot 19 stormen met een naam gaan ontstaan waarvan 6 tot 9 uitgroeien tot een orkaan. Van deze 6 tot 9 orkanen zullen er 3 tot 5 uitgroeien tot een "major hurricane" (categorie 3 of hoger). Deze getalling liggen boven het 30 jarig seizoens gemiddelde van 12 stormen met een naam, 6 orkanen en 3 grote orkanen.
De bijgestelde verwachting is gelijk aan de verwachting, die opgesteld is in mei (zie bovenstaand bericht). Echter de verwachting voor het extreme niveau van activiteit is naar beneden bijgesteld. De reden hiervoor is een verminderde waarschijnlijkheid van de ontwikkeling van La Niña. Een andere factoren zijn het gebrek aan orkanen in juli, meer variabiliteit in de windpatronen boven het tropische deel van de Atlantische Oceaan en iets zwakkere modelverwachtingen. In mei werden er 13-20 stormen met een naam, 7-11 orkanen en 3-6 grote orkanen verwacht.
© onweer-online
Bron: NOAA
Begin juni is het halfjaarlijkse orkaanseizoen in het Atlantische Bassin weer van start gegaan. Het National Hurricane Center (NHC) van de Amerikaanse weerdienst NOAA, voorspelt voor dit jaar een actief tot extreem actief seizoen. Vooralsnog is het relatief rustig geweest wat de orkanen betreft, maar het hoogtepunt moet natuurlijk nog komen.
Naar verwachting is er dit seizoen zo’n 70 procent kans op 13 tot 20 stormen die een naam krijgen. De windsnelheden moeten daarvoor hoger liggen dan 62 kilometer per uur. Zeven tot tien daarvan zouden orkanen kunnen worden, waarbij de windsnelheden oplopen tot 120 kilometer per uur of meer, en 3 tot 6 daarvan zouden dan weer een zogeheten ‘Major Hurricane’ kunnen worden, ofwel een categorie 3, 4 of 5 orkaan. De windsnelheden bereiken dan 175 kilometer per uur of meer.
Diverse weergerelateerde organisaties houden zich bezig met de verwachting van het komende orkaanseizoen. De meest bekende organisatie is het National Hurricane Center dat hoort bij de Amerikaanse weerdienst NOAA. Het merendeel van deze organisaties gaat er vanuit dat het een actief tot zeer actief seizoen gaat worden dit jaar.
Hogere verwachting dan normaal
Deze verwachting ligt relatief hoog ten opzichte van het normale gemiddelde van 12 stormen die een naam krijgen, 6 orkanen en 3 extreme orkanen (major hurricanes). De lat ligt dit jaar dus hoog wat het aantal orkanen betreft en dat heeft te maken met 3 verschillende factoren in het klimaat die de activiteit van het orkaanseizoen bepalen, namelijk: de aanwezigheid van de sterke West-Afrikaanse moesson, het uitblijven van El Niño dit jaar en de hoger dan gemiddelde zeewatertemperaturen in de Atlantische Oceaan en Caribische Zee. Ook zitten we momenteel in een actieve orkaancyclus dat in 1995 van start is gegaan en zijn er heel vroeg in het seizoen al 2 tropische stormen geweest (Chantal en Dorian). Deze beide factoren spelen ook mee in de hogere verwachting ten opzichte van normaal.
Momenteel is het ook erg rustig op het Atlantische Bassin, maar de komende maanden kan er nog van alles gebeuren!
5 vergelijkbare jaren
De universiteit van Colorado (CSU) houdt zich ook bezig met de verwachting van het orkaanseizoen. Zij komen net als het NHC ook met een hoger dan gemiddelde verwachting door de bovenstaande factoren en zij hebben bovendien 5 voorgaande actieve jaren met elkaar vergeleken. Het jaar 2008 was een heel actief jaar, met 16 genaamde stormen en 4 major hurricanes (Gustav, Ike, Paloma en Omar). Het jaar 2007 had 15 genaamde stormen en 2 orkanen in de categorie 5 (Dean en Felix). En ook de jaren 1996, 1966 en 1952 staan met vergelijkbare hoeveelheden stormen en orkanen in de boeken. In deze 5 jaren waren de condities in de atmosfeer en de oceaan vergelijkbaar met dit jaar.
Ontstaan van een orkaan
Orkanen ontstaan boven warm zeewater. Een hoge zeewatertemperatuur is dan ook één van de belangrijkste ingrediënten voor het ontstaan van een orkaan. De hoogste temperaturen worden over het algemeen tegen het einde van de zomer en aan het begin van de herfst gemeten. Momenteel is het zeewater in het gebied waar de orkanen vaak passeren al ruim 28 graden en dat wordt de komende weken dus nog iets meer. Bij ongeveer 25 à 26 graden kan een orkaan echter al ontstaan.
Een belangrijke factor bij het ontstaan van orkanen is de temperatuur van het zeewater. Op veel plaatsen ligt deze inmiddels boven de nodige 26 graden. Orkanen kunnen dan ook gemakkelijk ontstaan.
Boven dit warme zeewater stijgen gemakkelijk bellen met warme en vochtige lucht op. Hoger in de atmosfeer komen deze luchtbellen in koelere luchtlagen terecht waardoor ze afkoelen. Door die afkoeling neemt de luchtvochtigheid toe. Koude lucht kan namelijk minder vocht bevatten. Als de luchtvochtigheid 100 procent wordt, ontstaan uiteindelijk wolken die door het doorgaan van het hierboven genoemde proces uitgroeien tot onweersbuien. Vaak ontstaan deze stevige buien voor de West-Afrikaanse kust en worden dan met de stroming meegenomen over de Atlantische Oceaan richting het Caribische gebied en de oostkust van de Verenigde Staten.
Bij de juiste omstandigheden weten ze onderweg uit te groeien tot een groot onweerscluster en vervolgens een tropische depressie. Zodra de windsnelheden oplopen tot tenminste 63 kilometer per uur is sprake van een tropische storm. Als de wind uiteindelijk snelheden van 119 kilometer per uur of meer bereikt, is een orkaan een feit. Vervolgens zijn er dan weer 5 categorieën orkanen, daarbij is een categorie 1 op de schaal van Saffir-Simpson de ‘minst sterke’ en een categorie 5 de zwaarste. Bij deze laatste ligt de continue windsnelheid boven 250 kilometer per uur.
Tot dusverre zijn er slechts 4 tropische stormen ontstaan en nog geen enkele daarvan wist uit te groeien tot een orkaan.
Huidige aantal
Tot dusverre is het aantal tropische stormen en orkanen op het Atlantische Bassin nog klein. Er zijn inmiddels 4 tropische stormen ontstaan, waarvan 2 in juni (Andrea en Barry) en 2 in juli (Chantal en Dorian). Waarbij Andrea en Chantal de krachtigste waren met windsnelheden van 105 kilometer per uur. Deze 4 tropische stormen bestonden gemiddeld 3 dagen en geen enkele wist uit te groeien tot een orkaan. Vooralsnog verloopt het seizoen dus nog relatief rustig, maar de komende maanden kan er nog van alles gebeuren. We wachten af!
Bronnen: Meteo Consult, NOAA, NHC, Dr. Jeff Masters
Alhoewel momenteel de systemen boven de tropische Atlantische Oceaan zwak blijven, zijn er een aantal gebieden, die in het Labor Day weekeinde interessant kunnen worden. Volgens orkaanexpert Dan Kottlowski ligt het gebied, dat het meest interessant is, op ongeveer 45° westerlengte. Deze storing heeft een zwakker rotatie ontwikkeld in de laagste niveaus van de atmosfeer. Echter is de onweeractiviteit beperkt. Er bestaat een kans, dat deze storing in de komende dagen beter georganiseerd raakt. Ongeacht de mate van ontwikkeling zal deze storing regen en onweer naar de benedenwindse eilanden brengen.
Een andere tropische storing is donderdag vanad de kust van Afrika vertrokken. Ook dit systeem heeft een kans om het komend weekeind zich beter te organiseren. De parade van tropische storingen versnelt zich boven Afrika. Er zijn niet alleen tropische storingen dan in de afgelopen weken, de storingen zijn krachtiger en produceren meer onweersbuien boven Afrika. Dit is geen garantie voor verdere ontwikkeling. Echter in combinatie met de warme wateren en meer vochtige lucht dan gemiddeld boven het tropische deel van de Atlantische oceaan, neemt de kans op ontwikkeling van tropische cyclonen (depressies, stormen, orkanen) toe.
Een andere plek om in de gaten te houden is het gebied in het zuidwestelijk deel van de Golf van Mexico, beter bekend als de Baai van Campeche. Dit gebied zorgde ervoor, dat tropische storm Fernand snel kon ontstaan en dodelijke overstroming in Mexico kon veroorzaken.
© onweer-online
Bron: Accuweather
Bron: NASA | Gewijzigd: 29 augustus 2013, 21:53 uur, door Marga
Het orkaanseizoen in de Atlantische Oceaan ligt momenteel op schema betreft het aantal systemen met een naam: Andrea, Barry, Chantal, Dorian, Erin, Fernand en Gabrielle. Echter is geen van deze systemen uitgegroei tot een orkaan, terwijl momenteel de "piek" van het orkaanseizoen zou moeten plaatsvinden. De activiteit blijft aanhouden tot laat oktober. Superstorm Sandy van vorig jaar is een perfect voorbeeld van een laat-seizoen storm met een enorme impact.
De oorzaak van het uitblijven van orkanen kan misschien gevonden worden in de droge lucht, die behoort bij de Sahara luchtmassa. Droge, hete en stoffige lucht komt regelmatig vanaf de noordwestkust van Afrika. Het Hurricane and Storm Sentinel Mission (HS3) met de basis op NASA's Wallops Flight Facility onderzoekt momenteel de Sahara luchtlaag om uit te zoeken waarom deze zo'n grote invloed heeft op de tropische ontwikkeling. Naast deze droge lucht zijn ook westelijke winden verantwoordelijk voor het uiteen blazen van tropische systemen. Als een cycloon genoeg brandstof heeft en genoeg convectie heeft om een naam te krijgen, wordt het systeem aan stukken geblazen voordat deze de orkaansterkte kan bereiken.
Zeldzaam?
Sinds het begin van de satellietdata (jaren '60) zijn er slechts 5 jaren waarin de eerste orkaan van het seizoen pas in september ontstond:
2002: September 11 (Gustav)
1984: September 10 (Diana)
2001: September 9 (Erin)
1967: September 3 (Arlene)
1988: September 2 (Debby)
Voor deze periode zijn de orkaangegevens niet compleet. Maar volgens NOAA meteoroloog Dennis Feltgen zijn er in 20 jaren sinds 1851 de eerste orkanen pas in september ontstaan.
© onweer-online
Bron: WTSP
Met slechts twee orkanen dit seizoen ligt 2013 er beneden het gemiddelde aantal orkanen en is één van de minst intensieve seizoenen sinds 1950. Het seizoen eindigt pas eind november, maar het seizoen loopt al naar het einde. Tegen het einde van novemver zijn er normaliter gemiddeld 10 tropische stormen en zes orkanen de revue gepasseerd. Met nog twee maanden te gaan, zal 2013 de boeken in gaan met een boven gemiddeld aantal tropische stormen. Het huidige aantal staat reeds op 10. Er zijn meer seizoenen, waarin maar twee orkanen zijn ontstaan, volgens de geschiedenisboeken. Echter deze jaren zijn vóór het huidige satelliettijdperk en dus onbetrouwbaar.
De ACE (Accumulated Cyclone Energy) index is een manier om de intensiteit van de individuele tropische stormen en orkanen te meten almede van het hele orkaanseizoen. De index meet de maximaal aanhoudende wind van iedere storm. Hoe hoger de ACE index, des te intenser de storm en het seizoen is. Op 2 oktober 2013 heeft dit seizoen één van de laagste ACE waarden (24) sinds de index voor het eerste gebruikt werd in 1950. Alleen in 1983 lag de index nog lager: 17. Ter vergelijking:: De supertyfoon Usagi in de westelijke Stille Oceaan had een ACE index van 24. Dit is gelijk aan alle systemen binnen het Atlantische orkaanseizoen van 2013 bij elkaar.
Verwachting:
Volgens orkaanexpert Dan Kottlowski van Accuweather blijven dezelfde beperkende factoren van eerder in het seizoen boven het hart van het Atlantisch Bassin liggen: disruptieve windshear en droge lucht nabij het oceaanoppervlak. De gebieden boven de Caraïbische zee en boven de Golf van Mexico blijven hot-spots voor de rest van het seizoen samen met de zuidoostkust van de USA in het westelijk deel van de Atlantische Oceaan. Momenteel heeft een gebied (97L) in het noordwesten van de Caraïben de interesse van de meteorologen. Deze storing heeft de mogelijkheid om de volgende tropische depressie of storm te worden en zal dan de naam Karen krijgen. Ondanks het feit, dat de stormen aan het onderste deel van de intensiteitsschaal liggen, hebben Manuel en Ingrid dood en verderf gezaaid in Mexico.
© onweer-online
Bron: Accuweather
Toch grappig om te zien dat ze ook het aantal orkanen moeilijk kunnen voorspellen, de voorspellingen spreken over meer dan gemiddeld en t zijn er nu dus minder dan gemiddeld. Lijkt net zoals in Nederland met de bekende winter (en zomer) voorspellingen toch erg lastig te zijn.
Het gebied, welke het leeuwendeel van de tropische stormen in 2013 heeft voorgebracht, heeft nog een aantal trucjes achter de hand aan het einde van het seizoen. In de komende weken kan in het westen van de Caraïben en het zuidwesten van de Golf van Mexico zich nog een tropisch systeem gaan vormen. Een groot hogedrukgebied begint zich op te bouwen vanaf Canada richting het zuidoosten en boven het oosten van de USA. De luchtstroom rond dit mooi weergebied kan eraan bijdragen, dat tropische stormen verder naar het zuiden ontstaan. Volgens orkaanexpert Dan Kottlowski is het niet ongewoon, dat een tropisch systeem zich ten zuiden van een groot hogedrukgebied ontwikkelt. In dit geval zouden de tropisch systemen erg ver naar het zuiden moeten gaan ontstaan. De voortschrijdende gebieden van een koud hogedrukgebied in de komende weken zal ook de mogelijkheid aanzienlijk verkleinen, dat stormen ver naar het noorden trekken (centrale Golfkust en het grootste deel van de Atlantische kuststreek). De combinatie van koude lucht, afkoelend zeewater en disruptieve wind geproduceerd door het hogedrukgebied zal ervoor zorgen, dat de systemen niet krachtig worden. De gebieden, die tijdens het opkomend weerpatroon, in de gaten gehouden moeten worden liggen vanaf het zuidwesten van Florida tot het zuiden van Mexico, Midden Amerika en de eilanden in het westelijke deel van de Caraïben.
Er zijn tot nu toe 11 systemen in de Atlantische oceaan ontstaan, die op zijn minst de status van tropische storm hebben bereikt. Humberto en Ingrid zijn de enige twee systemen, die het tot een orkaan van de eerste categorie hebben gehaald. Inclusief tropische depressie 8 zijn er zes tropische systemen ontstaan in het gebied van de westelijke Caraïben tot de zuidelijke Golf van Mexico. Officieel eindigt het Atlantisch orkaanseizoen eind november. Volgens NOAA zijn er gemiddeld (gemeten in de periode van 1851 tot 2012) één orkaan en één tot twee tropische stormen ontstaan in de periode van eind oktober tot eind november. Het totaal seizoensgemiddelde in de Atlantische Oceaan is 10 tropische stormen met 6 orkanen. Langetermijn weerexpert Paul Pastelok verklaart, dat het orkaanseizoen dit jaar lang zal gaan duren tot ver in de maand november. Als er een tropisch systeem ontstaat is de kans op excessieve regenval en overstromingen groot. Aanhoudende droge lucht en krachtige windshear hebben een belangrijke rol gespeeld in het lage aantal tropische systemen en de zwakte van de systemen. Het Atlantisch seizoen gedroeg zich als een El Niño jaar. Echter al de data wijzen uit, dat de watertemperaturen in het tropische deel van de Stille Oceaan nabij het gemiddelde lagen. Dit suggereert een neutraal patroon. Gedurende El Niño zijn de tropische wateren van de Stille Oceaan warmer dan normaal. Hierdoor schuiven de dysruptieve winden op naar het zuiden boven het oostelijke deel van Noord Amerika en over een groot deel van de Atlantische Oceaan. Deze wind(shear) remt de vorming van tropische systemen en beperkt de groei van de tropische systemen in het algemeen. Volgens Kottlowski is er nog iets aan de hand, waardoor het Atlantisch seizoen zo rustig is verlopen. Echter moeten meteorologen nog onderzoek doen wat deze ontbrekende remmende factor is geweest.
© onweer-online
Bron: Accuweather
| Gewijzigd: 20 oktober 2013, 20:34 uur, door Marga
Zoals vorige week al werd gesuggereerd, bestaat er de mogelijkheid, dat in het gebied van het zuidwesten van de Golf van Mexico tot het westen van de Caraïbische zee nog tropische activiteit mogelijk is. Een groot gebied van hogedruk begint zich vanaf Canada naar het zuidoosten over het oosten van de USA op te bouwen. De luchtstroom rond dit gebied kan verder naar het zuiden tropische systemen laten ontstaan. De luchtstroom in het gebied wordt steeds koeler. Het zeewater koelt langzamer af. Volgens orkaanexpert Dan Kottlowski neemt de windshear boven de regio af. Zo ontstaat er de ruimte voor een langzame ontwikkeling van een tropische activiteit met clusters van regen- en onweersbuien. Als er een storing in het gebied ontstaat, zal deze een lange tijd boven water moet blijven om zich verder te kunnen ontwikkelen tot een tropische depressie of storm. Het is mogelijk, dat in de komende weteken een aantal zwakke systemen komen en gaan in het zuidwesten van de Golf van Mexico en in het westen van de Caraïbische zee. Bewoners en bezoekers van hetzelfde gebied krijgen in de komende weken sowiezo tegelmatig te maken met maken met rondes van zware regenval ongeacht de mate van tropische activiteit. Er kan in sommige steden en dorpen in het midden en zuiden van Mexico genoeg regen vallen om overstromingen en modderlawines te triggeren. Dit terwijl Mexico al hard is getroffen door meerdere tropische systemen van zowel de Atlantische Oceaan als vanaf de Stille Oceaan.
© onweer-online
Bron: Accuweather
Het 2013 Atlantisch orkaanseizoen was het minst actieve seizoen in de afgelopen 30 jaar. Gemiddeld (over de periode 1981-2010) kwamen er 12 tropische stormen voor in een geheel seizoen. Van deze groeien er 6-7 uit tot een orkaan, waarvan twee tot een "major hurricane" (categorie 3+). In 2013 waren ern 13 tropische stormen, 2 orkanen en geen enkele major hurricane. De twee orkanen, die ontstonden, waren slechts voor korte tijd een categorie 1 orkaan.
Het pad van alle Atlantische tropische cyclonen van seizoen 2013. Rechts de lijst met windsnelheden en druk tijdens de piek van de storm.
De laatste keer, dat er maar twee orkanen zijn ontstaan in het Atlantisch bassin, was in 1982. Het seizoen 1994 was zelfs orkaan-loos. De meest intense stormen die jaar kwamen tot 75 kt (139 km/h). Dr Phil Klotzbach van de Colorade State University wees erop, dat 2013 hiermee het seizoen is met de zwakste intensiteit sinds 1968. De eerste orkaan van het seizoen (Humberto) vormde zich slechts enkele uren voordat het record van laatst-in-het-seizoen-gevormde orkaan verbroken had kunnen worden.
In termen van Accumulated Cyclone Energy (ACE) staat dit seizoen op 31.1. Dit is ongeveer 30% van het gemiddelde ACE en daarmee ook het laagste seizoentotaal sinds 1983. In de periode vanaf de jaren '50 tot op heden zijn er slechts 4 seizoen met een lager ACE te weten: 1983, 1982, 1977 en 1972. Om een beeld te kunnen vormen: orkaan Igor uit 2010 had alleen al een ACE van ongeveer 140% van dit gehele seizoen bij elkaar opgeteld.
Dr. Ryan Maue van Weatherbell houdt zorgvuldig de statistieken betreffende de ACE van over de gehele wereld bij. Zijn onderstaande diagram laat de dagelijkse ACE zien voor ieder seizoen teruggaand tot 1950.
Gecumuleerde dagelijkse ACE van alle seizoenen teruggaande tot 1950. De zwarte lijn stelt het gemiddelde voor. Het seizoen 2013 wordt voorgesteld door de rode lijn. De vier minst actieve seizoenen zijn de groene lijnen. De overige seizoenen worden voorgesteld door blauwe lijnen.
Hoge verwachtingen
In de aanloop naar het seizoen wezen alle signalen in de richting dat het seizoen 2013 een vrij actief seizoen zou worden. De meteorologen waren het hier bijna unaniem over eens. Teams van de CSU, NOAA, FSU, UK Met Office, TSR etc etc brachten hun seizoensverwachtingen eind mei / begin juni uit. Ieder van hem verwachtte 7-9 orkanen en ongeveer 130-165% van het seizoensgemiddelde ACE. Alleen ECMWF voorspelde een iets minder dan gemiddeld actief orkaanseizoen met een 80% van het gemiddelde ACE. Alleen verwachtten zijn ook 6-7 orkanen. Het seizoen eindige met slecht 2 orkanen en een 30% van het gemiddelde ACE. Zelfs bij de groep, die in het midden van het seizoen nog updates gaven, was het succespercentage van uitgekomen verwachtingen niet veel hoger. De kern-maanden augustus, september en oktober gleden voorbij met minimale activiteit, ondanks het feit, dat alle sleutelfactoren aanwezig waren.
Waarom was dit seizoen zo inactief? Om de patronen op grote schaal van de afgelopen maanden te analyseren wordt er gekeken naar “global climate reanalyses”. Deze gegevens zijn beschikbaar bij ERA-Interim, NASA-MERRA, NCEP/NCAR. Het probleem is, dat deze bronnen het niet allemaal eens zijn over de fundamentele verschijning van sommige van de mogelijke factoren, die het stille seizoen kunnen verklaren. Prof Mark Saunders en Dr. Adam Lea van de universiteit van Londen zijn begonnen met een verklaring op te stellen. Het zal nog een aantal maanden duren, voordat de reanalyse gegevens zijn verwerkt. In de tussentijd wordt er gedacht aan de volgende mogelijke verklaringen:
Ten eerste wezen alle grote factoren zoals de El Nino Southern Oscillation (ENSO), oppervlaktedruk, temperaturen van het zee-oppervlak in de richting van een gemiddeld of boven-gemiddeld seizoen. Vervolgens is het zaak om te kijken naar mogelijke remmende factoren.
- Droge lucht: In de onderstaande kaart is de anomalie op mid-niveau te zien. De gegevens respresenteren het gemiddelde van de maanden augustus, september en oktober. Zelfs over deze lange periode is nog goed te zien, dat het grootste deel van het bassin domineerd werd door een droger-dan-normale lucht, voornamelijk in de diepe tropen voor de kust van Afrika. Droge lucht kan er makkelijk voor zorgen, dat een tropische cycloon afgezwakt wordt of zelfs verdwijnt. Ook de geboorte van een tropische cycloon wordt geremd door droge lucht.
- Stabiele lucht: Naast de droge lucht op de lage en midden niveaus, werd ook de verticale instabiliteit in het tropische deel van de Atlantische Oceaan verminderd. Dit betekent, dat het gemiddelde temperatuurprofiel minder gunstig was voor het ontstaan en de ontwikkeling van onweersbuien. Deze data zijn een bewerking van de GFS-analyse.
- Zwakke Afrikaanse jet: Tropische golven, die embryo's van menig tropische cycloon, hebben hun oorsprong bij Afrika. Er is een aanhoudende luchtstroom, die de Afrikaanse oosterlijke jet wordt genoemd. Dit is een snelstromende rivier van lucht op laag- en middenniveau lopende van Ehtiopië westwaarts naar de tropische Atlantische Oceaan. Deze jet valt uiteen in kleine golven. Eens in de paar dagen ontstaat er een golf voor de kust. Sommige van deze golven zijn nauwelijks waarneembaar. Anderen worden kort na het verlaten van de kust een tropische cycloon. Tijdens de top van het orkaanseizoen hebben de meeste tropische cyclonen een oostelijke golf als oorsprong. De Afrikaanse jet met de tropische golven is een belangrijke factor in het orkaanseizoen. De wind in deze jet heeft gewoonlijk een snelheid van 32-40 km/h op een hoogte van 700mb. Dit jaar was de wind zo'n 40% zwakker: 19-27 km/h. Er kan verwacht worden, dat dit een grote invloed heeft op de amplitude van de oostelijke golven dus op de activiteit van het orkaanseizoen.
© onweer-online
Bron: Washingtonpost | Gewijzigd: 2 december 2013, 11:08 uur, door Marga
Het Atlantische orkaanseizoen was in 2013 uiterst kalm. Slechts twee tropische stormen ontwikkelden zich tot een orkaan, zo meldt de Amerikaanse weerdienst NOAA. Het gaat om het zesde kalmste orkaanseizoen sinds 1950. Het orkaanseizoen loopt van juni tot eind november.
De atmosferische omstandigheden waren zeer ongunstig voor de vorming van orkanen in de Atlantische Oceaan en de Golf van Mexico. Dertien tropische stormen kregen een naam toebedeeld, maar slechts twee stormen ontwikkelden zich tot een orkaan. Dat is het laagste aantal orkanen sinds 1982.
Meteorologen hadden nochtans een actief orkaanseizoen verwacht, met 13 tot 20 tropische stormen en 7 tot 11 orkanen.
Vorig jaar richtte de orkaan Sandy een ravage aan in het oosten van de VS. Dit jaar trok enkel de tropische storm Andrea, de eerste van het seizoen, over het Amerikaanse binnenland. De orkanen Ingrid en Humberto groeiden niet uit tot zware orkanen.
Bron: De Redactie